- Je bent op tijd en hebt je spullen in orde.
- Je gaat direct op je plek zitten volgens de plattegrond.
- Je luistert en praat niet door een ander.
- Je steekt je hand op als je iets wilt zeggen.
- Instructies van de docent volg je altijd op.
- Geen andere spullen dan je nodig hebt.
- Je zit niet aan een ander.
- Er wordt niet gegooid.