6.2 Licht en lenzen

Lichtbreking
Voorbereiding
Licht & lenzen
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Lichtbreking
Voorbereiding
Licht & lenzen

Slide 1 - Tekstslide

Even 6.1 herhalen

Slide 2 - Tekstslide


Welke kleuren kunnen wij zien?
timer
1:00
A
rood, oranje, geel, groen, blauw, indigo, violet
B
Infra rood, rood, oranje, geel, groen, blauw, indigo, violet
C
infra rood, rood, oranje, geel, groen, blauw, indigo, violet, ultra violet
D
rood, oranje, geel, groen, blauw, indigo, violet, ultra violet

Slide 3 - Quizvraag

Wat is ioniserende straling?
timer
2:00

Slide 4 - Open vraag


Zwak ioniserende straling is
timer
1:00
A
Ultra violette straling
B
Infra rode straling
C
Röntgenstraling
D
Radioactieve straling

Slide 5 - Quizvraag

Het zichtbare deel van elektromagnetische spectrum
noem je ?
timer
1:00
A
Rood
B
licht
C
blauw
D
groen

Slide 6 - Quizvraag


Infra rood licht noemt men ook wel ?
timer
1:00
A
Koude straling
B
rood straling
C
Warmte straling
D
Afstand bedieningen licht

Slide 7 - Quizvraag


Sterk ioniserende straling is
timer
1:00
A
Ultra violette straling
B
Infra rode straling
C
Röntgenstraling
D
Radioactieve straling

Slide 8 - Quizvraag

Deze les

  • Je kunt de kenmerken van positieve en negatieve lenzen uitleggen.
  • Je kunt de voorwerpsafstand en beeldafstand beschrijven.
  • Je kunt de beeldafstand van een lens bepalen door middel van een constructie met twee constructiestralen.
  • Je kunt berekeningen maken met de lenzenformule. (plus)

Slide 9 - Tekstslide

Drie soorten lichtbundels

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

F
brandpunt

Slide 12 - Tekstslide

F
brandpunt

Slide 13 - Tekstslide

voorwerpafstand v             beeldafstand b

Slide 14 - Tekstslide

Constructiestralen

Slide 15 - Tekstslide

Teken het beeld
1
2
3
4

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Deze les

  • Je kunt de kenmerken van positieve en negatieve lenzen uitleggen.
  • Je kunt de voorwerpsafstand en beeldafstand beschrijven.
  • Je kunt de beeldafstand van een lens bepalen door middel van een constructie met twee constructiestralen.
  • Je kunt berekeningen maken met de lenzenformule. (plus)

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide