Schrijven 2, les 4

Wat doen we deze week;
Leerlingen die thuis werken gaan verder met Spelling, 
Les 5: Wel of geen hoofdletter en Les 6: Leestekens.

Hiervoor ga je naar de Spellinglessen in de Vrije ruimte.
Je maakt alle opdrachten, als je binnen het uur klaar bent ga je nog 10 minuten oefenen met de Spellingsapp.

Je mag LessonUp verlaten, heb je aan eind van de les Les 5 en 6 niet gemaakt dan wordt je absent gemeld! 
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Wat doen we deze week;
Leerlingen die thuis werken gaan verder met Spelling, 
Les 5: Wel of geen hoofdletter en Les 6: Leestekens.

Hiervoor ga je naar de Spellinglessen in de Vrije ruimte.
Je maakt alle opdrachten, als je binnen het uur klaar bent ga je nog 10 minuten oefenen met de Spellingsapp.

Je mag LessonUp verlaten, heb je aan eind van de les Les 5 en 6 niet gemaakt dan wordt je absent gemeld! 

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Link

1
2
6
5
4
3
Onderwerp kiezen
Bepaal doel en je publiek
Verzamel informatie
Werk aan de lay-out
Schrijf je tekst 
Orden informatie

Slide 3 - Sleepvraag

Zes stappen om een goede tekst te schrijven.
  1. Kies je onderwerp.
  2. Bepaal je doel en je publiek.
  3. Verzamel informatie.
  4. Orden informatie.
  5. Schrijf en herschrijf je tekst.
  6. Geef je tekst een passende lay-out.

Slide 4 - Tekstslide

Route Y
Bekijk de stappen op het formulier Stappenplan Tijdreiziger. Begin dan met stap 1 en werk zelfstandig verder. 

Tijdens deze les gaan we aan de slag met STAP 1 t/m 3.

Slide 5 - Tekstslide

Aan de slag;  opdracht 3; stap 1, 2 en 3

Bepaal; 
1. je onderwerp
2. je doel en je publiek

timer
10:00

Slide 6 - Tekstslide

Brainstormen

Slide 7 - Woordweb

Brainstormen
Brainstormen is een middel om in korte tijd een groot aantal ideeën uit een groep te krijgen. Het is de bedoeling dat alle deelnemers ongeremd ideeën over een bepaald onderwerp spuien: hoe meer hoe liever, en vaak ook hoe gekker, hoe beter. De gedachte hierachter is dat er altijd wel een bruikbaar en origineel idee bij zit.

 

Slide 8 - Tekstslide

Maar je kunt ook prima brainstormen in je eentje. Het is vooral belangrijk al je ideeën op te schrijven, zonder na te denken of het idee geschikt is. Dat doe je later.

Slide 9 - Tekstslide

STAP 3; VERZAMEL INFORMATIE
 Schrijf op wat je zelf al weet. Je kunt dit doen:
  • in een woordweb
  • door WH-vragen te stellen en te beantwoorden
  • door middel van een vrije brainstorm.

Slide 10 - Tekstslide

Opdracht 4, Stap 3, opschrijven wat je weet over het verleden 
Brainstorm over het verleden van jouw onderwerp. Wat was hetzelfde? Wat was er anders?



Probeer zoveel mogelijk te verzinnen en op te schrijven

Slide 11 - Tekstslide

Opdracht 5: Stap 3, opschrijven wat je weet over de toekomst
Brainstorm over de toekomst van jouw onderwerp.

Wat blijft hetzelfde?

Wat zal er allemaal veranderen?

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Tips voor een goed interview:
  • Vraag niet alleen naar feiten maar ook naar meningen.
  • Stel vooral open vragen.
  • Vraag naar voorbeelden.
  • Herhaal de antwoorden kort.
  • Controleer aan het einde of je alles weet wat je wilde weten.

Slide 14 - Tekstslide

Opdracht 6, Stap 3 (informatie verzamelen)
Bedenk goede interviewvragen voor het interview met je (groot)ouders.
  • Welke feiten wil je weten?
  • Welke meningen wil je weten?
  • Waarvan wil je voorbeelden horen?
Schrijf de vragen onder elkaar op een lijstje. Nummer de vragen.

Slide 15 - Tekstslide

Huiswerk voor dinsdag 18 mei
- je hebt een interview gehouden met een (groot) ouder of iemand anders die je meer kon vertellen over het verleden van je onderwerp.

Slide 16 - Tekstslide