Verzekeren 2.3 deel 3

Verzekeren - 2.3
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Verzekeren - 2.3

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel
Je weet waarom je een verzekering afsluit.
Je weet hoe een verzekering werkt en bij wie je die afsluit.
Je kunt met behulp van informatie de premie vaststellen.
Je weet wat het gevolg is als je een eigen risico hebt.

Slide 2 - Tekstslide

Verzekeringen

Slide 3 - Woordweb

Een WA verzekering voor motorvoertuigen is niet verplicht!
A
Waar
B
Niet waar

Slide 4 - Quizvraag

Welke verzekering is verplicht?

A
zorgverzekering
B
inboedelverzekering
C
reisverzekering
D
fietsverzekering

Slide 5 - Quizvraag

Een WA verzekering is verplicht voor een scooter
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quizvraag

Verzekeringsmaatschappijen of verzekeraar
Polis
Polisvoorwaarden
Premie

Slide 7 - Sleepvraag

Verzekeren
  • Verzekeren = verzekeraar neemt financiële gevolgen risico over van verzekerde
  • Polis = verzekeringscontract
  • Uitkering = geldbedrag dat de verzekerde ontvangt van de verzekeraar bij schade

Slide 8 - Tekstslide

Je verzekert je fiets voor een premie van € 84 per jaar. De poliskosten zijn € 7. De assurantiebelasting bedraagt 21%. Bereken de verzekeringskosten.

Slide 9 - Open vraag

Waarom zou je je niet
verzekeren?

Slide 10 - Woordweb

Wel of niet verzekeren?
  • Ben je bereid te betalen voor het risico?
  • Formule: Risico = kans op voorval x gemiddeld schadebedrag voorval

Slide 11 - Tekstslide

Voorbeeld
  • De kans dat je fiets wordt gestolen is 1 op 5. Een nieuwe fiets kost € 500. De premie voor het verzekeren van je fiets is € 65 per jaar. Is het verstandig je fiets te verzekeren?
  • Formule: Risico = kans op voorval x gemiddeld schadebedrag voorval
  • Risico = ⅕ x 500 = € 100
  • € 65 < € 100 → ja, het is verstandig

Slide 12 - Tekstslide

De kans dat je fiets wordt gestolen is 1 op 10. Een nieuwe fiets kost € 700. De premie voor het verzekeren van je fiets is € 84 per jaar. Bereken het risico.

Slide 13 - Open vraag

Is het logisch om de verzekering af te sluiten?
A
Ja
B
Nee

Slide 14 - Quizvraag

Risico's verzekeraar
  • Asymmetrische informatie = de verzekerde houdt informatie achter bij het afsluiten van de verzekering
  • Moral hazard = mensen die verzekerd zijn nemen eerder risico's
  • Averechtse selectie = vooral mensen met een hoog risico verzekeren zich

Slide 15 - Tekstslide

Hoe kan een verzekeraar
risico's beperken?

Slide 16 - Woordweb

Risico's beperken
  • Premiedifferentiatie
  • Eigen risico

Slide 17 - Tekstslide

Wat is risico-aversie?
A
Het opzoeken van risico's
B
Verzekeren
C
Sparen
D
Het vermijden van risico's

Slide 18 - Quizvraag

Je sluit een verzekering af voor je mobiel. Welke kosten betaal je niet in het tweede jaar?
A
Assurantiebelasting
B
Poliskosten
C
Premie

Slide 19 - Quizvraag

Hoe noem je het als mensen met een laag risico bereid zijn te betalen voor mensen met een hoog risico?
A
Risicospreiding
B
Solidariteit
C
Risicoaversie
D
Moral hazard

Slide 20 - Quizvraag

Een zorgverzekeraar heeft te maken met mensen die op het aanvraagformulier niet invullen dat ze roken. Om welk risico gaat het hier?
A
Asymmetrische informatie
B
Moral hazard
C
Averechtse selectie
D
Moreel wangedrag

Slide 21 - Quizvraag

Welke maatregel werkt het best tegen moreel wangedrag?
A
Premiedifferentiatie
B
Eigen risico
C
Overheidsingrijpen

Slide 22 - Quizvraag

Slide 23 - Tekstslide

Ik weet nu hoe verzekeren werkt.
0100

Slide 24 - Poll

Ik ken de begrippen informatie asymmetrie, moreel wangedrag, averechtse selectie en premiedifferentiatie
0100

Slide 25 - Poll

Ik kan de verzekeringskosten uitrekenen en de kans op schade uitrekenen.
0100

Slide 26 - Poll