Grammatica woordsoorten H1, 2 en 3

Goedemorgen lieve bruggers
Camera aan
Meld je vast aan voor de LessonUp, linksonder de code

1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Goedemorgen lieve bruggers
Camera aan
Meld je vast aan voor de LessonUp, linksonder de code

Slide 1 - Tekstslide

Grammatica Woordsoorten
zn, lw, bn, zww en hww

Slide 2 - Tekstslide

Zelfstandig naamwoord

Slide 3 - Tekstslide

Woordsoorten

Slide 4 - Tekstslide

Een eigennaam is óók een...
A
naam
B
bijvoeglijk naamwoord
C
zelfstandig naamwoord
D
werkwoord

Slide 5 - Quizvraag

De brand heeft het oude boerderijtje verwoest.
______________
A
werkwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
bijvoeglijk naamwoord
D
voorzetsel

Slide 6 - Quizvraag

Welk woord is een zelfstandig naamwoord?
A
mooi
B
interessant
C
gedurende
D
vreugde

Slide 7 - Quizvraag

Welk woord is een zelfstandig naamwoord?
A
Mooi
B
Leuk
C
Groot
D
Poes

Slide 8 - Quizvraag

Wat is een voorbeeld van een lidwoord?
A
aan
B
voor
C
de
D
en

Slide 9 - Quizvraag

Wat is een voorbeeld van een lidwoord?
A
Aan
B
Voor
C
De
D
En

Slide 10 - Quizvraag

Wat is een voorbeeld van een onbepaald lidwoord?
A
het
B
onder
C
een
D
van

Slide 11 - Quizvraag

Bijvoeglijk naamwoord

Slide 12 - Tekstslide

Een bijvoeglijk naamwoord staat altijd voor het zelfstandig naamwoord. Juist of onjuist?
A
Juist
B
Onjuist

Slide 13 - Quizvraag

De brand heeft het oude boerderijtje verwoest.
_______
A
werkwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
bijvoeglijk naamwoord
D
voorzetsel

Slide 14 - Quizvraag

De brand heeft het oude boerderijtje verwoest.
________
A
werkwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
bijvoeglijk naamwoord
D
voorzetsel

Slide 15 - Quizvraag

In elke zin staat een bijvoeglijk naamwoord
A
Juist
B
Onjuist

Slide 16 - Quizvraag

Wat is een voorbeeld van een bijvoeglijk naamwoord?
A
blonde
B
merrie
C
boosheid
D
wie

Slide 17 - Quizvraag

Wat is een voorbeeld van een bijvoeglijk naamwoord?
A
Blonde
B
Man
C
Paard
D
De

Slide 18 - Quizvraag

Wat is een persoonsvorm altijd?
A
Lidwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
bijvoeglijk naamwoord
D
werkwoord

Slide 19 - Quizvraag

Die jongen heeft dat nooit mogen weten.
mogen =......
A
hulpwerkwoord
B
zelfstandig werkwoord

Slide 20 - Quizvraag

Wat is een zelfstandig werkwoord?

Slide 21 - Open vraag

Wat is een hulpwerkwoord?

Slide 22 - Open vraag

Wat is een voorbeeld van een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord?
A
grote
B
plastic
C
kleurige
D
koude

Slide 23 - Quizvraag

Het belangrijkste werkwoord in de zin noemen we een...
A
hulpwerkwoord
B
zelfstandig werkwoord
C
voltooid deelwoord
D
infinitief

Slide 24 - Quizvraag

AANWIJZENDE VOORNAAMWOORDEN

Slide 25 - Tekstslide

Aanwijzend voornaamwoord AV

Slide 26 - Tekstslide

Vragend voornaamwoord

Slide 27 - Tekstslide

Vragend voornaamwoord VRV

Slide 28 - Tekstslide

Hoe
Dit
Van
Gele
Een
Het
Bepaald lidwoord
Bijvoeglijk naamwoord
Onbepaald lidwoord
Aanwijzend voornaamwoord
Vragend voornaamwoord

Slide 29 - Sleepvraag

Methode Nieuw Nederlands
H 4 Aanwijzend en vragend voornaamwoord
startopdracht en opdracht 1
Digitaal
Boek en schrift blz. 120

Slide 30 - Tekstslide