BGER2; sociale kaart

Sociale kaart
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Sociale kaart

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
  • De studenten leren wat een sociale kaart is
  • De studenten leren waarom het gebruik van een sociale kaart belangrijk kan zijn in hun werk als mz'er
  • De studenten kunnen starten met de opdracht waarin zij zelf een sociale kaart gaan maken

Slide 2 - Tekstslide

Sociale kaart
  • De Sociale kaart wijst burger én professional de weg naar de juiste organisatie
  • De sociale kaart kan gespecificeerd worden op een groep en/of een doel 
  • De grootte van het gebied kan verschillen per sociale kaart

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Voor welke groepen kun je een sociale kaart maken

Slide 5 - Woordweb

Groepen

  • middelbare school jongeren
  • studenten
  • werklozen
  • lichamelijk gehandicapten
  • geestelijk gehandicapten
  • 65+
  • mensen met Alzheimer
  •  nieuwe  inwoners van een gemeente
  • immigranten
  • jongeren in corona tijd
  • iedereen
  • basisschool kinderen
  • mensen met een gedragsstoornis als ADHD/autisme,etc

Slide 6 - Tekstslide

Vanuit welk doel kun je een sociale kaart maken?

Slide 7 - Woordweb

Doelen
  • eenzaamheid
  • financieel oogpunt
  • mantelzorgers
  • zorg
  • veiligheid
  • socialisatie
  •  gezondheid
  • huisvesting
  • sport
  • hobby's

Slide 8 - Tekstslide

Voor welke regio's kun je kiezen?

Slide 9 - Woordweb

Regio's
  • wereld
  • werelddeel
  • land
  • gemeente
  • stad/dorp
  • wijk 

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Hoe kun jij dit in je werk als mz'er gebruiken?

Slide 13 - Woordweb

Opdracht 1
  • Maak een interne sociale kaart van jouw instelling of BPV-plaats.
  • Breng in kaart welke specifieke zorgtaken er op jouw instelling of stichting is, Met welke zorgvraag moet je bij wie zijn? Waar uit bestaat het takenpakket van diegene?
  • Wie mag er een cliënt doorverwijzen naar deze persoon en wat is de procedure hiervoor? Welke hulpverlening hebben jullie binnen de school, instelling en/of stichting? Beschrijf van minimaal vijf contact personen hoe al dit bovenstaande in elkaar zit.

Slide 14 - Tekstslide

Opdracht 2
  • Maak een analyse van de wijk en/of omgeving waar de instelling, school of stichting is gevestigd. 

Slide 15 - Tekstslide

Onderdeel A: Bevolkingssamenstelling en populatie
Beschrijf de bevolkingssamenstelling en populatie van de omgeving. Zoek uit hoeveel inwoners deze wijk heeft, wat de verdeling is in leeftijd, man, vrouw en wat de afkomst is. Kijk hiervoor op de site cbsinuwbuurt.nl . 

Slide 16 - Tekstslide

Onderdeel B: Inkomens en Sociale zekerheid
Maak ook een overzicht op de volgende punten:
- Arbeidsparticipatie
- Opleidingsniveau
- Inkomen
- Soort woningen

Slide 17 - Tekstslide

Onderdeel C: Voorzieningen in de wijk en/of omgeving
Onderwijs, begeleiding en/of voorzieningen in de wijk/omgeving?
- Welke onderwijsvoorzieningen zijn er in de wijk/omgeving?
- Welke woongroep voorzieningen zijn er in de wijk/omgeving?
- Welke dagbesteding voorzieningen zijn er in de wijk/omgeving?
- Welke begeleiding en/of specialisten zijn er in de wijk/omgeving?


Slide 18 - Tekstslide

onderdeel D
Welke gevolgen eventuele consequenties hebben de gegevens uit A, B en C voor jou als medewerker Maatschappelijke Zorg? 


Slide 19 - Tekstslide

Opdracht 3: Maak een externe sociale kaart en breng de diverse hulpverlening in beeld. Beschrijf er minimaal 3. 
1. Soort instelling/dienst
2. Ondersteuningsvraag
3. Naam instelling/dienst
4. Plaats
5. Website
6. Doelgroep
7. Procedure doorverwijzing
8. 1e, 2e en 3e lijnszorg
9. Wijkvoorziening / gemeentelijke instelling / regionale instelling
10. Wie mag doorverwijzen
11. Contactpersoon
12. Openingstijden
13. Kostenindicatie



Slide 20 - Tekstslide