THEO les: Zenuwen van het gezicht

Gezichtszenuwen
Algemene theorie gezicht
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
SchoonheidsverzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 135 min

Onderdelen in deze les

Gezichtszenuwen
Algemene theorie gezicht

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
  • De student kent de belangrijkste zenuwen van het gezicht: 
- De drielingzenuw
- De aangezichtszenuw
- De zwervende zenuw
  • De student kent de aandoeningen in het gezicht bij verstoorde zenuwfunctie.
  • Student kent verschil tussen sympathisch en parasympatisch zenuwstelsel
  • Weet wat hormoon adreneline en cortisol met bindweefsel doen

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht

Lees uit het boek 
bladzijde 80
De zenuwen van het gezicht

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Korte uitleg zenuwstelsel
Het zenuwstelsel bestaat uit een centraal deel en een perifeer deel.



Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Centraal zenuwstelsel
Het centrale zenuwstelsel bestaat uit:

- de hersenen
- het ruggenmerg

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Perifeer zenuwstelsel
Perifeer betekent buiten het centrale zenuwstelsel om.

Dit bestaat uit de zenuwen:
  • hersenzenuwen
  • ruggenmergzenuwen 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soorten zenuwen
Motorische zenuwen: 
zorgen voor beweging = EFFERENTE ZENUW

Sensibele zenuwen:
zorgen voor gevoel, zie plaatje)= AFFERENTE ZENUW
Gemengde zenuwen:
deels motorisch en deels sensibel

Sensorische zenuwen:
zenuwen van de zintuigen zoals ruiken

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hersenzenuwen die je moet kennen

  • Drielingzenuw = 5e hersenzenuw
  • Aangezichtszenuw = 7e hersenzenuw
  • Zwervende zenuw = 10e hersenzenuw

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Drielingzenuw nervues trigemius = 
5e hersenzenuw


Gemengde zenuw:
  • zorgt voor gevoel (sensibel) BOVENSTE 2 TAKKEN
  • zorgt voor beweging (motorisch)

Aandoening van de drielingzenuw:
  • Aangezichtspijn

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het sensibele deel van de drielingzenuw
Zorgt voor veel gevoel in het gezicht:

  • Bovenste tak = oogtak
  • Middelste tak = bovenkaaktak
  • Onderste tak = onderkaaktak 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het motorische deel van de drielingzenuw
Prikkelt (innerveert) de kauwspieren tot beweging, waaronder:

  • Wangkauwspier
  • Slaapkauwspier
  • Kaaktongbeenspier
  • Voorste buik van de tweebuikige kaakspier

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aangezichtszenuw  Nervus facialis = 
7e hersenzenuw

Bijna helemaal motorisch

Uittredingsplaats: vlak voor het oor

Prikkelt de volgende spieren tot beweging:
  • Alle mimische spieren (gelaatsspieren)
  • Tweebuikige kaakspier (skeletspier)

Aandoening van de aangezichtszenuw:
  • Aangezichtsverlamming

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zwervende zenuw Nervus vagus = 
10e hersenzenuw
Hoort bij het onwillekeurige zenuwstelsel -> prikkeling van onder andere de spijsvertering.
Is gemengde zenuw.

Bestaat uit een:
  • Schedelgedeelte
  • Borstgedeelte
  • Buikgedeelte

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zwervende zenuw = 
10e hersenzenuw
Stress zorgt voor een slecht werkende zwervende zenuw. 
Je hart gaat bonken, je krijgt piepende stembanden en een raar gevoel in de buik, soms zelfs tot buikpijn of diarree toe.

Een goed werkende zwervende zenuw brengt je tot rust.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Indeling zenuwstelsel naar functie
  • Animale zenuwstelsel = willekeurige zenuwstelsel 
  • Vegetatieve zenuwstelsel = onwillekeurige zenuwstelsel = autonome zenuwstelsel

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vegetatieve onwillekeurige zenuwstelsel
Dit kunnen we onderverdelen in:

  • Sympatisch zenuwstelsel
  • Parasympatisch zenuwstelsel

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sympatisch zenuwstelsel is actief bij ACTIE

Werking: 
  • Stimulerend/activerend ogen hart longen
  • Behalve op de spijsvertering

