EHBKO
1 / 14
Lesduur is: 5 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
1. Wat is de eerste stap bij de verzorging van een schaafwond?
A
De wond verbinden met een pleister.
B
De wond ontsmetten met alcohol.
C
De wond reinigen met water.
D
De wond afdekken met een verband.
Slide 3 - Quizvraag
2. Hoe reinig je een schaafwond?
A
Wrijf met een watje in de wond om het vuil te verwijderen.
B
Spoel de wond met koud stromend water.
C
Gebruik zeep om de wond te wassen.
D
Dek de wond af met een droge doek.
Slide 4 - Quizvraag
3. Wat moet je doen als je geen schoon water hebt om een schaafwond te reinigen?
A
Gebruik zeep om de wond te wassen.
B
Gebruik een ontsmettingsmiddel.
C
Laat de wond aan de lucht drogen.
D
Dek de wond af met een verband.
Slide 5 - Quizvraag
4. Wanneer moet je een arts raadplegen na het verzorgen van een schaafwond?
A
Als de wond niet bloedt.
B
Als de wond klein is.
C
Als de wond geïnfecteerd raakt.
D
Als de wond na een paar dagen nog steeds niet genezen is.
Slide 6 - Quizvraag
5. Hoe voorkom je dat een schaafwond geïnfecteerd raakt?
A
Houd de wond schoon en droog.
B
Gebruik antibioticazalf.
C
Dek de wond af met een verband.
D
Vermijd contact met water.
Slide 7 - Quizvraag
Slide 8 - Tekstslide
Lichte of ernstige verslikking/verstikking?
'Het luchtweg is volledig afgesloten.'
'Het luchtweg is volledig afgesloten.'
A
lichte verslikking
B
ernstige verslikking/verstikking
Slide 9 - Quizvraag
Lichte of ernstige verslikking/verstikking?
'Het slachtoffer spreekt, hoest, huilt of ademt.'
'Het slachtoffer spreekt, hoest, huilt of ademt.'
A
lichte verslikking
B
ernstige verslikking/verstikking
Slide 10 - Quizvraag
Lichte of ernstige verslikking/verstikking?
'Het luchtweg is niet volledig afgesloten.'
'Het luchtweg is niet volledig afgesloten.'
A
lichte verslikking
B
ernstige verslikking/verstikking
Slide 11 - Quizvraag
Lichte of ernstige verslikking/verstikking?
'Het slachtoffer krijgt geen adem meer, kan niet meer spreken.'
'Het slachtoffer krijgt geen adem meer, kan niet meer spreken.'
A
lichte verslikking
B
ernstige verslikking/verstikking
Slide 12 - Quizvraag
Lichte of ernstige verslikking/verstikking?
'Moedig het slachtoffer aan te hoesten.'
'Moedig het slachtoffer aan te hoesten.'
A
lichte verslikking
B
ernstige verslikking/verstikking
Slide 13 - Quizvraag
Lichte of ernstige verslikking/verstikking?
'Geef 5 rugslagen en 5 buikstoten.'
'Geef 5 rugslagen en 5 buikstoten.'
A
lichte verslikking
B
ernstige verslikking/verstikking
