§4.1 Leenheren en leenmannen

§4.1 Leenheren en leenmannen
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

§4.1 Leenheren en leenmannen

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kunt uitleggen:
- Hoe Karel de Grote een machtig koning en keizer wordt over een groot rijk
- Op welke manier Karel de Grote zijn rijk bestuurt
- Hoe politieke verdeeldheid en onveiligheid ontstaan na de dood van Karel de Grote
- Welke plaats ridders hebben in de middeleeuwse samenleving

Slide 2 - Tekstslide

Eerst de naam: 
De Middeleeuwen

  • De tijd na het Romeinse Rijk (Oudheid) en vóór de Nieuwe Tijd.

  • Het ligt in het midden van die twee perioden: tussenperiode

  • Ongeveer tussen 500 en 1500

  • Vroege Middeleeuwen: 500-1000
  • Late Middeleeuwen: 1000-1500

Slide 3 - Tekstslide

Sleep alle voorwerpen die met dit tijdvak te maken hebben naar het tijdvak-pictogram.

Slide 4 - Sleepvraag


Hoe heet dit tijdvak?
A
Tijd van Ridders en Monniken
B
Tijd van Monniken en Ridders
C
Tijd van Ridders en Kerken
D
Tijd van Kerken en Ridders

Slide 5 - Quizvraag


Over welke tijd gaat 
dit tijdvak?
A
100-600
B
600-1000
C
600-1200
D
500-1000

Slide 6 - Quizvraag

Tijd van Grieken en Romeinen
(500 v. Chr. - 500 n. Chr.)
Tijd van Monniken en Ridders
(500-1000)
(Vroege Middeleeuwen)
Tijd van Steden en Staten
(1000-1500)
(Late Middeleeuwen)
1492: Columbus 'ontdekt' Amerika
(Einde van de Middeleeuwen)
⚓️
476: Val van het West-Romeinse Rijk
(Begin van de Middeleeuwen)
🔥
Tijd van Ontdekkers en Hervormers
(1500-1600)
Tijd van Regenten en Vorsten
(1600-1700)
Tijd van Pruiken en Revoluties
(1700-1800)

Slide 7 - Tekstslide

Onrustige tijden in Europa
500-800

Na de val van het West-Romeinse Rijk zijn er veel oorlogen
Reizen is gevaarlijk en de meeste mensen leven in dorpjes
Grote steden, zoals Rome, zijn er niet (meer)

Slide 8 - Tekstslide

De edelen
Eignaars van de grond, bestuurden het land, zorgden voor rechtspraak en voerden oorlog
Huis van de heer
Vaak niet meer dan een iets groter houten huis met een muur. Hierkonden de boeren schuilen bij een aanval.
Ophaalbrug
Kan gesloten worden bij een aanval
Gracht
Extra verdediging tijdens een aanval
Simpele huizen
Binnen de muren voor de belangrijkste mensen
Boomgaard
Ook binnen de muren werd voedsel verbouwd. Alle opbrengst hier was voor de heer
Boer buiten de muur
Er waren twee soorten boeren:
  1. Vrije boeren: bezaten hun eigen grond
  2. Horigen: hadden geen bezit en moesten werken voor de heer
Boeren
Boeren werden door de heer beschermd en gevoed, maar daar wilde de heer wel iets voor terug
De heer kon vragen om herendiensten
  • graan malen
  • druiven persen
  • vechten voor de heer
  • graan betalen
  • wegen onderhouden
  • gracht graven
Akker
Ook buiten de muren werd op het land gewerkt. Dit werd gedaan door de horigen.
Weiland
Buiten de muren lagen weilanden voor de dieren

Slide 9 - Tekstslide

Filmpje
Samenleving in de vroege middeleeuwen

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Filmpje
De Franken

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Karel de Grote
De bekendste Frankische koning is Karel de Grote
Het rijk wordt door hem rond 800 op zijn grootst
Karel de Grote verspreidt ook het christendom
Hierdoor kroont de paus hem dan ook tot keizer

