LE 17 les 1

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 2

LE 17 les 1

                                                           Klinisch redeneren II

                                                                   14 lessen deze periode

                                             GGZ en GHZ

Even voorstellen

Vraag maar raak

Mededelingen

Niet eten en drinken in de klas

Communiceer!

Geen telefoons, wel laptops!!!
Wees op tijd! 

Toets in week van 30 oktober

Licentie voor ThiemeMeulenhoff

Code om TM te koppelen

VVDXMKG8 O1B

DS6YC6XL B1A

Planning

Leerdoelen
Theorie
Begrippen
Opdracht
Evaluatie 

Huiswerk

Vooruitblik

Leerdoelen

Aan het einde van de les kun je uitleggen wat psychopathologie inhoud
Aan het einde van de les heb je opgezocht wat een aantal begrippen inhoudt

Aan het einde van de les heb je kennis gemaakt met de DSM 5

Theorie

Wat is psychopathologie?

Is de ziekteleer van het psychisch functioneren

Voor het vaststellen van een psychiatrische stoornis doet de psychiater specifiek onderzoek naar de psychische functies

Theorie

1 op de 4 mensen krijgt te maken met een psychiatrische diagnose. 

Deze lessen kunnen je dus wel raken!

 Als verpleegkundige kun je te maken krijgen met mensen die last ervaren van kun psychische klachten. Zo veel last dat ze daarvoor hulp zoeken. Psychiatrische ziektebeelden staan niet volledig op zichtzelf maar eerder in extreme mate normale menselijke gedragingen en gedachtes en emoties zijn. (denk aan keukentrapje niet op durven of angstig zijn wanneer je langs een ravijn loopt

Welke psychiatrische stoornissen ken je al?

DSM

Wanneer de psychiater alle symptomen van de zorgvrager in kaart heeft gebracht is er sprake van een psychiatrische ziekte. Daarna kijkt de psychiater naar de diagnostic statistical manual of mental disorders ( DSM). Dan kan de psychiater zien welk ziektebeeld het beste past bij de symptomen

Psychische functies

Iedereen beschikt over algemeen psychische functies zoals:
expressie, psychomotoriek, bewustzijn, zelfbeleving, waarneming, denken, gevoelsleven, willen en verlangen

Deze indeling helpt om gericht naar delen van het psychisch functioneren te kijken

1) cognitieve functie
Gaat over kennis, overtuigingen en opvattingen

2) affectieve functies
achterhaalt dieper gelegen gevoelens en emoties

3) conatieve functies

het gedrag

cognitieve functies: bewustzijn, aandacht, orientatie, waarneming, denken, geheugen

Orientatie: desorientatie in tijd plaats en persoon

Inprenting en geheugen: inprentingstoornis, retentiestoornis, kortetermijngeheugenstoornis, langetermijngeheugenstoornis, amnestisch syndroom. Zijn gekoopeld aan waarnemingen. Wanneer een geur,kleur enz je doet denken aan een herinneringIntellect: stoornissen in oordeelsvermogen, ziekte-inzicht, abstractievermogen, intelligentie, taal, rekenen

Waarnemening; illusie, illusionaire vervalsing, pseudohallucinaties
Denken: formele denkstoornissen nl ontremd denken, geremd denken, neologismen, stereotiep taalgebruik, magisch en autistisch denken. Inhoudellijke denkstoornissen nl dwanggedachten, wanen, stemmingscongruentie, stemmingsincongruentie

affectieve functies: emotie, stemming

 Stemming: euforie, manie, depressief, dysthymie, cyclothymie, dysforie

Affect/ emotie affectlabiliteit, affectincontinentie, dwanglachen, dwanghuilen, affectvervlakking, apathie. Ontremd seksueel gedrag, moet je dus altijd melden

conatieve functies: psychomotoriek, motivatie, gericht gedrag

Psychomotoriek: non-verbale motoriek: hyperkinesie, hypertonie, agitatie, acathisie, bradykinesie, hypokinesie, akinesie, hypotonie, kataplexie, katalepsie, manierisme, magisch handelenVerbale motoriek: afasie, bradyfasie, logorroe, vocale tics, mutisme, afonie, neologismen, incoherente spraak, persevereren, echofasie, echolalieMotivatie en gedrag: schelden, overmatig aggresief of seksueel gedrag, lethargie, verlies van initiatief en apathie.

Opdracht

Zet de volgende begrippen in een schema en zoek op wat ze betekenen

expressie, psychomotoriek, bewustzijn, zelfbeleving, waarneming, denken, gevoelsleven, willen en verlangen

Drang

Berust op een onbedwingbare neiging om toe te geven aan een bepaalde handeling die gericht is op het bevredigen van behoeften of lusten

Basis hiervoor is onrust

Dwang

Gaat het om abnormaal sterk bezig zijn met gedachten en ideeen ( obsessies) of handelingen (compulsies) 

Vaak gebaseerd op angst

Denken dat je handen niet goed schoon zijn

1. drang
2. dwang

Eetbuiten

1. drang
2. dwang

Winkeldiefstal van 6de potje nagellak van dezelfde kleur

1. drang
2. dwang

Je partner iedere vrijdag vreemd gaat met zijn collega

1. drang
2. dwang

Beoordelingsinstumenten

Klinische beoordeling

Klinische interviews
psychologische test

zelfbeoordelingsschalen

observatieschalen 

fysiologische meetinstrumenten

Opdracht

Lees over de DSM-5 

Hoofdstuk 8 TM blz 117

Begrippen

Psychopathologie, expressie van psychomotoriek, 
Stoornissen in bewustzijn: helderheid, aandacht en oriëntatie
bewustzijn, zelfbeleving, waarneming, denken, gevoelsleven, willen en verlangen,.
Classificatie en DSM 5

Opdracht

Uit TM in eDition uit het boek Geestelijke Gezondheidszorg 1

Module 3 Psychopathologie: een inleiding

Hoofdstuk 7 Psychopathologie: oriëntatie

Opdracht 1 t/m 17

Geestelijke gezondheidszorg 1 n4 Paragraaf - eDition (thiememeulenhoff.nl)

Hoofdstuk 8 Classificeren (en beoordelen) van afwijkend gedrag

Opdracht 1 t/m 4c

Geestelijke gezondheidszorg 1 n4 Paragraaf - eDition (thiememeulenhoff.nl

Evaluatie

Kun je uitleggen wat psychopathologie inhoud? 

Heb je opgezocht wat een aantal begrippen inhoudt?
Heb je kennis gemaakt met de DSM 5?

Huiswerk

Lees uit TM Geestelijke gezondheidszorg 1:

Module 4 Schizofreniespectrum en andere psychotische stoornissen: 

Hoofdstuk 9 Zorgvragers met schizofrenie

Hoofdstuk 10 Behandelingen en verpleegkundige zorg bij schizofrenie

Hoofdstuk 11 Andere schizofreniespectrum- en psychotische stoornissen

Opdrachten afmaken als dat in de klas niet is gelukt

Vooruitblik

Schizofrenie en andere psychotische stoornissen

Huiswerk nabespreken