imperfectum onregelmatige werkwoorden

imperfectum onregelmatige werkwoorden
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsSecondary Education

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

imperfectum onregelmatige werkwoorden

Slide 1 - Tekstslide

Planning
Werkblad onregelmatige werkwoorden bespreken
herhaling regelmatige werkwoorden
Oefenen

Slide 2 - Tekstslide

werkblad bespreken

Slide 3 - Tekstslide

Herhaling regelmatige werkwoorden

Slide 4 - Tekstslide

Wat is de erste stap om het imperfectum de beelden?

Slide 5 - Open vraag

Wat moet ik doen als de stam op een letter van t'kofschip eindigt?

Slide 6 - Open vraag

Moet ik dan twee t's schrijven als de stam op een t eindigt? Voorbeeld: testen - ik testte?
A
Ja
B
Nee

Slide 7 - Quizvraag

Welke letters van t'kofschip zijn belangrijk?

Slide 8 - Open vraag

Wat moet ik doen als de stam NIET op een letter van t'kofschip eindigt?

Slide 9 - Open vraag

Moet ik dan twee d's schrijven als de stam op een t eindigt? Voorbeeld: antwoorden - ik antwoordde?
A
Ja
B
Nee

Slide 10 - Quizvraag

Werkblad

Slide 11 - Tekstslide

Het imperfectum -das Präteritum
- Vergangenheit
 - Regelmäßige Verben: 
Singular: Stamm +Endung de/te
Plural: Stamm +Endung den/ten
't kofschip

Werkboek p.27&28 lezen en een leerplakaat maken

Klaar? Schrijf de onregelmatige werkwoorden op p. 29 af

Slide 12 - Tekstslide

Wb. p. 30 opdracht 2

Slide 13 - Tekstslide

1.Wij ___ een kopje koffie

Slide 14 - Open vraag

2.Vroeger _________ we elke zondag een fietstocht.

Slide 15 - Open vraag

3.Ik __________een brief aan mijn vriendin toen ze ________.

Slide 16 - Open vraag

4.Vorig jaar ______ wij nog in Haarlem

Slide 17 - Open vraag

5.Dit is de kamer waarin ik altijd ____.

Slide 18 - Open vraag

6.Op het bord ______: verboden toegang!

Slide 19 - Open vraag

7.We _________ graag naar de verhalen van mijngrootvader.

Slide 20 - Open vraag

8.Op Texel ________ het deze zomer erg warm.

Slide 21 - Open vraag

Werkboek p. 31 nr. 3 +4
Zinnen staan in het presens. Zet ze in het imperfectum.

! ! ! Klaar? Leer met een partner of alleen de onregelmatigen werkwoorden ! ! !

Slide 22 - Tekstslide

Test onregelmatige werkwoorden

Slide 23 - Tekstslide

regelmatige werkwoorden
ken je de regels?

Slide 24 - Tekstslide