D&P les 4 - Kennismaking met video

Audiovisuele producties
1 / 72
volgende
Slide 1: Tekstslide
D&pMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

In deze les zitten 72 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Audiovisuele producties

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het einde van de les:
  • Kan jij de stappen benoemen, voor het maken van een video 
  • Kan jij verschillende audiovisuele producties benoemen
  • Weet jij de verschillen te benoemen van genres 
  • Heb je zelfstandig een storyboard gemaakt
  • Heb je zelfstandig een draaiboek gemaakt

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Heb jij ooit gefilmd met een camera?
Ja
nee

Slide 3 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Wat heb je allemaal nodig om een promotie video te kunnen maken?

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Digitale middelen
Spiegelreflexcamera
SD Card
Accu
Harde schrijf
Cloud
Statief
dashcam
Tripod

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

dasspeld/ clip microfoon
geluidshengel
richtmicrofoon

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

We gaan even wat toegepast bezig
Geluidshengel
Dasspeld / clip microfoon
Richtmicrofoon

Slide 9 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het juist woord voor deze camera?
A
Analoog camera
B
Spiegelreflexcamera
C
Digitale camera
D
Weet ik niet

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

wat is het juist woord dit?
A
Batterij
B
accu
C
oplader
D
Weet ik niet

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heet dit?
A
SSD card
B
SD card
C
Geen van beide
D
Weet ik niet

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zie je hier?
A
Een filmshot
B
Een storyboard
C
Een clapperboard
D
Een shotlist

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe noem je dit?

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

7 stappen voor het maken van een video
1. Contact met opdracht gever doel en wensen
2. Script schrijven
3. Storyboard uitwerken
4. Draaiboek maken
5. Filmen
6. Film monteren
7. Film presenteren

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

We gaan even wat toegepast bezig
Zet de stappen voor het maken van een film in de goede volgorde.
Film monteren
Script schrijven
Contact met opdrachtgever over doel en wensen 
Draaiboek maken
Storyboard uitwerken
Filmen 
Film presenteren
1
2
3
4
5
6
7

Slide 17 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Script

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • Als je een film maakt, begin je met het filmscript of het scenario. Hoe een script eruitziet, verschilt van bedrijf tot bedrijf.
  • Een script word geschreven in
  • 1 A4tje met spaties en een juist 
     Lay-out is 1 minuut aan film. 
Script
 Courier new 12pt

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een script
A
Een document dat video's van een film bevat
B
Een document met daarin de foto's van de actuers
C
Een document dat de acteurs en de dialoog bevat
D
Een document met daarin de kosten van de film

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Storyboard

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Storyboard
Scene 1.1 betekent
Scene = locatie 1.
Shot = filmfragment 1

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe noem je een uitgewerkt script met plaatjes erin
A
script
B
storyboard
C
stripverhaal
D
draaiboek

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tel de shots en scenes in de volgende video

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel scenes en hoeveel shot
s telde je in de video?

Slide 30 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beeldkader & Camera standpunt

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beeldkaders
  • Panoramashot
  • Totaal shot
  • Medium shot
  • Close up

Camerastandpunten
  • Neutraalperspectief (NP)
  • Vogelperspectief (VP)
  • Kikvorsperspectief (KP)
  • Point of view (POV)
  • Over-shoulder (OS)

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beeldkader
(frame)

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Panorama shot

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Totaal shot

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Medium shot

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Close-up shot

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 40 - Tekstslide

We gaan even wat toegepast bezig

Welk beeldkader is dit?
A
Panorama shot
B
Medium shot
C
Totaal shot
D
Close up

Slide 41 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Welk beeldkader is dit?
A
Panorama shot
B
Medium shot
C
Totaal shot
D
Close up

Slide 42 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Welk beeldkader is dit?
A
Panorama shot
B
Medium shot
C
Totaal shot
D
Close up

Slide 43 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Welk beeldkader is dit?
A
Panorama shot
B
Medium shot
C
Totaal shot
D
Close up

Slide 44 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Camera standpunt
(Perspectief)

Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Neutraalperspectief (NP)
Vogelperspectief (VP)

Slide 46 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Point of view (POV)
Kikvorsperspectief (KP)

Slide 47 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Over-shoulder (OS)

Slide 48 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 49 - Tekstslide

We gaan even wat toegepast bezig

Welk camerastandpunt is dit?
A
(NP)Neutraalperspectief
B
(POV) Point of view
C
(KP) Kickvorsperspectief
D
(VP)Vogelperspectief

