Les 4. Herhaling en Samenleven
1 / 26
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
2. Een ecosysteem bestaat alleen uit meerdere levensgemeenschappen.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 3 - Quizvraag
3. Water is een biotische factor.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 4 - Quizvraag
4. Een muggenlarve en een mug in hetzelfde gebied horen tot dezelfde populatie.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 5 - Quizvraag
5. Welk dier uit de afbeelding hoort bij de consumenten van de eerste orde?
A
Haas.
B
Vos.
C
Wezel.
Slide 6 - Quizvraag
6. Welk organisme in de afbeelding is een producent?
A
De paardenbloem.
B
De wezel.
C
Het konijn.
Slide 7 - Quizvraag
7. Een regenbui is een abiotische factor
A
Waar
B
Niet waar
Slide 8 - Quizvraag
8. Populaties maken deel uit van een ecosysteem
A
Waar
B
Niet waar
Slide 9 - Quizvraag
9. Een edelhert behoort tot de consumenten
A
Waar
B
Niet waar
Slide 10 - Quizvraag
10. Een roodborstje bouwt een nest in een boom. Voor een roodborstje is nestgelegenheid een biotische factor.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 11 - Quizvraag
11. Bacteriën EN schimmels zijn reducenten.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 12 - Quizvraag
12. Afvaleters behoren tot de reducenten
A
juist
B
onjuist
Slide 13 - Quizvraag
13. In een voedselketen wordt de biomassa in elke volgende schakel groter
A
juist
B
onjuist
Slide 14 - Quizvraag
14. Hoe wordt de verzameling van alle organismen in een vijver genoemd?
A
Een ecosysteem
B
Een levensgemeenschap
C
Een populatie
Slide 15 - Quizvraag
15. Bekijk abeelding!
Welk van de volgende dieren kan in schakel 3 thuishoren?
Welk van de volgende dieren kan in schakel 3 thuishoren?
A
Een garnaal
B
een kaaimankrokodil
C
een waterkever
Slide 16 - Quizvraag
16. Bekijk abeelding!
Kikkervisjes eten alleen de organismen die in schakel 1 thuishoren. Tot welke groep behoren kikkervisjes dus?
Kikkervisjes eten alleen de organismen die in schakel 1 thuishoren. Tot welke groep behoren kikkervisjes dus?
A
Alleseters
B
Planteneters
C
Vleeseters
Slide 17 - Quizvraag
17. Met wat voor organisme begint een voedselketen altijd? Een reducent, producent of consument?
Slide 18 - Open vraag
18. Wat is fout aan deze kleine voedselketen?
Slide 19 - Open vraag
19. Is een pissebed een afvaleter?
A
ja
B
nee
Slide 20 - Quizvraag
20. Worden voedingsstoffen in de natuur steeds weer opnieuw gebruikt?
A
ja
B
nee
Slide 21 - Quizvraag
21. Is ecologie de studie van relaties tussen organismen en hun milieu?
A
ja
B
nee
