Arm en Rijk nieuw hoofdstuk

1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Is ontwikkelingshulp wel zo als wij denken dat het is? Hoe kijken critici in deze ontwikkelingslanden zelf naar de hulp? Wat zou nou een reden kunnen zijn waarom zij hier zo sceptisch over zijn?
Nieuw hoofdstuk!
Thema is arm en rijk
(waar denk jij aan?)

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onderdelen hoofdstuk
- verschillende groepen waarin we landen kunnen onderverdelen 
- economische ontwikkeling, drie sectoren, import en export
- Hoe meet je nou de ontwikkeling van een land? En hoe betrouwbaar zijn al deze cijfers?
- informele en formele sector 
- ontwikkelingshulp ( zie openings slide)

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Typ minstens 4 dingen waar je aan denkt bij arm en rijk 
Arm en rijk

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Pittige uitdagende vraag

Geef een verklaring waarom het Coronavirus (begonnen in Wuhan China) zich in eerste instantie veel sneller heeft verspreid in en naar het westen en delen van Azië en uiteindelijk ook de westerse wereld en minder in en naar Afrikaanse landen?

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Drie groepen landen 
1. Centrum landen 
Hieronder valt Europa, Noord-Amerika, Canada, Japan, Australië, Nieuw-Zeeland, Zuid-Korea, Teiwan 
2. Semi-Perifere landen 
Hieronder vallen onder andere Zuid-Amerika, Grote delen van Azië, Rusland, Noord- Afrika, delen van het Midden-Oosten
3. Perifere landen 
Hieronder vallen vooral landen in Afrika

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zal deze foto genomen zijn in een centrum, perifeer of semi-perifeer land?
A
Centrum
B
Semi-perifeer
C
Perifeer

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Perifere landen 
-Perifere landen worden ook wel ontwikkelingslanden genoemd.
-Groot deel van de bevolking is zelfvoorzienend 
-Vaak veel corruptie ( misbruik van zijn of haar machtspositie)
-Kleine groep rijke belangrijke mensen 
-Grondstoffen  en landbouwproducten (bv Kenia)

Antwoord vorige dia: Semi-perifeer (Industrielanden)

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk begrip hoort bij deze afbeelding?

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Semi-periferie
- Landen die nog niet onder centrum vallen maar ook geen periferie meer zijn
- Maken snelle groei door
- Vooral de industrie groeit er snel
- Bevolking redelijk goed opgeleid. 
- Grote verschillen tussen arm en rijk (bv India)

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Centrum landen 
- Geeft de impulsen
- Perifere en semi-perifere landen in dienst van de centrum landen (bv aanvoer van grondstoffen)
- Hoogopgeleide mensen 
- Meeste mensen goed inkomen

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verschillende schaalniveaus
- We hebben nu vooral gekeken op mondiaal niveau. 
- Je kan eigenlijk op elk schaalniveau een indeling maken in centrum en periferie!
- Hierbij gaat het erom dat de periferie als het ware onderschikt is aan het centrum en grondstoffen/landbouwproducten levert.

- Zie volgende slide voor de verschillende schaalniveaus

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ook Nederland kan je onderverdelen in het centrum en de periferie. Geef aan welk deel van NL onder centrum valt en welke onder periferie.

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Zelfs binnen een stad kan je onderscheid maken tussen het centrum en de periferie.
Welk deel van Amsterdam zou je als centrum aanduiden?
A: De Zuidas     B: De Bijlmer     C: De Dam 
A
B
C

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je krijgt nu 3 kaarten te zien

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke van de vorige 3 afbeeldingen (de wereldkaarten) zegt iets over de ontwikkeling van een land?
A
Afbeelding 1: Kindersterfte
B
Afbeelding 1: Kindersterfte en 2: Analfabetisme
C
Afbeelding 2: Analfabetisme en 3: Landstalen
D
Afbeelding 3: Landstalen

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom hebben Engelstalige landen een voordeel om zich te ontwikkelen?

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Belangrijkste
-Je weet de verschillen tussen centrum, periferie en semi-periferie en kan dit ook uitleggen.
- Je kan op verschillende schaalniveaus een verdeling maken tussen centrum en periferie.
- Je kan minimaal 2 kenmerken noemen van elk van deze groepen dus centrum, perifeer en semi-perifeer.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk 
Voor nu: 
* maken en lezen van de introductie van hoofdstuk 4!
* maken boxopdracht 4.2 (meten van welvaart)

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies