2.2 Van meerdere goden, naar één god

1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Nederland
Spanje
Italië
Griekenland
Frankrijk
Egypte

Slide 4 - Sleepvraag

Germanen
Friezen
De limes
Romeinen
Bataven

Slide 5 - Sleepvraag

Van welk land is Rome nu de hoofdstad?
A
Spanje
B
Frankrijk
C
Italië
D
Engeland

Slide 6 - Quizvraag

De Bataven en de Romeinen schreven de afspraken van hun bondgenootschap op in een verdrag
A
Juist
B
Onjuist

Slide 7 - Quizvraag

Tot 3000 v.C.
3000 v.C. tot 500 n.C.
500 - 1000 n.C.
1000 - 1500 n.C..
Tijd van jagers en boeren
Tijd van Grieken en Romeinen
Tijd van Monniken en ridders
Tijd van Steden en Staten
Middeleeuwen
Prehistorie
Oudheid

Slide 8 - Sleepvraag

Hoe heten de mensen waarover de keizer de baas is?
A
Regenten
B
Barbaren
C
Onderdanen
D
Gladiatoren

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

De Romeinen offerden in tempels.
Wat was de reden dat de Romeinen offerden?
A
Het was een manier van slachten.
B
Het was normaal cadeaus aan anderen te geven.
C
Ze hoopten dat de goden de mensen zouden helpen.
D
Zo lieten ze zien dat ze tolerant waren.

Slide 13 - Quizvraag

Waarom brachten de Romeinen offers aan hun goden?

Slide 14 - Open vraag

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

De joden zagen de Romeinse keizer als hun god.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quizvraag

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Slide 22 - Tekstslide

Jezus was van oorsprong een...
A
Moslim
B
Boedhist
C
Jood
D
Christen

Slide 23 - Quizvraag

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Monotheïsme betekent...
A
Geloven in één God
B
Geloven in meerdere Goden

Slide 26 - Quizvraag

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Video

De tijd van de Grieken en Romeinen stopte...
A
500 v. Chr.
B
50 n. Chr
C
500 n. Chr.
D
1000 n. Chr.

Slide 33 - Quizvraag

Het Romeinse rijk is gevallen door de slechte oogsten, waardoor mensen gingen verhuizen. Noem nog twee redenen waarom het rijk is gevallen.

Slide 34 - Open vraag

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide