In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 120 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
BOEKJE VAS TOETS
Slide 3 - Tekstslide
Sport Quiz
www.lessonup.app en voer de code in!
Slide 4 - Tekstslide
Hoe heet de mat waarop judo wordt gespeeld?
A
Do-jo
B
Tatami
C
Ha-jimeé
D
Matté
Slide 5 - Quizvraag
Op welke ondergrond wordt getennist op Wimbledon?
A
Hard court
B
Gravel
C
Gras
D
Smash court
Slide 6 - Quizvraag
Welk land mag in 2022 het WK voetbal organiseren?
A
Duitsland
B
Qatar
C
Rusland
D
Brazilië
Slide 7 - Quizvraag
Hoe heet het als je bij bowlen alles in 1x omgooit?
A
Spare
B
Ace
C
Strike
D
Birdy
Slide 8 - Quizvraag
Hoeveel kilometer is een marathon?
A
22
B
32
C
42
D
52
Slide 9 - Quizvraag
Jutta Leerdam is topsportster, welke sport doet ze?
A
Wielrennen
B
Schaatsen
C
Hardlopen
D
Voetballen
Slide 10 - Quizvraag
Als een wielrenner de regenboog trui draagt, dan is hij?
A
nationaal kampioen
B
europees kampioen
C
olympisch kampioen
D
wereldkampioen
Slide 11 - Quizvraag
Welke sport wordt hier gespeeld?
A
Lacrosse
B
Honkbal
C
Hurling
D
Cricket
Slide 12 - Quizvraag
Welke dans stijl zien we op deze video?
A
Jazz
B
Breakdance
C
Streetdance
D
Hip Hop
Slide 13 - Quizvraag
Stukje theorie
Slide 14 - Tekstslide
Aan het eind van deze les heb je kennis gemaakt met:
wat 'fit' zijn betekent
wat een calorie is.
Waaruit voeding is opgebouwd
Slide 15 - Tekstslide
Wat is fit zijn?
Slide 16 - Tekstslide
Wanneer je optimaal 'fit' bent, welke van de onderstaande fit-heden zou je dan moeten hebben?
SOCIAAL fit(Je hoort ergens bij/je betekent iets voor een ander) MENTAAL fit( goed gevoel, scherp zijn) EET fit (je houdt goed bij wat je eet en probeert hierbij de goede balans te bewaren) FYSIEK fit( je hebt geen lichamelijke ongemakken tijdens bewegen)
A
SOCIAAL/MENTAAL/EET/FYSIEK fit
B
MENTAAL en FYSIEK fit
C
MENTAAL/EET/FYSIEK fit
D
SOCIAAL/MENTAAL/FYSIEK fit
Slide 17 - Quizvraag
Slide 18 - Video
00:55
Waarom is bewegen zo goed voor je? Welke van de onderstaande antwoorden is NIET waar?
A
Je slaapt er beter van.
B
Je hart wordt sterker en kan meer bloed rond pompen.
C
Je hersenen maken endorfine (geluksstofjes) aan en hierdoor zit je beter in je vel.
D
Je gaat er gezonder van eten.
Slide 19 - Quizvraag
01:39
Hoe vaak zou je als 12-18 jarige per week moeten matige inspanning moeten leveren (zoals 15 minuten fietsen) volgens de richtlijnen van de gezondheidsraad?
A
2 keer per week
B
5 keer per week
C
7 keer per week
D
10 keer per week
Slide 20 - Quizvraag
01:39
Hoe vaak zou je als 12-18 jarige per week een flinke actieve inspanning moeten leveren ( zoals trainen bij hockey of voetbal) volgens de richtlijnen van de gezondheidsraad?
A
2 keer
B
3 keer
C
4 keer
D
5 keer
Slide 21 - Quizvraag
Slide 22 - Video
Even tot hier
Slide 23 - Tekstslide
Opdracht:
- Maak een quiz over voeding.
- Maak een quiz over sport.
- Bedenk een eigen sport, met spelregels (deze gaan we als het mogelijk is qua materialen testen).
- Maak voor een uurtje een sportles voor de klas.
- Maak een speurtocht/work out.
Slide 24 - Tekstslide
Slide 25 - Tekstslide
Slide 26 - Tekstslide
Terugblik afgelopen week
Slide 27 - Tekstslide
Vandaag
- Afmaken opdracht.
- Planning maken, uitvoering opdrachten.
- Praktijk.
Slide 28 - Tekstslide
Opdracht:
- Maak een quiz over voeding.
- Maak een quiz over sport.
- Bedenk een eigen sport, met spelregels (deze gaan we als het mogelijk is qua materialen testen).