In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Paragraaf 7.3
Hoe rijk zijn wij
Slide 1 - Tekstslide
Lesdoel
Na deze les :
wat zijn de kenmerken van een ontwikkelingsland
wat is welvaart en hoe kan je het meten
wat is een vicieuze cirkel
Slide 2 - Tekstslide
Lesdoel
wat zijn de kenmerken van een ontwikkelingsland
Slide 3 - Tekstslide
Kenmerken ontwikkelingslanden
Veel werkloosheid
Ondervoeding
Snelle bevolkingsgroei
Veel analfabetisme
Slechte infrastructuur
Slechte gezondheidszorg
Slide 4 - Tekstslide
Lesdoel
wat is welvaart en hoe met je dat
Slide 5 - Tekstslide
Welvaart
Welvaart geeft aan hoeveel behoeften iemand kan bevredigen.
Hoe meer behoeften je kunt bevredigen hoe hoger je welvaart.
Hoe meer geld en tijd (=middelen) iemand heeft hoe hoger de welvaart.
Slide 6 - Tekstslide
Inkomen per hoofd van de bevolking
Het inkomen per hoofd van de bevolking (of inkomen per hoofd) is het gemiddelde inkomen per inwoner van een land.
Berekening
Inkomen per hoofd van de bevolking =
nationaal inkomen ÷ aantal inwoners
Slide 7 - Tekstslide
Lesdoel
wat is een vicieuze cirkel
Slide 8 - Tekstslide
Vicieuze Cirkel
Slide 9 - Tekstslide
Samenvatting
wat zijn de kenmerken van een ontwikkelingsland
wat is welvaart en hoe kan je het meten
wat is een vicieuze cirkel
Slide 10 - Tekstslide
Aan de slag
Lees de theorie van 7.3 goed door
Maak de vragen in deze Lesson Up
maak de vragen 31 t/m 37 en 40
Denk aan de formule "wat : waarvan" of "deel : geheel" x 100
Slide 11 - Tekstslide
Oefenen
Lees de theorie eerst nog eens goed door
Maak daarna de vragen uit deze lesson up
Slide 12 - Tekstslide
De inkomensverdeling in ontwikkelingslanden is
A
hetzelfde als in Nederland
B
eerlijker verdeeld dan in NL
C
Oneerlijker verdeeld dan in NL
Slide 13 - Quizvraag
Ontwikkelingslanden zijn:
A
landen die goed ontwikkeld zijn
B
landen waar de productie en inkomens hoog zijn
C
landen met weinig analfabetisme
D
landen waar de productie en inkomens laag zijn
Slide 14 - Quizvraag
In een ontwikkelingsland is
A
Een hoog inkomen per hoofd vd bevolking
B
Een goede gezondheidszorg
C
Een laag inkomen per hoofd van de bevolking
D
Goede infrastructuur.
Slide 15 - Quizvraag
Kenmerken van een ontwikkelingsland zijn onder andere…
A
armoede, slechte gezondheidszorg, warm klimaat
B
economische achterstand op rijke landen en slechte gezondheidszorg
C
armoede, slecht onderwijs en slechte gezondheidszorg
D
veel criminaliteit, hoog geboortecijfer en slechte infrastructuur
Slide 16 - Quizvraag
Wat betekent: Inkomen per hoofd (van de bevolking)
A
Salaris min kosten is het inkomen per hoofd
B
Het totaal aan schuld
C
Wat een gezin verdient
D
Het gemiddelde inkomen per inwoner van een land
Slide 17 - Quizvraag
Nationaal inkomen per hoofd van de bevolking:
A
gemiddeld inkomen per persoon
B
gemiddeld jaarinkomen per persoon
C
gemiddeld jaarinkomen per persoon in een land
Slide 18 - Quizvraag
Inkomen per hoofd van de bevolking =
A
gemiddelde inkomen per inwoner van een land
B
inkomen per inwoner van een land
C
gemiddelde inkomen van een land
D
gemiddelde salaris per stad
Slide 19 - Quizvraag
Inkomen per hoofd van de bevolking =
A
het nationale inkomen
B
het gemiddelde inkomen per persoon
Slide 20 - Quizvraag
Armoede houdt zichzelf in stand en versterkt zichzelf. Dit noemen we
A
vicieuze cirkel
B
cirkel van armoede
C
cirkel van basisbehoeften
D
vicieuze armoede
Slide 21 - Quizvraag
1. Armoede 2. niet kunnen lezen of schrijven 3. niet naar school 4. kinderarbeid 5. ongeschoold werk
Wat is de juiste volgorde van de vicieuze cirkel?
A
1 - 2 - 3 - 4 -5 -1 - ...
B
1 - 2 - 4 - 3 - 5 - 1-...
C
1 - 4 - 2 - 3 - 5 - 1-...
D
1 - 4 - 3 - 2 - 5 - 1 - ...
Slide 22 - Quizvraag
Ontwikkelingslanden blijven in een vicieuze cirkel van armoede zitten door een slecht wegennet. Lees de vier onderstaande stappen. 1 Het kost boeren veel tijd kwijt om hun producten te vervoeren. 2 Boeren houden weinig tijd over voor het werk op het land. 3 Er is geen geld om betere wegen aan te leggen. 4 Boeren produceren weinig en verkopen dus ook weinig.
A
Armoede - 1 - 2 - 3 - 4
B
Armoede - 1 - 3 - 4 - 2
C
Armoede - 3 - 4 - 1 - 2
D
Armoede - 3 - 1 - 2 - 4
Slide 23 - Quizvraag
Zet de vicieuze cirkel van armoede en burgeroorlog op de juiste volgorde. 1 armoede en geweld 2 burgeroorlog 3 kans op conflicten vergroot 4 meer armoede en meer geweld