V4-T 2 BS7 Ongewenst kinderloos (en 2.6 voorbehoudsmiddelen)

1 / 30
volgende
Slide 1: Video
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Video

Slide 2 - Link

Anticonceptie (voorbehoedsmiddelen)

Slide 3 - Tekstslide

Veel vraag naar soa-tests in coronatijd
De Utrechtse GGD is niet alleen druk met coronatesten, het loopt ook storm bij de soa-poli. De GGD had verwacht dat de vraag naar soa-tests zou afnemen in coronatijd, maar dat is niet het geval. De poli krijgt zelfs signalen dat jongeren meer daten dan eerst.

Slide 4 - Tekstslide

Ongewenst kinderloos 2.7 

Slide 5 - Tekstslide

 IVF
Door allerhande medische technologieën kunnen vrouwen op steeds hogere leeftijd kinderen krijgen. In 2011 beviel in het Medisch Centrum Leeuwarden een 63-jarige vrouw van een gezonde dochter. De vrouw werd zwanger na een ivf-behandeling in een Italiaanse kliniek. Voor de baby is gebruikgemaakt van een donoreicel en donorzaadcel.
De arts die de vrouw heeft behandeld, vindt dat de leeftijdsgrens voor het moederschap rond de 63 jaar zou moeten liggen.

Wat vind jij: zou er een uiterste grens moeten zijn waarop vrouwen kinderen mogen krijgen? Zo ja, op welke leeftijd dan? Geef argumenten voor je mening.

Slide 6 - Tekstslide

uiterste grens vrouwen
om kinderen te krijgen.

Slide 7 - Woordweb

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

draagmoederschap
Een vrouw bij wie de baarmoeder niet functioneert, is onvruchtbaar. Zo’n vrouw kan toch een eigen kind krijgen met de hulp van een draagmoeder. De embryo’s die ontstaan bij een ivf-behandeling, worden bij de draagmoeder geïmplanteerd. Zij doorloopt de zwangerschap en brengt het kind ter wereld. De draagmoeder krijgt betaald voor haar zwangerschap; het bedrag is vooraf contractueel vastgelegd. De Nederlandse wet stelt dat degene die het kind baart de moeder is. De draagmoeder moet dus eerst afstand doen van het kind en vervolgens het kind ter adoptie aanbieden aan de biologische moeder.

Vind jij draagmoederschap toelaatbaar? Licht je antwoord toe.

Slide 10 - Tekstslide

Vind jij draagmoederschap toelaatbaar?
ja
nee

Slide 11 - Poll

 IVF
Bij ivf wordt twee tot drie dagen na de bevruchting de levensvatbaarheid van de embryo’s beoordeeld. Een embryo bestaat dan uit vier tot acht cellen.

Hoe heet een embryo in dit stadium?
Klompje cellen
Heet aan begin Morula. -> Blastula -> embryoknop wordt foetus
Differentiatie embryonale stamcel
Ook apoptose moet plaatsvinden
Differentiatie adulte (beenmerg)stamcel

Slide 12 - Tekstslide

Hiernaast is een stadium van de meiose weergegeven.
a) In welk stadium van de meiose bevindt deze cel zich? I1p)

b) Hoeveel chromosomen heeft dit organisme in zijn diploïde cellen? (1p)

Slide 13 - Open vraag

Hieronder staat een diagram dat de hoeveelheid DNA per cel aangeeft voor, tijdens en na een celdeling. Met nummers zijn verschillende tijdvakken aangegeven.

In welk tijdvak of in welke tijdvakken kan een metafase optreden? (2p)

A
1, 3, 5 en 7
B
2
C
4 en 6
D
3 en 5

Slide 14 - Quizvraag

Soms lukt het ongewenste kinderloosheid op te heffen door kunstmatige inseminatie (KI) en/of door in-vitrofertilisatie (IVF).
Bij KI is het zaad van de eigen partner te gebruiken (KI-E) of het zaad van een donor (KI-D).
Als gevolg van een chlamydia infectie zijn bij een vrouw de eileiders verstopt geraakt. Zij kan doordoor niet langs de natuurlijke weg zwanger worden. Zij en haar partner willen toch graag kinderen.

Welke methode komt of welke methoden komen in aanmerking om zwanger te raken? (2p)

A
alleen IVF
B
alleen KI-D
C
alleen KI-E
D
zowel KI-D als IVF

Slide 15 - Quizvraag

Onderdeel
cellen foetus/embryo
cellen moeder
placenta
navelstreng
vruchtwater
sleep de + en - naar de juiste plekken
-
-
-

Slide 16 - Sleepvraag

Tijdens de klievingsdelingen neemt het aantal cellen wel toe, maar het totale volume van de cellen niet. Leg uit waardoor het volume niet toeneemt. (1p)

Slide 17 - Open vraag

Als je chlamydia hebt dan
A
Kom je daar nooit meer vanaf
B
Besmet je anderen wanneer je hetzelfde toilet gebruikt.
C
Hoef je daar helemaal niets van te merken
D
Kan je het virus niet doorgeven als je aan orale seks doet

Slide 18 - Quizvraag

Chlamydia wordt veroorzaakt door een bacteriële infectie
A
Goed
B
Fout

Slide 19 - Quizvraag

Een soa kun je oplopen via een vieze wc-bril
A
Feit
B
Fabel

Slide 20 - Quizvraag

Je kan een soa oplopen met orale/anale seks
A
Feit
B
Fabel

Slide 21 - Quizvraag

SOA’s kunnen worden veroorzaakt door virussen, bacteriën, schimmels en insecten. Leg uit in welk geval/welke gevallen behandeling met antibiotica zinvol is. (1p)

Slide 22 - Open vraag

Door wat wordt het hormoon HCG gemaakt?
A
de placenta
B
het gele lichaam
C
het embryo
D
de follikels

Slide 23 - Quizvraag

Het gele lichaam (en later de placenta) produceert progesteron. Wat is geen functie van progesteron?
A
Ontwikkeling melkklieren
B
Remming productie LH en FSH
C
In stand houden baarmoederslijmvlies
D
Stimuleren groei van de zygote

Slide 24 - Quizvraag

waaruit ontwikkelt het embryo zich?
A
uit de blastula
B
uit de trofoblast
C
uit de embryoblast
D
uit de zygote

Slide 25 - Quizvraag

Waaruit bestaat de amnionholte (binnenste vruchtvlies) uiteindelijk?
A
Navelstreng
B
Embryo
C
Vruchtvliezen
D
Vruchtwater

Slide 26 - Quizvraag

wat is de juiste volgorde van de volgende ontwikkelingsstadia van een embryo?
A
embryoblast - morula - blastula
B
blastula - morula - embryoblast
C
morula - blastula - embryoblast
D
blastula - embryoblast - morula

Slide 27 - Quizvraag

Het .... vormt uitstulpingen in het baarmoederslijmvlies, wat zich later tot ... zal ontwikkelen
A
Chorion; vruchtvlies
B
Amnion; vruchtvlies
C
Chorion; placenta
D
Amnion; placenta

Slide 28 - Quizvraag

Gebruik bij deze vraag BINAS 77B en 77C. Er zijn verschillende medicijnen tegen HIV op de markt:
- Entreeremmers
- Reverse-transcriptaseremmers
- Integraseremmers
Leg uit welk van bovenstaande medicijnen het meest geschikt is om als preventief medicijn te gebruiken tegen HIV besmetting (preventief = gericht op het voorkόmen van ziekte). (1p)

Slide 29 - Open vraag

aan de slag
93 t/m 103
timer
5:00

Slide 30 - Tekstslide