3M - RYV - grammar

Hi class! How are you doing today?
1 / 12
volgende
Slide 1: Open vraag
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Hi class! How are you doing today?

Slide 1 - Open vraag

Today:
Grammar Raise Your Voice: 
- could/should/would
- adverbs 
- comparatives
- woordvolgorde

Slide 2 - Tekstslide

could-should-would
could: kon, zou kunnen - bij verleden tijd kunnen, een mogelijkheid in de toekomst of een beleefd verzoek
Could you lend me some cash? (verzoek)
I couldn't see anything, it was dark. (verleden tijd van can)
You could visit Buckingham Palace when you go to London. (mogelijkheid)

would: zou willen - beleefd iets aanbieden, zeggen wat je zou doen als..
Would you live on an island if you could? (Wat je zou doen als...)
I wouldn't pet that dog, it looks angry. 
Would you like some tea or coffee while you wait? (beleefd aanbod)

should: zou moeten - bij een advies
I shouldn't eat so much chocolate, it's bad for me. 
You should talk to your Mom first before getting a tattoo.

Slide 3 - Tekstslide

Go to Blink Engels - Raise Your Voice - exercise 3 - part 2: Writing a request: would, should, could (G).
Do the exercise and post a picture here.

Slide 4 - Open vraag

Comparatives
korte woorden: 
big - bigger - the biggest / pretty - prettier - the prettiest
lange woorden: 
popular - more popular - the most popular
uitzonderingen: 
good - better - the best / bad - worse - the worst
net zo ... als: 
as ... as - It's as cold as it was yesterday. 

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Link

Je doet een Kahoot over comparatives (vergelijkingen). Hoe ging die?

Slide 7 - Open vraag

Adverbs (bijwoorden)
Bijwoorden zeggen iets over HOE het gebeurt en krijgen meestal -ly. 
She was walking very quickly. He draws beautifully. 

Uitzonderingen: good -> well, fast, long + hard blijven hetzelfde
You speak English well. We run fast. He works hard. 

Na een vorm van be, look, taste, sound geen -ly:
She is nice. That looks good. 

Slide 8 - Tekstslide

Who does what where when?
De woordvolgorde in het Engels is altijd hetzelfde: 
WHO DOES WHAT WHERE WHEN
John is visiting his grandma in Groningen this weekend.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Link

Je doet een Kahoot over adverbs (bijwoorden) en woordvolgorde (who does what where when).
Zet hier je score (mag opmerking of foto).

Slide 11 - Open vraag

Heb je een tip of top over deze grammatica-les?

Slide 12 - Open vraag