1KGT Spelling tegenwoordige tijd

Tegenwoordige tijd
kader brugklas
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Tegenwoordige tijd
kader brugklas

Slide 1 - Tekstslide

10 minuten lezen
Op het bord zie je de timer.

Leest er iemand niet?
De timer start opnieuw!

Veel plezier!
timer
10:00

Slide 2 - Tekstslide

Doel
Aan het einde van de les:
Weet je hoe je de werkwoordspelling in de tegenwoordige tijd schrijft.

Slide 3 - Tekstslide

Stam en ik-vorm
Hele werkwoord
Stam
Ik-vorm
lopen
lop
loop
vinden
vind
vind
schrijven
schrijv
schrijf
bakken
bakk
bak
lezen
lez
lees
wandelen
wandel
wandel

Slide 4 - Tekstslide

Tegenwoordige tijd
Ik --> Ik-vorm
Enkelvoud --> Ik-vorm + t
Meervoud --> hele werkwoord
Let op!
Vind je Nederlands een leuk vak?
Vindt je broer Nederlands een leuk vak?

Slide 5 - Tekstslide

Wij (lopen) naar school
A
lopen
B
loopt
C
loop
D
lop

Slide 6 - Quizvraag

Ik (gaan) naar school lopen.
A
gaan
B
ga
C
gaat
D
gaa

Slide 7 - Quizvraag

(Worden) jij er vaak uitgestuurd?
A
Worden
B
Word
C
Wordt

Slide 8 - Quizvraag

(Worden) je broers er vaak uitgestuurd?
A
Worden
B
Wordt
C
Word

Slide 9 - Quizvraag

Zelfstandig werken
  • Kijk op je weektaak welke opdrachten je moet maken.
  • Je mag fluisterend overleggen met je buurman/buurvrouw.
  • Kijk je opdrachten ook na.
  • Heb je iets af? Laat het aftekenen.

Slide 10 - Tekstslide