1.3a | Cilinder en cirkel | ALDJ

    Welkom bij wiskunde!
Vandaag  Cilinders en cirkels
Pak je boekschrift en wisboekje.
Leg je passer en geodriehoek alvast op tafel.


Start opdracht: Kijk je huiswerk na. Vragen? schrijf ze op je wisbordje.
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmboLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

    Welkom bij wiskunde!
Vandaag  Cilinders en cirkels
Pak je boekschrift en wisboekje.
Leg je passer en geodriehoek alvast op tafel.


Start opdracht: Kijk je huiswerk na. Vragen? schrijf ze op je wisbordje.

Slide 1 - Tekstslide

oefenen 
uitleg 
  lesprogramma
Huiswerkopdrachten paragraaf 1.3
Nog een ruimtefiguur: de cilinder
Cirkels tekenen met een passer
nakijken 
Huiswerkopdrachten
aan de slag 

Slide 2 - Tekstslide

Huiswerkopdracht 59
nakijken 
leerboek p. 42
Controleer de rechte hoek
Rechte hoeken kun je controleren met de punt van je geodriehoek!

Slide 3 - Tekstslide

Uitleg
We gaan beginnen met de uitleg over
cilinders en cirkels tekenen.

Slide 4 - Tekstslide

leerdoelen 
Wat leer je deze les?

  Je kunt de straal en diameter van een cirkel tekenen.
  Je weet het verschil tussen gebogen vlakken en platte vlakken.

Slide 5 - Tekstslide

Gebogen vlakken en platte vlakken
uitleg 
Gebogen vlakken
Platte vlakken
Ruimtefiguren die kunnen rollen hebben een gebogen vlak.
_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _
Ruimtefiguren die niet kunnen rollen hebben alleen platte vlakken.
gebogen vlak
plat vlak
_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _

Slide 6 - Tekstslide

Cilinders en cirkels
uitleg 
Kenmerken van een cilinder:
  • De cilinder bestaat uit twee platte vlakken. Deze hebben de vorm van een cirkel.
  • Eén van de platte vlakken is het grondvlak.
  • Het gebogen vlak van een cilinder heet een cilindermantel.
  • Als je de cilindermantel "doorknipt" kun je er een rechthoek van maken.
  • Een cilinder heeft geen hoekpunten en ribben.

Slide 7 - Tekstslide

Cilinders en cirkels
uitleg 

Slide 8 - Tekstslide

Cilinders en cirkels: drie begrippen
uitleg 
middelpunt
M
Elk punt van de cirkel ligt even ver van het middelpunt. Bij het middelpunt staat vaak een letter, bijvoorbeeld M.

Slide 9 - Tekstslide

Cilinders en cirkels: drie begrippen
uitleg 
M
diameter / middellijn
Elk punt van de cirkel ligt even ver van het middelpunt. Bij het middelpunt staat vaak een letter, bijvoorbeeld M.

De middellijn loopt van de ene kant door het middelpunt naar de andere kant. De middellijn noem je ook wel diameter.


Slide 10 - Tekstslide

Cilinders en cirkels: drie begrippen
uitleg 
M
straal
Elk punt van de cirkel ligt even ver van het middelpunt. Bij het middelpunt staat vaak een letter, bijvoorbeeld M.

De middellijn loopt van de ene kant door het middelpunt naar de andere kant. De middellijn noem je ook wel diameter.

De straal is de helft van de diameter. De straal past twee keer in de middellijn.
diameter / middellijn

Slide 11 - Tekstslide

Cilinders en cirkels
uitleg 
M
straal
Een cirkel teken je met je passer. De scherpe punt van je passer staat in het middelpunt M van de cirkel.

De diameter van deze cirkel is 8 cm.
De straal van deze cirkel is 4 cm.
diameter / middellijn

Slide 12 - Tekstslide

Oefenen
We maken klassikaal opdracht 73
(leerboek p. 49).

Slide 13 - Tekstslide

Cirkels tekenen met je passer
oefenen 
Teken een cirkel met een straal van 4 cm. 
Noem het middelpunt M.

Zet een punt op de cirkel. Noem dit punt K
Teken de straal KM
Huiswerkopdracht 75 (leerboek p. 49)
a
b
M

Slide 14 - Tekstslide

Cirkels tekenen met je passer
oefenen 
Teken een cirkel met  middelpunt
en een diameter van 9 cm .

Teken de diameter in de cirkel
Huiswerkopdracht 77 (boek p. 50)
a
b
D
9 cm

Slide 15 - Tekstslide

aan de slag! 
WAT
HOE
HULP
TIJD
RESULTAAT
Maak 72, 73, 74, 76 en 78 van paragraaf 1.4 (boek p. 49 en 50).
Zelfstandig. Maak de opdrachten in je schrift  en boek (alleen waar de cirkels al in je boek getekend zijn)
Gebruik het theorieblok  I cirkel tekenen(boek p. 47/48) en de voorbeelduitwerking Cirkels tekenen (leerboek p. 48).
15-20 minuten
Je kunt de diameter en straal van een cirkel tekenen.
KLAAR?
Maak 79 t/m 84 (boek p. 50/51).

Slide 16 - Tekstslide

leerdoelen 
Wat leer je deze les?

  Je kunt de straal en diameter van een cirkel tekenen.
  Je weet het verschil tussen gebogen vlakken en platte vlakken.

Slide 17 - Tekstslide

Huiswerk voor volgende les
Maak opdracht 72 t/m 78 van
paragraaf 1.4 (Dit heb je in de les gedaan)
Maak opdracht 64 t/m 71
Volgende les
 passer en geodriehoek mee!!!!

Slide 18 - Tekstslide