havo 1

Wat gaan we doen?
  1. spelling
  2. grammatica
  3. verslag
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Wat gaan we doen?
  1. spelling
  2. grammatica
  3. verslag

Slide 1 - Tekstslide

Spelling

Slide 2 - Tekstslide

We klommen weleens in die boomhut en daar ... wij dan een broedende arend.
A
bespieden
B
bespiedde
C
bespiede
D
bespiedden

Slide 3 - Quizvraag

De kleine cowboy had zijn eigen ...
A
lassootje
B
lasso'tje
C
lassotje

Slide 4 - Quizvraag

De varkensboerderij is opgeheven ... de natuur en het toerisme.
A
ter gunsten van
B
te gunste van
C
ten gunste van

Slide 5 - Quizvraag

De biljarter speelde elke bal met een opnieuw ... keu.
A
gekreten
B
gekrijte
C
gekrete
D
gekrijtte

Slide 6 - Quizvraag

Grammatica

Slide 7 - Tekstslide

Wat is de persoonsvorm in de volgende zin:
De biljarter speelde elke bal met een opnieuw gekrijte keu.

Slide 8 - Open vraag

Wat is het onderwerp in de volgende zin:
De biljarter speelde elke bal met een opnieuw gekrijte keu.

Slide 9 - Open vraag

Wat is het werkwoordelijk gezegde in de volgende zin:
De biljarter speelde elke bal met een opnieuw gekrijte keu.

Slide 10 - Open vraag

Wat is het lijdend voorwerp in de volgende zin:
De biljarter speelde elke bal met een opnieuw gekrijte keu.

Slide 11 - Open vraag

POËZIE

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Blijf gedicht maken
In het gedicht Touwtjes om de wolken probeert iemand iets vast te houden wat eigenlijk niet kan.
Is er iemand die jij heel aardig en lief vindt?
Stel dat hij of zij weg wil.
Jij wilt dat hij of zij blijft.
Wat kun jij doen om iemand te laten blijven?

Slide 14 - Tekstslide

Stap 1
Verzin drie of vier dingen die in het echt niet kunnen.
Wat zou jij willen doen om iemand over te halen om te blijven?
Misschien verf je de lucht wel pimpelpaars?
Of je vangt de maan met een lasso?
Schrijf drie of vier zinnen op.

Slide 15 - Tekstslide

stap 2
Begin je gedicht met de woorden
Blijf je als ik …
Daarna komt het rijtje met de bedachte dingen.
Schrijf het zo op dat het past bij de beginzin.

Slide 16 - Tekstslide

voorbeeld
Blijf je als ik
de lucht pimpelpaars verf
Blijf je als ik
de maan met een lasso vang
Sluit af met
Blijf je?

Slide 17 - Tekstslide

stap 3
Nu kun je je gedicht mooi voordragen.
Wie wil zijn of haar gedicht met veel passie en vuur voorlezen voor de klas?

Slide 18 - Tekstslide

Vertrek gedicht
Doe nu dezelfde opdracht maar begin met de woorden
Ik vertrek omdat…
Bedenk daarna een paar redenen.
Schrijf het zo op dat het past bij de beginzin.
Sluit af met
Wil je dat ik vertrek?

Slide 19 - Tekstslide

toneelstuk
Heb je allebei de opdrachten gedaan?
Maak er een toneelstuk van!
Je speelt het met z’n tweeën.
De een leest zijn blijf-gedicht voor.
De ander leest zijn vertrek-gedicht voor.
Lees om de beurt een regel.

Slide 20 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
verslag schrijven

Waarom leren we dit?

Slide 21 - Tekstslide

Verslag schrijven
Er zijn twee soorten verslagen:
• een zakelijk verslag (over bijvoorbeeld een biologieproef). Hierin schrijf je alleen over dingen die gebeurd zijn (feiten);
• een persoonlijk verslag (over bijvoorbeeld de voetbalwedstrijd waarin je voetbalteam kampioen werd). Hierin beschrijf je feiten, persoonlijke ervaringen en gevoelens.

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Persoonlijk verslag schrijven
• Bedenk wat je gaat beschrijven: geef antwoord op de 5w+h-vragen.
• Zet alle informatie in een logische volgorde.
• Verdeel de informatie in alinea’s.
• Besteed in een persoonlijk verslag aandacht aan wat je zelf van de gebeurtenis vond.
• Noteer, indien van toepassing, het materiaal dat je gebruikt hebt.

Slide 24 - Tekstslide

Feedback formulier
Klik hier voor de het formulier.

Slide 25 - Tekstslide

Wat hebben we geleerd?

Slide 26 - Tekstslide