Link 16.1

Lesplan
1. Welkom, Jenny!
2. Huiswerk: Tijdschrift.
3. Link: 16.1.
4. Spreken. 
5. Grammatica: opendoen - Ik doe het raam open


1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2ISK

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 165 min

Onderdelen in deze les

Lesplan
1. Welkom, Jenny!
2. Huiswerk: Tijdschrift.
3. Link: 16.1.
4. Spreken. 
5. Grammatica: opendoen - Ik doe het raam open


Slide 1 - Tekstslide

Na deze les...
 ... kun je hulp vragen en hulp aanbieden. 

Slide 2 - Tekstslide

Huiswerk: 
Huiswerk na de kerstvakantie:

Lees een artikel uit het tijdschrift en vertel waar het over ging. Maak 10 zinnen. Gebruik de verleden tijd (voorbeeld: Het ging over Italië. Een meisje kwam naar Rome en ze was verliefd op die stad, etc. )

Slide 3 - Tekstslide

Thema 16 We hebben een probleem
In dit thema oefenen we met de volgende taken:
 

1) hulp vragen en aanbieden (taak 1);
2) een probleem beschrijven en zeggen wat je wilt (taak 2);
3) vertellen over een ongeluk in de verleden tijd (taak 3);
4) een telefoongesprek met de gemeente voeren (taak 4).

Slide 4 - Tekstslide

Bespreek met elkaar
de pech - het ongeluk - het probleem 

1) Wanneer had jij pech? Wat gebeurde er?
2) Heb je vaak pech of heb je vaak geluk?
3)  Aan wie vraag je meestal hulp?
4) Met welke dingen heb je hulp nodig?
5) Vraag je weleens hulp aan je buren?
6) Help je je buren weleens?

timer
5:00

Slide 5 - Tekstslide

We gaan in het boek werken: 

16.1

Slide 6 - Tekstslide

Hulp vragen:

1) Ik ben mijn portemonnee vergeten.
     Kan ik misschien geld van je lenen? 
2) Ik kan mijn telefoon niet vinden.
      Kun je me even helpen met zoeken?
3) De band van mijn fiets is lek.
      Kan je me misschien helpen?

Hulp aanbieden: 

Kan ik je helpen? 

Heb je hulp nodig? 

Kan ik iets voor je doen? 

Slide 7 - Tekstslide

Scheidbare werkwoorden
                           werkwoord                                                          prepositie 
                              leggen                                                                     uit  



                                 
                                                         =  scheidbaar werkwoord
                                                                          uitleggen

Zichtbaar Nederlands

Slide 8 - Tekstslide

thuiskomen
Ik kom met de boodschappen thuis.
Ik ben met de boodschappen thuisgekomen.

invullen
Ik vul het formulier in.
Ik heb het formulier ingevuld.


Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Link

Slide 11 - Link

Slide 12 - Link

Huiswerk: 
Huiswerk voor morgen:

Online 16.2 (opdrachten 1-6)
Grammatica: 2.22 en 2.23. 

Slide 13 - Tekstslide

Wat heb je vandaag geleerd? 

Slide 14 - Tekstslide

Goed gedaan!

Slide 15 - Tekstslide