In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Thema 4. Voortplanting
4.8 Seksueel overdraagbare aandoeningen (soa's)
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we deze les doen
- aanwezigheidscontrole
- Herhalen 4.7 geboorteregeling
- Uitleg 4.8 soa's
- Aan de slag + oefenen condooms
Slide 2 - Tekstslide
Welk voorbehoedsmiddel zie je hier?
A
Hormoonstaafje
B
de pil
C
Prikpil
D
Nuvaring
Slide 3 - Quizvraag
Voorbehoedsmiddel die je beschermt tegen soa:
A
De pil
B
Het condoom
C
Het spiraal
D
De prikpil
Slide 4 - Quizvraag
Welk voorbehoedsmiddel zie je hier?
A
Hormoonstaafje
B
Prikpil
C
Spiraaltje
D
Sterilisatie
Slide 5 - Quizvraag
Voorbehoedsmiddelen voorkomen altijd een zwangerschap
A
Ja, want daar zijn ze tenslotte voor
B
Nee, want als ze verkeerd gebruikt worden werken ze niet
Slide 6 - Quizvraag
Welk voorbehoedsmiddel zie je hier?
A
Mannen Condoom
B
Vrouwen condoom
C
Nuvaring
D
Spiraaltje
Slide 7 - Quizvraag
Wat is de naam van dit voorbehoedsmiddel?
A
De pil
B
Anticonceptiestaafje
C
Spiraaltje
Slide 8 - Quizvraag
Welke voorbehoedsmiddelen zijn onbetrouwbaar
A
condoom
B
periodieke onthouding
C
pil
D
coitus interruptus
Slide 9 - Quizvraag
Voorbehoedsmiddelen zijn:
A
middelen die een vrouw laten menstrueren
B
middelen die voor de gezondheid ingenomen worden/ beter worden
C
middelen die een zwangerschap tegen gaan
D
middelen die helpen dat een vrouw zwanger wordt.
Slide 10 - Quizvraag
Welk voorbehoedsmiddel zie je hier?
A
Prikpil
B
Condoom
C
Nuvaring
D
De pil
Slide 11 - Quizvraag
Welk voorbehoedsmiddel zie je hier?
A
Spiraaltje
B
Hormoonstaafje
C
Prikpil
D
Sterilisatie
Slide 12 - Quizvraag
Wat is een abortus?
A
Als je na de geslachtsgemeenschap een pil slikt.
B
De arts laat het embryo weghalen uit de baarmoeder.
C
Dat is een miskraam.
Slide 13 - Quizvraag
Welk voorbehoedsmiddel zie je hier?
A
Vrouwen condoom
B
Nuvaring
C
Mannen condoom
D
Hormoon staafje
Slide 14 - Quizvraag
Drie voorbehoedsmiddelen zijn de pil, het condoom en de NuvaRing. Bij welke van deze voorbehoedsmiddelen berust de werking op het voorkomen van ovulatie?
A
Bij de pil
B
Bij de pil en condoom
C
Bij de pil en de NuvaRing
D
Bij alle drie
Slide 15 - Quizvraag
Uitleg 4.8
- Telefoons weg
- Chromebooks dicht
Slide 16 - Tekstslide
soa
Seksueel overdraagbare aandoening = ziekten die je alleen kunt krijgen via intiem lichamelijk contact met een besmette persoon