Module B2- leertaak 1 - Intramusculaire injectie

Module B2- leertaak 1 - Intramusculaire injectie
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Module B2- leertaak 1 - Intramusculaire injectie

Slide 1 - Tekstslide

een praktijk toetsje sc injecteren
Een van de geoefende casuïstieken van vorige week gaan we centraal doen

Slide 2 - Tekstslide

Casus: Patiënt: Meneer Johan van Dijk, 74 jaar
Diagnose: Gevorderde artrose in de knieën
Behandelend arts: Dr. Verhoeven
Locatie: Orthopedische afdeling, Ziekenhuis XYZ

Situatie:
Meneer Johan van Dijk is een 74-jarige man die al jaren lijdt aan ernstige artrose in beide knieën. Door de vergevorderde staat van zijn aandoening ervaart hij dagelijks hevige pijn, vooral in rust en ’s nachts. De pijn belemmert hem in zijn dagelijkse activiteiten en verstoort zijn slaap.
Ondanks behandeling met orale pijnstillers, waaronder paracetamol en NSAID's, blijft de pijn onvoldoende onder controle. De orthopeed heeft daarom besloten om een subcutane injectie met morfine (10 mg) voor te schrijven als aanvullende pijnstilling, met name voor de nacht.
Meneer Van Dijk heeft geen ervaring met het krijgen van subcutane injecties voor pijnbestrijding, en hij maakt zich zorgen over mogelijke bijwerkingen van morfine.

Opdracht voor de student:
Als verpleegkundige op de afdeling krijg je de taak om meneer Van Dijk voor te bereiden op de toediening van de subcutane injectie en deze veilig en correct toe te dienen. 
Medicatieopdracht: 10 mg morfine s.c. eenmalig. Je hebt een ampul Morfine 10mg/ml. 

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Link

Intra musculaire injecteren
Wanneer?
Waar?
Hoe? 
Complicaties?

Slide 5 - Tekstslide

Vragen
1. Waar moet je een intramusculaire injectie toedienen om complicaties zoals zenuwbeschadiging te voorkomen? Noem minimaal twee geschikte locaties en leg uit waarom deze veilig zijn.

2. Welke factoren bepalen de juiste naaldgrootte (lengte en dikte) voor een intramusculaire injectie bij verschillende patiënten (bijvoorbeeld volwassenen, kinderen, of patiënten met obesitas)?

3. In welke hoek moet de naald worden ingebracht voor een intramusculaire injectie en waarom?

4. Wat is het maximale volume dat in één enkele intramusculaire injectie kan worden toegediend, en wat zijn de risico’s van het overschrijden van dit volume?

5. Noem drie mogelijke complicaties van een intramusculaire injectie en geef aan hoe je deze kunt voorkomen of herkennen.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Link

Slide 8 - Video

Aan de slag met de casus
Casus: Toediening van een intramusculaire injectie
Achtergrondinformatie: Je bent een derdejaars verpleegkundestudent en loopt stage op de afdeling Interne Geneeskunde van een ziekenhuis. Je krijgt de opdracht om een intramusculaire injectie toe te dienen aan een patiënt. Je begeleider observeert je tijdens de uitvoering van deze handeling.
Patiëntgegevens: Naam: Mevrouw de Vries
Leeftijd: 72 jaar
Gewicht: 68 kg
Lengte: 1,64 meter
Diagnose: COPD (chronische obstructieve longziekte)
Medicatie: 1 keer per maand een intramusculaire injectie met vitamine B12 (hydroxocobalamine) vanwege een bewezen vitamine B12-deficiëntie.
Opdracht: Mevrouw de Vries komt vandaag op controle bij de longarts en heeft daarbij ook een afspraak voor de maandelijkse toediening van haar vitamine B12-injectie. De injectie wordt toegediend in de musculus gluteus medius (de bilspier). Jij bent verantwoordelijk voor de voorbereiding, uitvoering en nazorg van de injectie.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Afronding 
- boekjes aftekenen
- check ThiemeM

Volgende week: enterale toedieningswijzen
- Start leertaak 2 a en b

Slide 11 - Tekstslide