Week 4 HV 24 januari 2022

Lees in je leesboek. 
timer
10:00
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Lees in je leesboek. 
timer
10:00

Slide 1 - Tekstslide

Wat is er blijven hangen?
IN STILTE
Welke spellingsregels ken je nog? 
welke regels ken je van de basisschool?
Welke regels snap je heel goed?
Noteer dit in jouw vakje

timer
3:00

Slide 2 - Tekstslide

             Week 4: Les 1

Slide 3 - Tekstslide

Wat is er blijven hangen? 
Praat samen over de spellingregels die je nog kent.
Welke ken je samen nog? 
Noteer ze in het vak in het midden van het blaadje
timer
3:00

Slide 4 - Tekstslide

        Spellingquiz H2

Slide 5 - Tekstslide

Spellingquiz H2
Deze trap van vergelijking is juist.

veel, meer, meest
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quizvraag

Spellingquiz H2
Deze trap van vergelijking is juist.

boos, bozer, meest boos
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quizvraag

Spellingquiz H2
Wat is de juiste spelling van het meervoud van het woord:
abrikoos
A
abrikozen
B
abrikoozen
C
abrikoosen
D
abrikosen

Slide 8 - Quizvraag

Spellingquiz H2
Wat is de juiste spelling in het meervoud van:
café
A
cafees
B
cafeeen
C
cafés
D
café's

Slide 9 - Quizvraag

Spellingquiz H2
Wat is de juiste spelling van het meervoud:
kopie
A
kopiën
B
kopies
C
kopieën

Slide 10 - Quizvraag

Spellingquiz H2
Wat is de juiste spelling in het meervoud van het woord:
bureau
A
bureau's
B
bureauën
C
bureaus
D
buroos

Slide 11 - Quizvraag

Spellingquiz H2
Wat is de juiste spelling in het meervoud van:
flamingo
A
flamingos
B
flamingo's
C
flamingoën
D
flamingoos

Slide 12 - Quizvraag

Spellingquiz H2
Meervoud van melodie en bacterie
welke 2 zijn goed gespeld ?
A
Melodiën
B
Melodieën
C
Bacteriën
D
Bacterieën

Slide 13 - Quizvraag

Spellingquiz H2
Wat is de juiste spelling in het meervoud van:
bacterie
A
bacteriën
B
bacterieën
C
bacteries
D
bacteris

Slide 14 - Quizvraag

Spellingquiz H2
Wat is de juiste spelling in het meervoud van het woord:
technicus
A
technicussen
B
technici
C
technicusje
D
technicusen

Slide 15 - Quizvraag

Spellingquiz H2
Wat is de juiste spelling van het meervoud van:
academie
A
academiën
B
academies
C
academieën

Slide 16 - Quizvraag

Spellingquiz H2
Wat is de juiste spelling in het meervoud van het woord:
knie
A
knieen
B
knies
C
knieën
D
kniën

Slide 17 - Quizvraag

Spellingquiz H2
Wat is de juiste spelling in het meervoud van:
baby
A
babies
B
baby's
C
babys
D
babie's

Slide 18 - Quizvraag

Spellingquiz H2
Meervouden op -en
Wat is de juiste spelling?
A
industriën
B
industrieën

Slide 19 - Quizvraag

Huiswerk: Tekst beroemdheden
- Vorm een groepje van vier
- Ga samen in een groepje zitten
- Lees alle teksten van je groepsgenoten
- Vul bij minstens twee van de vier teksten een 'feedbackformulier' in
- Lever de feedbackformulieren in



timer
20:00

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Link

Huiswerk
Voor dinsdag 25 januari
Lezen H3
Lees de theorie samen met je groepje
Maak opdr. 1 samen
LET OP! Ieder groepslid noteert de antwoorden in zijn/haar schrift

Slide 22 - Tekstslide

Week 4: les 2

Slide 23 - Tekstslide