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Hier staan landen van Europa. Horen ze wel of niet bij het rijk van Karel de Grote? 
Sleep ze naar de juiste plek.
Nederland
België
Frankrijk
Italië
Duitsland
Engeland
Niet
Wel

Slide 16 - Sleepvraag

Rondreizend bestuur
Het rijk van Karel de Grote is erg groot:


Om dit te besturen wil hij overal in zijn rijk zijn
Vaak stuurt hij een boodschapper, maar hij reist zelf ook veel
Maar het is te traag en neemt veel tijd in beslag
Er moet toch een betere manier zijn...

Slide 17 - Tekstslide

McDonald's
Stel je voor dat je de baas bent van McDonald's. Dan heb je 37.000 restaurants in 120 landen.
Het is natuurlijk erg lastig om in al deze restaurants alles in je eentje te kunnen regelen.

Dus wat is nou een goede oplossing voor dit probleem?

Slide 18 - Tekstslide

McDonald's
Stel je voor dat je de baas bent van McDonald's. Dan heb je 37.000 restaurants in 120 landen.
Het is natuurlijk erg lastig om in al deze restaurants alles in je eentje te kunnen regelen.

Dus wat is nou een goede oplossing voor dit probleem?
Oplossing:
Je laat een aantal mensen jou helpen! Je leent de restaurants aan 120 mensen die in hun land alles regelen! Zij mogen bijvoorbeeld kiezen wat er op het menu komt en hoe reclame wordt gemaakt. In ruil hiervoor moeten ze jou alleen maar een deel van het geld geven.

Dit is het leenstelsel!

Slide 19 - Tekstslide

Het leenstelsel
Karel de Grote vraagt hulp aan de adel
Deze edelen mogen dan een stuk van het rijk besturen
Het gebied blijft van Karel, maar ze mogen het lenen
Dit noemen we het leenstelsel
Je kon graaf of hertog worden:
  • Graaf: De baas in een klein gebied, een graafschap. Dit was minder belangrijk
  • Hertog: De baas in een groot gebied, een hertogdom (bijvoorbeeld Brabant). Dit was erg belangrijk

Slide 20 - Tekstslide

De afspraken
De Leenheer
Houdt het gebied in bezit, maar leent het gebied aan iemand van adel.

De Leenman
Mag het gebied lenen en:
- Bestuurt het gebied
- Spreekt er recht
- Levert soldaten
- Mag inkomsten van het gebied houden
- Moet de leenheer trouw zijn

De persoon die een gebied uitleent
De persoon die een gebied leent

Slide 21 - Tekstslide

Filmpje
Het leenstelsel

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Bij wie hoort het?
Moet soldaten leveren
A
Leenheer
B
Leenman

Slide 24 - Quizvraag

Bij wie hoort het?
Mag rechtspreken
A
Leenheer
B
Leenman

Slide 25 - Quizvraag

Bij wie hoort het?
Leent het gebied uit
A
Leenheer
B
Leenman

Slide 26 - Quizvraag

Bij wie hoort het?
Mag de inkomsten van het gebied houden
A
Leenheer
B
Leenman

Slide 27 - Quizvraag

Probleem met leenstelsel
Veel leenmannen doen alsof het gebied hun bezit is
Soms gaan leenmannen het gebied zelfs opnieuw uitlenen
Op deze manier krijg je achterleenmannen
Hierdoor hebben middeleeuwse koningen weinig macht

Slide 28 - Tekstslide

Zet de namen op de juiste plek
Leenheer
Leenman
Achterleenman

Slide 29 - Sleepvraag

Resumé
Pak je schrift
Schrijf voor jezelf op (of bedenk 4 vragen over) wat we deze les besproken hebben
Wie, Wat, Waarom, Wanneer
timer
2:00

Slide 30 - Tekstslide

Huiswerk
Schrijf op in je agenda
Maken opdracht 1 t/m 9 van §4.1

Slide 31 - Tekstslide