vwo 6 week 6 etaleer je falen toch niet zo 1 v64



vwo 6 - Nederlands

welkom, absenten

Etaleer je falen toch niet zo :)

1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsWOStudiejaar 6

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les



vwo 6 - Nederlands

welkom, absenten

Etaleer je falen toch niet zo :)

Slide 1 - Tekstslide


huiswerk was: lezen theorie, lezen tekst 2 236-237.
Nog geen vragen maken, alleen “lezen met de pen”.

theorie pg 232-235
doel: Je weet welke verschillende soorten vragen op het examen voorkomen. 

Slide 2 - Tekstslide


tekstsoort, schrijfdoel (uiteenzetting, beschouwing, betoog--> mengvormen)
intentie van de schrijver (spottend)
hoofdgedachte, samenvatten (wat wel/wat niet)
tekststructuur
functies van tekstgedeelten (tekstverbanden,
                                                             signaalwoorden)
argumentatie

Slide 3 - Tekstslide

Etaleer je falen toch niet zo

Slide 4 - Tekstslide

op basis van de titel
beschouwing, betoog of uiteenzetting?
beschouwing
betoog
uiteenzetting

Slide 5 - Poll

Welke drie woorden kende je niet (of vond je lastig...) (Geef ook rgnr)

Slide 6 - Open vraag

etaleer (titel) 
paradox (rg 30)
kokets / kokette (rg 33 - 88)
extraverts (rg 33)
seculiere (rg 58)
religieuze (rg 63)
innovatie (rg 76)
falsificatie-theorie /falsifiëren (rg 95)
metafoor (13)





Slide 7 - Tekstslide

welke signaalwoorden
/-zinnen?

Slide 8 - Woordweb

Geef de kortst mogelijke samenvatting van de tekst (hoofdgedachte).

Slide 9 - Open vraag

opdracht 1

Slide 10 - Tekstslide

opdracht 1 & 2

Tekst kan ingedeeld worden in 3 delen

Deel 1 Faalmoedig moeten we zijn
Deel 2 Positieve kanten van falen
Deel 3 Gevaren van het etaleren van falen. 
 

Slide 11 - Tekstslide

opdracht 1 & 2

gevraagd wordt naar deel 2 en deel 3. Zoek ook deel 1! 

Deel 1 Faalmoedig moeten we zijn 
staat letterlijk in alinea 9, dus tot en met 9 is sowieso deel 1. 
 

Slide 12 - Tekstslide

opdracht 1 & 2

kijk naar alinea 10, gaat dat nog over faalmoedig moeten we zijn, of over de positieve kanten?
 

Slide 13 - Tekstslide

opdracht 1 & 2

kijk naar alinea 10, gaat dat nog over faalmoedig moeten we zijn, of over de positieve kanten?

Het begin van de alinea misschien, het einde niet. Dus: niet echt een nieuw deel. 

 

Slide 14 - Tekstslide

opdracht 1 & 2

alinea 11: ik zoek naar faalmoedig zijn of naar positieve kanten... 

falen is noodzakelijk voor goede zaken zoals (..)  --> positief

falisificatie-theorie: positief (want baanbrekend)  

falen is goed, want leidt tot iets moois.
 



Slide 15 - Tekstslide

Waar begint deel 3 (gevaren van het etaleren van falen)?
A
13
B
14
C
15
D
16

Slide 16 - Quizvraag

Slide 17 - Tekstslide

opdracht 3

“maar zodra ik mijn faal-cv op sociale media had gezet, manifesteerde zich een paradox”

Citeer een zinsgedeelte uit een andere alinea dan alinea 4 waarin duidelijk wordt gemaakt wat die paradox inhoudt.

nieuwsquiz - daarna de vragen afmaken. 

Slide 18 - Tekstslide