Slide 50 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Welk camerastandpunt is dit?
A
(OS) Over-shoulder
B
(POV) Point of view
C
(KP) Kickvorsperspectief
D
(VP)Vogelperspectief

Slide 51 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Welk camerastandpunt is dit?
A
(OS) Over-shoulder
B
(POV) Point of view
C
(KP) Kickvorsperspectief
D
(NP)Neutraal perspectief

Slide 52 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Welk camerastandpunt is dit?
A
(OS) Over-shoulder
B
(POV) Point of view
C
(KP) Kickvorsperspectief
D
(NP)Neutraal perspectief

Slide 53 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Camera beweging

Slide 54 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Camera beweging
Camerabeweging

Slide 55 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Draaiboek

Slide 56 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Draaiboek wordt gemaakt voor dat je de film opneemt.

Het zorgt ervoor dat je een goed overzicht hebt wie wanneer aanwezig is , welke spullen er moeten worden meegenomen en wat er gedaan moet worden die dag.

Slide 57 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht

Slide 58 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekent tilten?
A
in en uit zoomen
B
Horizontale beweging van de camera
C
Verticale beweging van de camera
D
De camera veranderd van positie

Slide 59 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Deze persoon haal je met de cameralens dichterbij. Je maakt deze persoon groter. Hoe heet dit?
A
inzoomen
B
Pannen
C
Titlten
D
Uitzoomen

Slide 60 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekent pannen?
A
in en uit zoomen
B
Horizontale beweging van de camera
C
Verticale beweging van de camera
D
De camera veranderd van positie

Slide 61 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 5 camerabewegingen op

Slide 62 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de bedoeling van een extreem close up?
A
Te laten zien wat er op de achtergrond staat
B
Om de acteur helemaal te laten zien
C
Om de emotie van de acteur te laten zien
D
Zodat je alle rimpels van de acteur goed kunt zien

Slide 63 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Spotlight: Je zorgt er met spotlight voor dat het object of het personage vol in het licht staat, maar de omgeving blijft donker.
Invullicht: kun je schaduwen opvullen. Met invullicht maak je deze schaduwen zachter.
Diffuus licht: licht dat van alle kanten komt. Het betekent ‘verspreid licht’ en geeft geen harde schaduwlijnen
Backlight: schijnt achterop de acteur. Hierdoor ontstaat er meer diepte in het beeld en komt de acteur iets meer naar voren in de opname.
Licht

Slide 64 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarvoor gebruik je een spotlight?
A
Om de filmset als geheel te verlichten
B
een persoon of voorwerp op de set te verlichten
C
Om zachtere schaduwlijnen te creëren
D
licht dat van alle kanten komt. Het betekent ‘verspreid licht’ en geeft geen harde schaduwlijnen

Slide 65 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarvoor gebruik je invullicht
A
Invullicht gebruik je als aanvulling op een andere lichtbron
B
Meestal gebruik je op de set alleen invullicht
C
een persoon of voorwerp op de set te verlichten
D
licht dat van alle kanten komt. Het betekent ‘verspreid licht’ en geeft geen harde schaduwlijnen

Slide 66 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Geluid
Direct geluid:  is geluid dat je direct opneemt met het beeld
Effectgeluid: dit geluid voeg je bij het monteren van de film toe.
Sfeergeluid: achtergrondgeluid dat de sfeer van de film bepaalt
Voice-over: stem onder een voetbalwedstrijd
Set-noise:  omgevingsgeluid van de opnameplek
Geluidsopname maken met verschillende microfoons: 
Rondommicrofoon:  neemt het geluid rondom de microfoon 
Richtmicrofoon: neemt geluid op van één kant

Slide 67 - Tekstslide

Setnoise kan je denken aan auto's die voorbij rijden of vogels die je hoort
Een geluid dat je toevoegt in een editing programma
A
Set noise
B
Voice -over
C
Effect geluid
D
Sfeergeluid

Slide 68 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekend sfeergeluid:?

A
dit geluid voeg je bij het monteren van de film toe.
B
achtergrondgeluid dat de sfeer van de film bepaalt
C
stem onder een voetbalwedstrijd
D
is geluid dat je direct opneemt met het beeld

Slide 69 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een stem dat de voetbal wedstrijd uitlegt noem je?
A
Set noise
B
Voice -over
C
Effect geluid
D
Sfeergeluid

Slide 70 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekend direct geluid?

A
dit geluid voeg je bij het monteren van de film toe.
B
achtergrondgeluid dat de sfeer van de film bepaalt
C
stem onder een voetbalwedstrijd
D
is geluid dat je direct opneemt met het beeld

Slide 71 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht

Slide 72 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies