Havo - Arbeidsmarkt
1 / 39
Lesduur is: 90 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Video
Deze nieuwe generatie die op de arbeidsmarkt toetreedt behoort tot...
A
de Vraag naar arbeid
B
het Aanbod van arbeid
Slide 3 - Quizvraag
Stel dat dit meisje elke week verschillende uren maakt op haar werk.
Wat voor contract heeft zij dan?
Wat voor contract heeft zij dan?
A
Een vast contract
B
Een flexibel contract
Slide 4 - Quizvraag
Hoe noem je de stijging van de prijzen?
A
Inflatie
B
Deflatie
Slide 5 - Quizvraag
Stel dat er te weinig mensen zijn die willen werken, omdat het 'klote' is, maar werkgevers hebben wel mensen nodig.
Dan is er sprake van een...
Dan is er sprake van een...
A
Krappe arbeidsmarkt
B
Ruime arbeidsmarkt
Slide 6 - Quizvraag
Slide 7 - Tekstslide
Arbeidsmarkt
Slide 8 - Woordweb
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Vraag naar arbeid
Aanbod van arbeid
Beroepsbevolking
Werkgelegenheid
Vacatures
Werkzame beroepsbevolking
Beroepsgeschikte bevolking
Werkgevers
Werknemers
Slide 11 - Sleepvraag
Slide 12 - Tekstslide
Beroepsbevolking
Werkzame beroepsbevolking
Aanbod van arbeid
niet-beroepsbevolking
Beroepsgeschikte bevolking
Mensen <15 en >75 jaar
Vraag naar arbeid
Slide 13 - Sleepvraag
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
De beroepsbevolking (het aanbod) van arbeid...
A
Stijgt
B
Daalt
C
Blijft gelijk
Slide 16 - Quizvraag
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Is hier een krappe of ruime arbeidsmarkt?
A
Ruim
B
Krap
Slide 21 - Quizvraag
Een werkgever is opzoek naar nieuw personeel maar kan niemand vinden. Is er spraken van een krappe of ruime arbeidsmarkt?
A
Krap
B
Ruim
Slide 22 - Quizvraag
Bij laagconjunctuur is de vraag naar arbeid ...(1)... en is de arbeidsmarkt ...(2)...
A
(1) hoog, (2) krap
B
(1) laag, (2) krap
C
(1) hoog, (2) ruim
D
(1) laag, (2) ruim
Slide 23 - Quizvraag
Slide 24 - Tekstslide
Werkgelegenheid is de
A
alle banen die nog vrij zijn
B
Alle banen die al bezet zijn
C
Alle banen die vrij zijn + alle banen die al bezet zijn
D
Alle mensen die willen werken
Slide 25 - Quizvraag
Slide 26 - Tekstslide
Als de arbeidsproductiviteit stijgt, dan
A
Stijgt de werkgelegenheid
B
Blijft de werkgelegenheid gelijk
C
Daalt de werkgelegenheid
D
Geen idee
Slide 27 - Quizvraag
Slide 28 - Tekstslide
Slide 29 - Tekstslide
Slide 30 - Tekstslide
Wat is de p/a-ratio hier?
p = werkzame mensen
(= werkgelegenheid)
a = werkzame arbeidsjaren
p = werkzame mensen
(= werkgelegenheid)
a = werkzame arbeidsjaren
A
1,1
B
1,2
C
1,8
D
2,0
Slide 31 - Quizvraag
Slide 32 - Tekstslide
Slide 33 - Tekstslide
Slide 34 - Tekstslide
Slide 35 - Tekstslide
Slide 36 - Tekstslide
Slide 37 - Tekstslide
Slide 38 - Tekstslide
Beroepsbevolking
Werkzame beroepsbevolking
Aanbod van arbeid
niet-beroepsbevolking
Beroepsgeschikte bevolking
Mensen <15 en >75 jaar
Vraag naar arbeid
