In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Hoofdstuk 6.4
De handel in grondstoffen
Slide 1 - Tekstslide
De handel in grondstoffen 6.4
Je leert vandaag meer over de handel in grondstoffen, dit kan belangrijk zijn voor de welvaart in een land.
Slide 2 - Tekstslide
6.4 Handel in grondstoffen
Prijs komt tot stand door vraag en aanbod.
Vraag omhoog bij gelijkblijvend aanbod?
Prijs??
Slide 3 - Tekstslide
6.4
Vraag & aanbod zorgen voor de totstandkoming van de prijzen:
Als de vraag groter is dan het aanbod > prijs is hoog
Als de vraag kleiner is dan het aanbod > prijs is laag
Slide 4 - Tekstslide
6.4 Handel in grondstoffen
Slide 5 - Tekstslide
6.4
Prijzen van grondstoffen wisselen. Er is een wereldmarktprijs per product.
Slide 6 - Tekstslide
6.4 Handel in grondstoffen
Wisselende prijzen zijn onhandig
Lage prijs is goed voor consument
Lage prijs is slecht voor welvaart producent
Slide 7 - Tekstslide
Prijzen van grondstoffen wisselen. Er is een wereldmarktprijs per product.
A
Voor een consument is een lage prijs voordelig
B
Voor een consument is een lage prijs nadelig
Slide 8 - Quizvraag
Prijzen van grondstoffen wisselen. Er is een wereldmarktprijs per product.
A
Voor een producent is een lage prijs voordelig
B
Voor een producent is een lage prijs nadelig
Slide 9 - Quizvraag
6.4
Gevolgen van lage exportprijzen:
Ongunstige ruilvoet
Lage lonen
Een lage welvaart
Ruilvoet = de verhouding tussen de gemiddelde exportprijzen en de gemiddelde importprijzen
Een grondstoffenfonds kan de prijs van een grondstof stabiel maken
Slide 10 - Tekstslide
Ruilvoet
Slide 11 - Tekstslide
Ruilvoet
Ruilvoetverslechtering
Slide 12 - Tekstslide
Ruilvoetverslechtering:
Je moet meer producten exporteren om hetzelfde te kunnen importeren
Slide 13 - Tekstslide
Ruilvoet
Lagere ruilvoet
Minder import, omdat opbrengst van export afneemt
Welvaart daalt
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Video
Grondstoffenfonds werking
Het grondstoffenfonds. Als de prijs te ver daalt koopt de regering grondstoffen op met geld van het grondstoffenfonds. Er is minder aanbod, de prijsdaling stopt. Als het product te duur wordt verkoopt de regering de opgekochte grondstof weer.
Het aanbod wordt dan groter
en de prijsstijging stopt
Slide 16 - Tekstslide
Grondstoffenfonds
Opslag kost geld
Kwaliteitsverlies Grondstoffen ( te lang bewaard)
Sommige producten vernietigen. Lagere aanbod. Gevolg Hogere prijzen
Slide 17 - Tekstslide
6.4
Het grondstoffenfonds.
Werkt alleen bij houdbare producten. Sommige producenten bijvoorbeeld tomatentelers spreken daarom af producten te vernietigen om het aanbod beperkt te houden.
Slide 18 - Tekstslide
In welk jaar kan het grondstoffenfonds het beste de producten weer verkopen?
A
2002
B
2007
C
2010
D
2014
Slide 19 - Quizvraag
Werkblad + Opdrachten
Vul de ontbrekende woorden in om de tekst over de grondstoffenfonds compleet te maken op het werkblad dat je krijgt.
Ben je klaar? Maak van H6.4 de opdrachten 1 t/m 6 + 13. Je kunt daarna ook de rekentrainer maken van paragraaf 4.