Thema 4 - basisstof 4: beïnvloeding van het zenuwstelsel

Programma deze les:
  • Korte herhaling begrippen
  • Voorkennis - wat weet je al?
  • Doelen van de les
  • Uitleg 
  • Verwerkingsopdracht
  • Afronden & werk voor de rest van de week
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Programma deze les:
  • Korte herhaling begrippen
  • Voorkennis - wat weet je al?
  • Doelen van de les
  • Uitleg 
  • Verwerkingsopdracht
  • Afronden & werk voor de rest van de week

Slide 1 - Tekstslide

Verwelkomen, opstarten, introductie (5 min)
Wat bedoelen we met een prikkel als we het hebben over het zenuwstelsel?
timer
0:20
A
Een signaal van buitenaf wat opgevangen wordt door onze zintuigen
B
Een signaal van binnenaf wat opgevangen wordt door onze zintuigen
C
Een signaal van buitenaf wat vervoerd wordt door onze zenuwen
D
Een signaal van binnenaf wat vervoerd wordt door onze zenuwen

Slide 2 - Quizvraag

Deze vraag kwam uit hun huiswerk wat ze voor de vakantie gemaakt hebben (2+ weken geleden). Hiermee check ik wat ze nog weten.
In welk deel van de hersenen wordt je evenwicht en aansturing van spieren geregeld?
timer
0:20
A
Grote hersenen
B
Kleine hersenen
C
Hersenstam
D
Ruggenmerg

Slide 3 - Quizvraag

Deze vraag kwam uit hun huiswerk wat ze voor de vakantie gemaakt hebben (2+ weken geleden). Hiermee check ik wat ze nog weten.
Hoe noem je een onbewuste reactie ook wel?
timer
0:30

Slide 4 - Open vraag

Deze vraag kwam uit hun huiswerk wat ze voor de vakantie gemaakt hebben (2+ weken geleden). Hiermee check ik wat ze nog weten.
Wat weet je over drugs?

Slide 5 - Woordweb

Hier vraag ik wat leerlingen al weten over drugs. Ik heb de les voor de vakantie een padlet laten invullen met wat ze wilden weten.
Thema 4: Regeling
Beïnvloeding van het zenuwstelsel

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
Aan het eind van deze les:
  • Kun je benoemen hoe medicijnen en drugs je zenuwstelsel beïnvloeden
  • Weet je welke drie types drugs er bestaan
  • Kun je het verschil benoemen tussen harddrugs en softdrugs
  • Kun je beschrijven hoe je op een relatief "veilige" manier kunt gebruiken

Slide 7 - Tekstslide

Deze lesdoelen zijn wat uitgebreider dan de lesdoelen die in de methode beschreven staan. In de Achterhoek is er sprake van met name 3-MMC en 4-MMC gebruik. Daar leg ik de nadruk op.
(2 minuten)
Verdovende middelen (downers)
Werking (één of een combinatie)

  • Reactievermogen wordt verminderd
  • Kalmerend
  • Ontspannend

Ademhaling en hartslag verlagen, spieren ontspannen

Voorbeelden verdovende middelen: alcohol, bepaalde soorten medicatie (morfine, opïoiden), heroïne, GHB, wiet, hash (THC)


Slide 8 - Tekstslide

(2 min)
Stimulerende middelen (uppers)
Werking (één of een combinatie)
  
  • Alertheid
  • Druk gevoel
  • Roekeloos gedrag
  • Slapeloosheid / niet moe worden
  • Knuffelig / blij gevoel
  • Verhoogde zin in seks

Hartslag en bloeddruk verhogen, spieren spannen aan

Voorbeelden stimulerende middelen: caffeïne (koffie), tabak (sigaretten),  cocaïne, speed, XTC (MDMA), 
4-MMC (miauw miauw), 3-MMC (poes)

Slide 9 - Tekstslide

(2 min)
Bewustzijnveranderende middelen (trippers)
Werking (één of combinatie)

  • Dingen zien die er niet zijn
  • Vervorming werkelijkheid
  • Kleuren (aura's) zien
  • Sloomheid (vertraging reactievermogen)
  • Roekeloos gedrag
  • Muziek, licht en kleur intenser ervaren

Voorbeelden hallucinerende middelen: hasj, wiet (THC), truffels, paddo's, ketamine, lachgas, LSD, XTC, 4-MMC, 
3-MMC

Slide 10 - Tekstslide

(2 min)
Drugs kunnen verschillende werkingen hebben.
Welk type drugs vertraagt je reactievermogen?
timer
0:20
A
Verdovende middelen
B
Stimulerende middelen
C
Bewustzijnveranderende middelen

