De Voedingsdriehoek: Bouw een Gezond Dieet

De Voedingsdriehoek: Bouw een Gezond Dieet

Leerdoel

Aan het einde van de les kun je uitleggen hoe de voedingsdriehoek helpt bij het samenstellen van een gezond dieet.

Wat weet je al over de voedingsdriehoek?

Wat is de voedingsdriehoek?

De voedingsdriehoek is een grafische voorstelling van hoe een gezond voedingspatroon eruitziet. Het helpt om de verhoudingen van verschillende voedingsmiddelen in een gezond dieet weer te geven.

De verschillende lagen

In de voedingsdriehoek zijn de verschillende voedingsmiddelen onderverdeeld in lagen, waarbij de basis wordt gevormd door voedingsmiddelen die je het meest nodig hebt, zoals groenten, fruit, en volkorenproducten.

Portiegroottes

Naast de lagen geeft de voedingsdriehoek ook richtlijnen voor portiegroottes. Het laat zien hoeveel je van elke groep voedingsmiddelen per dag zou moeten eten.

Aanvullende tips

De voedingsdriehoek bevat ook aanvullende tips, zoals het drinken van voldoende water, het beperken van suiker en zout, en het kiezen van gezonde vetten.

Praktische toepassing

Nu we de voedingsdriehoek hebben besproken, gaan we kijken hoe we deze kennis kunnen toepassen in het kiezen van onze maaltijden en snacks.

Voorbeeldmenu's

Bespreken en bekijken van voorbeeldmenu's die voldoen aan de richtlijnen van de voedingsdriehoek, en het bespreken van eventuele aanpassingen die gemaakt kunnen worden.

Evaluatie

Reflectie op wat er is geleerd en bespreken van hoe de voedingsdriehoek kan helpen bij het maken van gezondere voedingskeuzes.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.