les 2 thema 3

Welkom
Als je dit ziet zit je al (op tijd) in de les.
Log ook in (ander scherm/tabblad) bij de lessonup les.
Gebruik daar zowel je voor als achternaam.

Dit om achteraf te kunnen controleren of je actief hebt meegedaan met de les en de vragen.
Als ik dan je naam niet zie staan krijg je een afwezigheidsmelding in magister, om dat te voorkomen gebruik je eigen en volledige naam en doe de hele les mee.
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welkom
Als je dit ziet zit je al (op tijd) in de les.
Log ook in (ander scherm/tabblad) bij de lessonup les.
Gebruik daar zowel je voor als achternaam.

Dit om achteraf te kunnen controleren of je actief hebt meegedaan met de les en de vragen.
Als ik dan je naam niet zie staan krijg je een afwezigheidsmelding in magister, om dat te voorkomen gebruik je eigen en volledige naam en doe de hele les mee.

Slide 1 - Tekstslide

Deze les
Terugblik toets.   
Terugblik doelen vorige les.
Uitleg nieuwe leerdoelen.   
Opdrachten maken.   
Afsluiten; wat heb je deze les geleerd? 

Slide 2 - Tekstslide

De toets
Wat ging goed, wat kon beter?  (iedereen 1 punt er bij...)

laagste cijfer: 5,3
hoogste cijfer: 8,9 (2x)
gemiddelde cijfer: 6,7

Wie had zijn/haar cijfer goed voorspelt?  Afsluiting gemaakt....

Volgende toets: 1 punt extra als je alle opdrachten uit de studiewijzer serieus hebt gemaakt.

Slide 3 - Tekstslide

Terugblik doelen vorige les.

B1 Bloed  Huiswerk gemaakt?

Welke vragen waren "lastig"?   Te weinig antwoorden om klassikaal te gaan bespreken. 

Heb je de vragen gemaakt en wil je uitleg bij een vraag dan help ik je individueel tijdens het maken van de opdrachten.



Slide 4 - Tekstslide

Iemand met bloedarmoede heeft te weinig...
A
Zuurstof in zijn bloed
B
Voedingsstoffen in zijn bloed
C
Hemoglobine in zijn bloed
D
Bloed

Slide 5 - Quizvraag

Wat is waar over het bloed?
A
Het bloed vervoert voedingsstoffen.
B
Het bloed vervoert afvalstoffen.
C
Het bloed vervoert zuurstof.
D
A,B en C zijn waar.

Slide 6 - Quizvraag

Welke komt het meest voor in bloed??
A
Rode bloedcellen
B
Witte bloedcellen
C
Bloedplaatjes

Slide 7 - Quizvraag

Wat is de belangrijkste taak van de rode bloedcellen?
A
vervoeren van zuurstof
B
ziekteverwekkers doden
C
bloed laten stollen
D
het bloed rood kleuren

Slide 8 - Quizvraag

Nieuwe leerdoelen deze week: 
-Je kunt drie typen bloedvaten noemen met hun kenmerken en functies.
-Je kunt in het bloedvatenstelsel van de mens slagaders en aders benoemen.
-Je kunt de kleine en grote bloedsomloop onderscheiden met hun functies.

We hebben de uitleg deels overgeslagen omdat we maar 2 ipv 4 lessen hadden:
-welke type onderzoek zijn er en wanneer gebruik je welke. (lerenonderzoeken 1+2)
Voor vwo:
-bloedgroepen (B 8)
-lymfe (B7)
Deze uitleg krijg je later nog.

Slide 9 - Tekstslide

-Je moet drie typen bloedvaten kunnen noemen met hun kenmerken en functies.  

Slide 10 - Tekstslide

-Je moet drie typen bloedvaten kunnen noemen met hun kenmerken en functies.  
Wat zijn de verschillen in:
-Dikte wand
-Stroomrichting
-Zuurstof en koolstofdioxide gehalte
-Bloeddruk

Slide 11 - Tekstslide

-Je moet in het bloedvatenstelsel van
de mens slagaders en aders kunnen benoemen. 
Hoe zit dit in elkaar en wat zijn de uitzonderingen:
-aorta
-poortader
-kransslagader en aders
-onderste en bovenste holle aders

Wat is zuurstof rijk en wat arm?
Grote / kleine bloedsomloop?

Slide 12 - Tekstslide

Je kunt de kleine en grote bloedsomloop onderscheiden met hun functies.

Slide 13 - Tekstslide

Je kunt de kleine en grote bloedsomloop onderscheiden met hun functies.

Slide 14 - Tekstslide

0

Slide 15 - Video

timer
10:00
Leerdoelen:
-Je kunt drie typen bloedvaten noemen met hun kenmerken en functies.
-Je kunt in het bloedvatenstelsel van de mens slagaders en aders benoemen.
-Je kunt de kleine en grote bloedsomloop onderscheiden met hun functies.
Kun je bereiken door:
-De tekst van Basisstof 2 te lezen/bestuderen.
-Van Basisstof 2 opdracht 1 t/m 11 te maken.  
-De antwoorden van de opdrachten serieus te controleren.
-Je kennis van de leerdoelen te toetsen met de flitskaarten en de test je zelf.
Zorg dat je om
 10.50 uur 
klaar zit met de lessonup open.
  Na afloop nog een paar (5) vragen via lessonup.  Denk om de aanwezigheid controle.

Slide 16 - Tekstslide

Afsluiting.
Wat nog niet af is van de studiewijzer van deze week is huiswerk voor de 1e les van volgende week. (Maandag)

Wat heb je geleerd deze les, kun je de volgende vragen allemaal goed beantwoorden?

Zo niet gebruik dan de volgende links om extra te oefenen.

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Hoe noemen we deze bloedvaten?
A
slagaders
B
aders
C
haarvaten

Slide 19 - Quizvraag

Welke bloedvaten hebben de dikste wand?
A
slagaders
B
aders
C
haarvaten

Slide 20 - Quizvraag


Hoe heet bloedvat P ?
A
Leverader
B
Leverslagader
C
Poortader

Slide 21 - Quizvraag

In welk bloedvat is het zuurstofgehalte het hoogst?
A
Poortader
B
Nierslagader
C
Nierader
D
Onderste holle ader

Slide 22 - Quizvraag

Tot welke bloedsomloop hoort de longslagader?
A
Kleine bloedsomloop
B
Grote bloedsomloop

Slide 23 - Quizvraag


In je agenda gezet wat je gaat of moet doen?

Dan mag je teams nu verlaten.

Tot de volgende keer.
  


Slide 24 - Tekstslide