9.3 Politiek Nederland



9. Nederland na 1945


9.3 Politiek Nederland
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les



9. Nederland na 1945


9.3 Politiek Nederland

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen 
  1. Hoe veramderden de politieke verhoudingen in Nederland vanaf 1945? 

Slide 2 - Tekstslide


Verzuiling

  • De verdeling van de Nederlandse samenleving in 4 groepen (zuilen): protestanten, katholieken, liberalen, socialisten
  • Eigenlijk werd het van je verwacht dat je alleen omging met mensen binnen je eigen zuil
  • Er was veel sociale controle: familie, vrienden en de buurt controleerden of je je wel aan de 'regels' van de zuil hield.

Slide 3 - Tekstslide

Wat betekent verzuiling?
A
het wegvagen van informatie
B
De tijd waarin heel veel dingen werden gesloopt
C
Een naam van een politieke partij
D
Indeling van de samenleving op basis van godsdiensten

Slide 4 - Quizvraag

Wat waren de 4 zuilen in Nederland?

Slide 5 - Woordweb

Als je geboren was in een gezin met katholieke ouders, deed je altijd alles wat met katholiek te maken had.
A
eens
B
oneens

Slide 6 - Quizvraag


Willem Drees

Willem Drees (PvdA) was tussen 1948 en 1958 minister-president. In deze tijd was er de 'rooms-rode coalitie'.

'Vadertje Drees' wordt dan ook wel gezien als de grote man achter
de verzorgingsstaat, hoewel sommige wetten niet eens door hem zijn bedacht.
Het verhaal gaat dat Nederland de Marshallhulp heeft gekregen omdat de toenmalig minister-president Willem Drees de vertegenwoordiger van de Verenigde Staten in plaats van met een staatsbanket, met een kopje thee met een mariakaakje ontving. De vertegenwoordiger vond dat Nederland de steun blijkbaar hard nodig had en dat een land met een zo sobere minister-president het geld ongetwijfeld goed zou besteden.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Wie was deze man? En van welke partij was hij voorzitter?

Slide 9 - Open vraag

Geef aan welke partij bij welke zuil hoorde 
ARP en de CHU 
KVP 
PvdA
VVD
Socialisten
Protestants-Christelijk 
De Katholieken 
De liberalen 

Slide 10 - Sleepvraag

Kon één partij in Nederland de regering vormen? Leg uit

Slide 11 - Open vraag

Wat betekent polarisatie?
A
verzwakking van tegenstellingen in samenleving
B
verscherping van tegenstellingen in samenleving
C
overbruggen van tegenstellingen in samenleving
D
Ander woord voor bereidheid tot sluiten van compromissen

Slide 12 - Quizvraag

De veranderingen in het Nederlandse politieke landschap hadden diverse oorzaken. Noem een economische oorzaak

Slide 13 - Open vraag

Noem hiervoor ook een sociale oorzaak.

Slide 14 - Open vraag


Populisme

In de jaren '90 verliezen mensen het vertrouwen in de politieke partij op wie zij altijd hadden gestemd. 
  • Deze grote groep gaat stemmen op de nieuwe, populistische politieke partijen die worden opgericht. 
  • Populistische leiders zeggen te doen wat het volk wil, want ‘het volk heeft altijd gelijk’. Lastig is dat wat het volk wil, niet altijd kán.
Populistische politici worden soms in korte tijd heel populair. Maar als later blijkt dat ze hun beloftes niet kunnen waarmaken, raken zij die populariteit snel weer kwijt. Enkele jaren later komt er dan weer een andere populistische partij die opnieuw de mooiste beloftes doet.

Slide 15 - Tekstslide


Pim Fortuyn

  • Pim Fortuyn wordt in 2001 leider van de nieuwe partij Leefbaar Nederland. Fortuyn beweert ‘te zeggen wat hij denkt en te doen wat hij zei’. 
  • Vooral over de islam is hij erg negatief. Hij zei dat hij het opneemt voor de ‘gewone’ mensen die door de politiek in de steek zijn gelaten. 
  • Fortuyn wordt snel erg populair, maar in 2002, vlak voor de verkiezingen, wordt hij vermoord.


Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video