4H_H6_6.5lcheck+6.4
1 / 17
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 2 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 3 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 4 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 5 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 6 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Hoeveel significante cijfers heeft pH=11,70?
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 7 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat is de pH van een
0,125 M zoutzuur-oplossing?
0,125 M zoutzuur-oplossing?
A
0,750
B
0,903
C
0,75
D
0,90
Slide 8 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Een zure oplossing heeft een pH van 3,43 Bereken [H+]
A
3,72x10^-4 M
B
0,52 M
C
3,7x10^-4 M
D
-0,52 M
Slide 9 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Antonio voegt aan 1,0 liter natronloog waarin 0,22 mol NaOH per liter is opgelost 1,0 liter water toe. Wat gebeurt er met de pH bij het verdunnen?
A
de pH daalt
B
de pH blijft gelijk
C
de pH neemt toe
Slide 10 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Stel je neemt 50 mL van een zure oplossing met pH 4. Hierbij doe je 450 mL demiwater.
Wat gebeurt er met de pH?
Wat gebeurt er met de pH?
A
De pH daalt maar wordt niet lager dan 0
B
De pH stijgt maar wordt niet hoger dan 7
C
De pH daalt maar je kan niets zeggen over de nieuwe pH
D
De pH stijgt maar je kan niets zeggen over de nieuwe pH
Slide 11 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Een basische oplossing heeft een pH van 12,00.
Bereken [OH-]
Bereken [OH-]
A
0,010 M
B
1x10^-12 M
C
0,01 M
D
1,0x10^-12 M
Slide 12 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat is de pH van een oplossing van kaliloog met een concentratie van 0,0025 mol/L
A
2,60
B
2,6
C
11,40
D
11
Slide 13 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 14 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 15 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 16 - Video
Niet natriumsulfide-op. Doorspelen tot 6.21 min
Slide 17 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
