Compréhension écrite: je vraagt de woorden van 3, 4, 5, 6, 7 en 8 die je in je
schrift noteerde voor de vertaling:
(Madame, j' ai une question sur question 4 de l' exercice 19)
Après on répond aux questions
Bij open vragen geef je antwoord in HELE ZINNEN:
met een onderwerp en een werkwoord.
Je hebt je je voca personnel geleerd en je kent voca 13,6 en 13,7