H6.2 Bestuiving

• Biologie
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

H6.2 Bestuiving

Herhaling les H6.1

Meeldraden

Zijn de mannelijke voortplantinsorganen van de plant.

Ze bestaan uit: helmdraad en helmknop.

Stampers

Zijn de vrouwelijke voortplantingsorganen van de plant.

Sommige planten hebben 1 stamper, anderen hebben er meerdere.

Bestaat uit een stempel, stijl en vruchtbeginsel.

H6.2 Bestuiving

Leerdoelen

• Je kunt beschrijven wat bestuiving is.
• Je kunt het verschil benoemen tussen kruisbestuiving en zelfbestuiving.
• Je kunt kenmerken noemen van insecten en van windbloemen.
  

Bestuiving

Bestuiving:

Is het overbrengen van de stuifmeel van een meeldraad op de stempel van een stamper.

Dit kan alleen als de stuifmeel op de stempel komt van DEZELFDE bloemensoort.

Er zijn 2 manieren van bestuiving:

via insecten 

via de wind

Bestuiving = stuifmeelkorrels op stempel zelfde soort

Nectar

Veel bloemen maken nectar

Nectar is een zoet sap en lokt insecten aan

Bijen maken honing van nectar

Kruisbestuiving

Kruisbestuiving en zelfbestuiving 

Zelfbestuiving / kruisbestuiving of is het geen bestuiving.

Wat vindt er plaats ?

Antwoorden

1. kruisbestuiving

2. zelfbestuiving

3. zelfbestuiving

4. kruisbestuiving

5. niets (van stamper naar meeldraad, moet andersom)

6. niets (van meeldraad naar meeldraad)

7. niets (is een andere soort)

8. zelfbestuiving

Insectenbloemen:

De insecten zorgen voor de bestuiving.

Hebben grote, opvallende bladeren.

Windbloemen:

De wind zorgt voor bestuiving.

Vaak klein en onopvallend gekleurd

Waaruit bestaat een bloemkroon?

1. Meeldraden
2. stuifmeelkorrels
3. kroonbladeren
4. nectar

Waarom zijn kroonbladeren groot en opvallend?

1. Dat is mooi om te zien
2. Dan trappen de mensen er minder snel op
3. Dat heeft geen reden
4. Voor het aanlokken van insecten

Hoe heten de mannelijke voortplantingsorganen?

1. meeldraden
2. helmhokje
3. helmknop
4. stuifmeel

Hoe heten de vrouwelijke voortplantingsorganen?

1. zaadbeginsel
2. stampers
3. vruchtbegingsels
4. eicel

Huiswerk

leren 6.2 

vwo: maken opdracht 1 t/m 9