  • Bevordert dissimilatie 

  • De prikkeloverdracht staat onder invloed van:
  • Adrenaline
  • Nor-adrenaline


Parasympathisch zenuwstelsel

Werking:
  • Rustgevend/kalmerend
  • Behalve op de spijsvertering

  • Bevordert assimilatie

  • De prikkeloverdracht staat onder invloed van acetylcholine

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is dissimilatie?
A
Gelijkmaking van stoffen tot lichaamseigen stoffen
B
Ontleding/verbranding van stoffen

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke hersenzenuw veroorzaakt eventueel aangezichtsverlamming?
A
De nervus Facialis.
B
De nervus Trigeminus.
C
De nervus Vagus.

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat wordt geprikkeld door de drielingzenuw?
A
De kauwspieren
B
De mimische spieren
C
De skeletspieren

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de uittredingsplaats van de nervus facialis?
A
Bovenkaak
B
Onderkaak
C
Vlak voor het oor

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel paar hersenzenuwen hebben we?
A
12 paar
B
20 paar
C
31 paar

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Grote hersenen
Hersenstam
Kleine hersenen
Ruggenmerg

Slide 23 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe noemen we hersenen en ruggenmerg samen?
A
Animaal zenuwstelsel
B
Perifeer zenuwstelsel
C
Centraal zenuwstelsel
D
Autonoom zenuwstelsel

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het autonome zenuwstelsel bestaat uit parasympatisch en sympatisch?
A
Onjuist
B
Juist

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Op welk zenuwstelsel heb je zelf invloed?
A
Autonome zenuwstelsel
B
Animale zenuwstelsel
C
Vegetatieve zenuwstelsel

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke zenuw is beschadigd bij aangezichtsverlamming?
A
Nervus trigeminus (5de Hersenzenuw)
B
Nervus facialis (7de Hersenzenuw)
C
Nervus vagus (10de hersenzenuw)
D
Paardenstaart (RM zenuwvlecht)

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke zenuwbanen geleiden prikkels naar een spier of klier toe ?
A
Afferente banen
B
Efferente banen
C
Sensibele zenuwen

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij huidverbeterende massage prikkel je het sympathisch zenuwstelsel

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hormonale beïnvloeding van bindweefsel
Adrenaline en Cortisol

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Adrenaline
Wordt geproduceerd door de bijniermerg en is een snelwerkend hormoon dat door de bloedbaan het lichaam verspreid. 
Het versterkt de sympathische werking van het zenuwstelsel

Slide 31 - Tekstslide

Werking adrenaline 
Adrenaline
Zorgt voor vasodilatie in gebieden die actief zijn door een prikkel
Andere gebieden ervaren vasoconstrictie wat zorgt voor een daling in het metabolisme. Weefsel of huid kan zich niet herstellen

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Cortisol
Verhoging glucosegehalte in het bloed
en een remmende werking op de eiwitsynthese 

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Adrenaline
Verhoging bloedsuikerspiegel:
Opgeslagen glycogeen en vet komen vrij waardoor het lichaam meer energie kan gebruiken om op stressprikkel te reageren

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Cortisol
Vermindert ontstekingsreactie omdat de mestcel onder invloed van cortisol minder histamine afgeeft
Histamine zorgt normaal voor vasodilatie, wat op dat moment niet voldoende gebeurt

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Cortisol
Remmende werking op het immuunsysteem door productie onderdrukking van lymfocyten en antilichamen

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Resultaat bindweefsel
Door aanhoudende stress heeft het lichaam bouwstoffen nodig voor de aanmaak van glucose. Het lichaam gebruikt eiwitten om deze om te zetten tot glucose, dit leidt tot tekort aan eiwit voor maken van collageen. Hierdoor krijg je  verzwakking van de kwaliteit van het bindweefsel. bindweefsel wordt dun en verliest zijn trekkracht

Slide 37 - Tekstslide

Bouwstoffen: eiwitten en water
Brandstoffen: vetten en koolhydraten
Hulpstoffen: vitamine en mineralen
Hoe vond je je eigen inzet tijdens de lessen vandaag
😒🙁😐🙂😃

Slide 38 - Poll

Deze slide heeft geen instructies