Hoofdstuk 6 paragraaf 2 Eenheid en verdeeldheid in Europa
Eenheid en verdeeldheid in Europa
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3
In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Eenheid en verdeeldheid in Europa
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Video
00:58
Waar staat EGKS voor?
A
Europese gemeenschap voor kegels en stoommachines
B
Europa voor kolen en stevigheid
C
Europese goederen van kolen en staal
D
Europese gemeenschap voor kolen en staal
Slide 3 - Quizvraag
01:26
Waar staat de afkorting EG voor?
A
Europees geld
B
Europese gemeenschap
C
Europese parlement
D
Europese hof
Slide 4 - Quizvraag
01:46
Welke volgorde is juist?
A
EGKS, EG, EU, EURO
B
EGKS, EU, EURO, EG
C
EURO, EG, EU, EGKS
D
EG, EGKS, EU, EURO
Slide 5 - Quizvraag
01:46
Op welke gebieden gingen de Europese landen meer samenwerken?
A
Europese hof, Europese rechter, grenzen werden meer opengesteld
B
Kool, staal, Europese hof en grenzen werden meer opengesteld
C
Europese hof, Kool en staal
D
Europese munt, Europese rechter, kool en staal
Slide 6 - Quizvraag
01:46
In welk jaar kwam de Europese munt?
A
1992
B
2001
C
2002
D
2005
Slide 7 - Quizvraag
01:26
Uit hoeveel landen bestaat de EG?
A
6
B
11
C
12
D
27
Slide 8 - Quizvraag
Leg uit hoe en waarom Joegoslavië uit elkaar viel.
Slide 9 - Open vraag
Nieuwe Staten
Na de val van de Berlijnse muur ontstonden er in Europa nieuwe staten:
Tsjechië
Slowakije
Balkan landen: Kroatië
Servië
Bosnië.
Diepte punt was de etnische zuivering in Srebrenica onder het oog van Nederlandse militairen.
Slide 10 - Tekstslide
Hoe leidde de Koude Oorlog tot meer eenheid in Europa?
Slide 11 - Open vraag
De ontwikkeling van de EU
Na de val van de Muur kwam er meer Europese integratie door:
Euro
Verdrag van Schengen.
Meer landen werden lid.
Voormalig Oostblok landen werden lid.
Slide 12 - Tekstslide
Leg uit wat de 4 belangrijkste organen zijn in de EU.
Slide 13 - Open vraag
Organisatie van de EU
Europese Commissie
Raad van Ministers
Europees Parlement
Slide 14 - Tekstslide
Europees Parlement
Het Europees Parlement bestaat uit 751 leden. Ze worden iedere vijf jaar door de burgers van de lidstaten gekozen. Hoe meer inwoners een lidstaat heeft, hoe meer zetels dat land heeft in het Europees Parlement.
Het Parlement beslist over de wetsvoorstellen van de Europese Commissie.
Slide 15 - Tekstslide
Raad van Ministers
De Raad van Ministers bestaat uit alle ministers van alle lidstaten. Bijv. ministers van financiën bij een economische wet
De Raad van Ministers moet, net als het Europees Parlement, elk nieuw wetsvoorstel goedkeuren of afkeuren.
Slide 16 - Tekstslide
Europese Raad
De regeringsleiders van de 28 landen van de EU.
Zij bepalen het beleid van de EU.
Slide 17 - Tekstslide
Europese Commissie
Dagelijks bestuur van de EU.
De Europese Commissie bestaat uit 28 eurocommissarissen. Elk land heeft één commissaris. Een Europese voorzitter.
De Commissie stelt nieuwe wetten voor en zorgt dat wetten worden uitgevoerd.
De Europese Commissie kan alleen allemaal tegelijk ontslagen worden.
Slide 18 - Tekstslide
Leg uit waarom de problemen tussen De EU/Navo en Rusland na 2000 pas echt groot werden.
Slide 19 - Open vraag
Leg uit hoe Rusland na de Koude Oorlog zijn macht weer versterkte
Slide 20 - Open vraag
Rusland na '00
Poetin heeft Rusland onder Jeltsin zien verzwakken -> wakkert nieuwe spanningen aan met het Westen (Oekraïne > Krim (2014), oorlog met Georgië) om van Rusland weer een wereldmacht maken. -> oude grenzen USSR.