ma'leer les theorieën criminaliteit

Theorieen over criminaliteit
Waarom wordt de ene crimineel en de ander niet?
Drie theorieen
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Theorieen over criminaliteit
Waarom wordt de ene crimineel en de ander niet?
Drie theorieen

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Oorzaken van criminaliteit
&
Theorieën over criminaliteit

Slide 3 - Tekstslide

Lombroso

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Slide 6 - Video

bindingstheorie (Hirschi)
je wilt een ander niet telleurstellen wanneer er sprake is van sterke bindingen. Zijn die er niet dan is het makkelijker de stap tot crimineel gedrag te zetten.


Slide 7 - Tekstslide

RATIONELE KEUZE 

Gelegenheidstheorie/rationele keuze theorie

Een crimineel weegt de kosten en baten van zijn acties af.
(gelegenheid/situatie staat centraal/ rationele keuze  van de dader centraal)

Slide 8 - Tekstslide

etiketteringstheorie
Je krijgt een etiket en gaat je er dan ook naar gedragen.

Self-fullfilling prophecy (Becker)

Slide 9 - Tekstslide

anomie theorie(MERTON)
Je hebt dromen maar wanneer die dromen niet snel waargemaakt worden ga je op een illegale manier proberen je dromen te bereiken.
Discrepantie tussen levensdoelen en haalbaarheid.
Men ziet geen gelegenheid tot bereiken van doelen.
Normvervaging speelt een rol.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

ANOMIE (MERTON)
Anomie theorie
Merton
Deze theorie probeert het afwijkend gedrag tussen verschillende samenlevingen te verklaren.
Anomie: Mensen streven naar iets wat in de samenleving als een belangrijk succes wordt gezien. Wanneer dit niet legaal kan, door bv opleiding, discriminatie) dan maar illegaal

Slide 12 - Tekstslide

Meer camera's ophangen zou een goede oplossing zijn als ... van toepassing is
A
Rationele Keuze Theorie
B
Etiketterings theorie
C
Anomie-theorie
D
Bindingstheorie

Slide 13 - Quizvraag

Anomie-theorie van socioloog Merton:
A
Nature
B
Nurture

Slide 14 - Quizvraag

Veel portemonnees waren verdwenen of er was geld weg

Welke theorie past hierbij?
A
Bindingstheorie
B
Gelegenheidstheorie
C
Anomie theorie
D
Etiketteringstheorie

Slide 15 - Quizvraag

"Schoolverlaters hebben hier zo een carrière als crimineel", zegt wijkagent Glen Sjögren

Welke theorie past hierbij?
A
Bindingstheorie
B
Gelegenheidstheorie
C
Anomie-theorie
D
Etiketteringstheorie

Slide 16 - Quizvraag

Fabian gaat appels kopen. De verkoopman zegt dat hij ze straks zelf in de tas mag doen. Fabian rekent af voor 5 appels, maar stopt er daarna 7 in de tas.

Welke theorie past hierbij?
A
Bindingstheorie
B
Gelegenheidstheorie
C
Etiketteringstheorie
D
Aangeleerd gedrag

Slide 17 - Quizvraag

'Groninger politiekorps: Asielzoekers crimineler' en 'Het is een smet op asielzoekers, maar feiten zijn feiten',

Welke theorie past hierbij?
A
bindingstheorie
B
gelegenheidstheorie
C
Anomie-theorie
D
etiketteringstheorie

Slide 18 - Quizvraag

Een 56-jarige man heeft een werkstraf van 40 uren gekregen voor fraude. De man wilde een levensverzekering afkopen en diende daar een vervalste aanvraag voor in.
Welke theorie past hierbij?
A
Bindingstheorie
B
Gelegenheidstheorie
C
Anomie-theorie
D
Etiketteringstheorie

Slide 19 - Quizvraag

BEKIJK DEZE THEORIEËN OVER HET ONTSTAAN VAN CRIMINEEL GEDRAG  ZORGVULDIG WANT ZE ZIJN EEN BELANGRIJK ITEM IN DE TOETS OVER DE RECHTSSTAAT:

De criminologen: Lombroso (biologisch) , Hirschi (bindingen), Merton (anomie), Sutherland (opvoeding), Becker (stigma) Freud (psychologisch) hebben allemaal zo hun eigen benadering van hoe crimineel gedrag ontstaat en bestreden moet worden. Zoek de diverse benaderingen goed uit! (zie het lesboek!).


Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

SUCCES!

Slide 22 - Tekstslide