Week 4A - Nederland en Europa na 1990
1 / 37
Lesduur is: 50 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Welke uitspraak over de Cubacrisis is juist?
De Cubacrisis is
De Cubacrisis is
A
De aanleiding voor de communistische revolutie op Cuba
B
De oorzaak van het invoeren van hervormingen in communistisch Cuba
C
De reden voor militaire steun van de VS aan Cuba
D
Het gevolg van het plaatsen van raketinstallaties op Cuba.
Slide 6 - Quizvraag
De Praagse lente:
A
Was gericht tegen de VS
B
Was een steunbetuiging voor Gorbatsjov
C
was de naam van een groot hippiefestival
D
werd neergeslagen door de USSR
Slide 7 - Quizvraag
Welke kenmerk hoort NIET bij de periode van destalinisatie?
A
Meer vrijheid van meningsuiting
B
Democratische verkiezingen
C
Minder terreur
D
Kritiek op Stalin was toegestaan
Slide 8 - Quizvraag
De NAVO wordt opgericht door de Westerse landen. Wat doet de NAVO?
A
Dit houdt in dat de landen met elkaar samenwerken qua economie
B
Dit houdt in dat de landen met elkaar 24/7 contact houden over de Russen
C
Dit houdt in dat elk NAVO-land zich aan de NAVO-wet moet houden
D
Dit houdt in dat als je een NAVO-land aanvalt je elk NAVO-land aanvalt
Slide 9 - Quizvraag
Welke volgorde is juist?
A
Hongaarse Opstand - Berlijnse muur - destalinisatie
B
Berlijnse muur - destalinisatie - Hongaarse Opstand
C
Destalinisatie - Berlijnse muur - Hongaarse Opstand
D
Destalinisatie - Hongaarse Opstand - Berlijnse muur
Slide 10 - Quizvraag
Duitsland werd verdeeld in ..... delen.
A
2
B
3
C
4
D
5
Slide 11 - Quizvraag
Wat is geen voorbeeld van de Trumandoctrine?
A
Wapens leveren
B
Geld geven
C
Landen bezetten
D
Containment politiek
Slide 12 - Quizvraag
Wat werd er niet besproken bij de converentie in Potsdam?
A
Herstelbetalingen
B
Terechtstellen van Nazi's
C
De overgave van Japan
D
Het ijzeren gordijn
Slide 13 - Quizvraag
Wanneer werd de Berlijnse muur gebouwd?
A
1960
B
1961
C
1962
D
1959
Slide 14 - Quizvraag
Wanneer viel de Berlijnse muur?
A
1990
B
1989
C
1962
D
1988
Slide 15 - Quizvraag
Waarom blokkeerde de SU West-Berlijn?
A
Invoering andere valuta
B
Belediging van Stalin
C
Vluchtende Duitsers
D
Aanval in Vietnam
Slide 16 - Quizvraag
Westblok
Oostblok
Polen
Frankrijk
Tjecho-Slowakije
België
Oekraïne
Nederland
Slide 17 - Sleepvraag
Aan wie werd de Marshallhulp aangeboden?
A
Landen in het westen
B
Ex- Koloniën
C
Landen in het oosten
D
Elk land dat het nodig had
Slide 18 - Quizvraag
Hoe heet de grens tussen Oost- en West- Europa?
A
De Berlijnse Muur
B
Het ijzeren gordijn
C
Demilitarized Zone
D
De 15e lengtegraad
Slide 19 - Quizvraag
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Video
Slide 25 - Tekstslide
Slide 26 - Video
Slide 27 - Tekstslide
Slide 28 - Tekstslide
Slide 29 - Tekstslide
Slide 30 - Tekstslide
Wat vind je nog moeilijk?
Slide 31 - Woordweb
Slide 32 - Tekstslide
Wat waren oorzaken van het onstaan van jeugdculturen?
A
Hogere opleidingen dan hun ouders
B
Langer naar school dan vroeger
C
Eigen inkomsten uit bijbaantjes
D
Slechte opvoeding
Slide 33 - Quizvraag
Nozems
Hippies
Provo
Spijkerbroek en leren jas
Rock 'n Roll
Lang haar
Vetkuif
Ludieke acties
Kritiek op de consumptiemaatschappij
Peace & Love
Protestliederen
Tegen oorlog in Vietnam
Slide 34 - Sleepvraag
Hoe wilde de regering er NIET voor zorgen dat Nederland weer opgebouwd werd?
A
Lage Lonen
B
Bonnensysteem
C
Sociale Wetten
D
Belastingen verhogen
Slide 35 - Quizvraag
Wat was geen uiting van toegenomen welvaart
A
Televisie
B
Fiets
C
LP's en pickup
D
Auto
