gedrag en normen waarden

Gedrag
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
communicatie op de werkvloerMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Gedrag

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelen

  • Na de les hebben wij nagedacht over:
  • Wat is gedrag?
  • Aangeboren en/of aangeleerd
  • Het verschil/ overeenkomst van een waarde en de norm
  • Afwijkende norm
    B1-K1-W3 treedt op als aanspreekpunt/ W9 kan evalueren

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

wat is gedrag?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Gedrag is alles wat mensen doen en wat een ander kan waarnemen. Je kan het zien en horen het is waarneembaar
Aangeboren (nature)

-Karakter eigenschappen
-Talenten 
-Eigenschappen



Aangeleerd (nurture)

-vaardigheden
-communiceren
-regels volgen
-aangepast aan jouw cultuur
......?
......? 

Slide 5 - Tekstslide

je gedrag is in twee onderdelen te benoemen,

Aangeboren- talent/ karakter
Aangeleerd- start zodra je geboren bent, reageren op anderen/ anderen op jou
Heb jij zelf invloed op eigen gedrag?

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

normen en waarden
-De norm is gedrag (jij denkt/ vindt: zo hoort het)
-De norm maakt waarde zichtbaar
-De waarde die jij belangrijk vindt bepalen hoe je je gedraagt

-Normen en waarde worden door je eigen cultuur bepaald. 
-Horen bij aangeleerd gedrag


Slide 7 - Tekstslide

je bent in gesprek met leidinggevende, daarbij peuter je in je neus.
Is dit een juiste norm?

je helpt een bewoner/ client. De client grijpt naar je kruis
Is dit een juiste norm?

je staat in de rij te wachten in de supermarkt
Iemand dringt voor met als reden, ik heb maar 1 product en kan sneller
Is dit de juiste norm?
Welke staat vooraan, de waarde of de norm?
A
waarde
B
norm

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een norm?
A
Het tegenovergestelde van waarde
B
leefregels voor je waarde

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

welke uitspraak past bij norm?
A
Een norm is niet vloeken
B
Eerlijkheid is voor mij belangrijk
C
zo hoort het
D
normen zijn groter dan waarden

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke uitspraak past bij waarde?
A
Waar doe je het voor?
B
Waardes zijn groter als normen
C
Wat ik het belangrijkste vind
D
Waarde bepaalt hoe ik mij gedragen wil

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe zit de norm in de waarde?
Waarde: geduld= 
norm (gedrag) wachten op je beurt

Waarde: gehoorzaamheid= norm (gedrag) uitvoeren van je taken

Slide 12 - Tekstslide

Hoe herken ik de norm in de waarde?
Wat kan een norm zijn bij 'zorgzaam' ?

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat kan een norm zijn bij gezondheid?

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

heeft iedereen dezelfde waarden en normen?
A
ja
B
nee

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

afwijkende norm?
wat is dat?

Slide 16 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

je grijpt als DV in als

-het afwijkende gedrag gevaar oplevert voor jezelf of anderen
-ingaat tegen de algemeen geaccepteerde regels
-ingaat tegen de regels van de organisatie waarvoor je werkt
-het over jouw eigen persoonlijke grenzen gaat

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiter 
Kijkwijzer:

Welk gedrag/ normen en waarden?
Herken je een afwijkende norm?

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

0

Slide 19 - Video

Deze slide heeft geen instructies