Slide 11 - Quizvraag

Controlevraag over de uitleg die ik net gegeven heb: snapt de leerling het / heeft de leerling opgelet? Timer zodat leerlingen niet op elkaar aan het wachten zijn.
Welk type drugs zou er veel gebruikt worden op grote feesten en festivals?
timer
0:20
A
Verdovende middelen
B
Stimulerende middelen
C
Bewustzijnverandere middelen

Slide 12 - Quizvraag

Controlevraag over de uitleg die ik net gegeven heb: snapt de leerling het / heeft de leerling opgelet? Timer zodat leerlingen niet op elkaar aan het wachten zijn.
Verschil harddrugs & softdrugs
Harddrugs
Softdrugs
Opiumwet lijst I: illigaal om te bezitten, te maken en te verkopen.
Opiumwet lijst II: illigaal om te bezitten, te maken en te verkopen, maar wordt gedoogd in kleine hoeveelheden.
Risico: hoge verslavingskans
grote gezondheidsrisico's
Risico: kleinere verslavingskans
kleinere gezondheidsrisico's
Meest bekende voorbeelden harddrugs:
- Speed / amfetamine
- Cocaïne
- Crack
- XTC/ MDMA
- Heroïne (opium, waaronder ook pijnstillers)
- GHB
- Alcohol
- Nicotine
- 4-MMC (miauw miauw)
- 3-MMC (poes)
Meest bekende voorbeelden softdrugs:
- Wiet / hasj (zonder tabak)
- Paddo's
- Truffels
- Lachgas
- Aantal angstverminderende en 
spierverslappende medicijnen

Slide 13 - Tekstslide

In de Padlet werd een vraag gesteld over het verschil in soft- en harddrugs. Eigenlijk is Nederland (samen met een handjevol andere landen, maar heeft als eerste dit onderscheid gemaakt) een unicum.
Ik leg hiermee uit dat geen enkele drug legaal is, behalve nicotine en alcohol. Dit omdat dit diep in de cultuur verankert zit, maar eigenlijk zijn het harddrugs.

(5 min)
"Veilig" drugsgebruik
Toch gebruiken? 
  • Veilige omgeving, het liefste in een vertrouwde omgeving
  • Gebruik de drug het liefst met iemand die het al eerder gebruikt heeft
  • Houd altijd 1 iemand nuchter (denk aan Bob)
  • Geen drugs combineren (zeker niet met alcohol)
  • Gaat het mis? Durf hulpverleners in te schakelen

Slide 14 - Tekstslide

Stel, je wil toch een keer iets proberen, dan is het enorm handig om dat voor het eerst in een vertrouwde omgeving te doen. Denk aan thuis, bij iemand anders thuis als je het daar goed kent of een andere rustige plek. Dit vermindert je kans op een bad trip
Gebruik het liefste met iemand die de drug al eens eerder gebruikt heeft, diegene kan je vertellen wat je kunt verwachten en hoe je de drug veilig gebruikt. 
Ook is het handig als er iemand is (het liefst degene met ervaring) die nuchter blijft. Denk maar aan de Bob zijn.
En mocht het nou mis gaan en iemand is echt in levensgevaar: bel alsjeblieft 112 en leg uit welke drug of drugs er genomen is. Zo weet het ambulancepersoneel ook juist te handelen. Dit kan het leven redden van die persoon.
(2 min)
Drugshandel & versnijding
  • Illigaliteit maakt het duur
  • Andere stoffen door de drugs mengen
  • DIMS - testlaboratoria in heel Nederland

Slide 15 - Tekstslide

Drugs zijn duur, omdat ze illigaal zijn. Vaak worden drugs zoals cocaïne, speed en XTC versneden met cafeïne of zelfs rattengif. Dit zodat de dealer minder "echte" stof hoeft te verkopen en dus meer winst kan maken.
Dit kan allerlei vervelende bijwerkingen en gevolgen hebben. Je kunt je drugs laten testen op verschillende locaties door Nederland, zodat je weet wat je inneemt. Dit wordt georganiseerd door het Trimbos instituut onder het Drugs Informatie en Monitoring Systeem (DIMS). In ruil voor het testen van de drugs wil het instituut informatie over jouw gebruik van de drug.

(2 min)
Wat heb je geleerd deze les?

Slide 16 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Hoe vonden jullie deze les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 17 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

De opdracht
Je gaat een informatieve powerpoint maken over één van de drugs die langs is gekomen.
Je maakt er een echte presentatie van, maar in plaats van dat je voor de klas presenteert, doe je dit door in te spreken.

Voor deze powerpoint krijg je een cijfer die meetelt voor je PTA.

Slide 18 - Tekstslide

Leerlingen gaan aan de slag met de opdracht die ik klaar heb gezet voor ze in Magister Opdrachten (tot 5 min voor tijd, afhankelijk hoelang we nog hebben)