Havo 3 - Samenleving H2 adj SvE

Doelen
We leren in deze les over
 - de overheid
- collectieve goederen
- ambtenaren 


1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Doelen
We leren in deze les over
 - de overheid
- collectieve goederen
- ambtenaren 


Slide 1 - Tekstslide

Waar houdt de overheid zich mee bezig?

Slide 2 - Woordweb

4 soorten overheden
Schrijf op :
- Gemeenten ( paspoort, uitkering, verhuizing)
- Waterschappen ( dijken, waterzuivering, natuurbeheer)
- Provincies ( wegen bijv.)
- Landelijke overheid ( wegen, politie, defensie, belastingdienst) 

Slide 3 - Tekstslide

De centrale overheid
Het Rijk wordt ook wel 'de centrale overheid genoemd'
De ministers besturen het Rijk. Zij maken plannen en wetten die door de 2e kamer goedgekeurd moeten worden. De 2e kamer controleert zo de ministers. 


Slide 4 - Tekstslide

De 2e kamer

Slide 5 - Tekstslide

De provincie 
Verantwoordelijk voor de grond van een deel van het land
  • Mogen steden uitbreiden?
  • Mag extra ruimte komen voor bedrijfsterreinen? 
  • Zijn er goede wegen of moeten die bijgebouwd worden?

Slide 6 - Tekstslide

De waterschappen
Het beheren van water en het bewaren
van de kwaliteit van ons water. 

Slide 7 - Tekstslide

Collectieve goederen
Voorzieningen waar alle burgers gebruik van kunnen maken en die worden geleverd en betaald door de overheid.

Slide 8 - Tekstslide

De gemeente
De gemeente staat het dichtste bij jou
Veel zaken in jouw woonplaats worden geregeld door de gemeente.
Moeten er bomen geplant worden?
Identiteitsbewijs of paspoort regelen
 

Slide 9 - Tekstslide

Noem een collectief goed.

Slide 10 - Open vraag

Collectieve goederen
  • De overheid zorgt voor collectieve goederen, omdat/want:
  • voor sommige ervan kun je niet iedereen apart laten betalen (bijvoorbeeld dijken).
  • de overheid de kwaliteit ervan zelf wil regelen.
  • de overheid wil dat ze betaalbaar blijven voor iedereen.

Slide 11 - Tekstslide

Quasi-collectieve goederen
Dit zijn goederen die individueel leverbaar, maar die we toch als een soort collectief goed door de overheid laten leveren.

Onderwijs kun je per persoon leveren. Wanneer je niet betaalt, is het mogelijk om je uit te sluiten van lessen. Maar we kiezen ervoor om het collectief, betaald met belastinggeld, te leveren.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Een dijk is een collectief goed.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 14 - Quizvraag

Een speeltuin in de wijk is een collectief goed.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 15 - Quizvraag

Een kaartje voor een voetbalwedstrijd een collectief goed.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 16 - Quizvraag

Particuliere sector
De particuliere sector bestaat uit bedrijven en burgers.
Bedrijven in de particuliere sector streven naar winst.
Daarbij leveren ze vooral individuele goederen


Slide 17 - Tekstslide

Particuliere sector
Deze sector heeft te maken met marktwerking: de aanbieders van producten concurreren met elkaar.
Ze moeten daarom:
  • goede kwaliteit leveren.
  • hun prijzen laag houden. Dat kan alleen als ze hun bedrijfskosten laag houden.

Slide 18 - Tekstslide

Maken tot en met 2.9!

Slide 19 - Tekstslide

De lantarenpalen op straat zijn een collectief goed.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 20 - Quizvraag

Een abonnement op de sportschool is een collectief goed .
A
Juist
B
Onjuist

Slide 21 - Quizvraag

Welkom
3 Havo


Samenleving Hoofdstuk 2
De overheid om ons heen


Slide 22 - Tekstslide

Doelen
We leren in deze les over
 - Belastingen
- AOW en Pensioenen



Slide 23 - Tekstslide

Belastingstelsels 
  • Proportioneel belastingstelsel
  • Progressief belastingstelsel
  • Degressief belastingstelsel 

Slide 24 - Tekstslide

Draagkrachtbeginsel:
progressief belastingstelsel
proportioneel belastingstelsel:
alle inkomens betalen naar verhouding evenveel belasting

progressief belastingstelsel:
hoge inkomens betalen naar verhouding meer belasting dan lage inkomens

degressief belastingstelsel:
hoge inkomens betalen naar verhouding minder belasting dan lage inkomens

Slide 25 - Tekstslide

Voorbeeld progressief belastingstelsel

Een versimpeld belastingstelsel:






Slide 26 - Tekstslide

Opdracht
Hoeveel belasting betaalt
 iemand die 30000 verdient 
en 
iemand die 60000 euro verdient.

Slide 27 - Tekstslide

Maak opdracht 2.17 tot en met 2.20

Slide 28 - Tekstslide

Progressief belastingstelsel (2.17)




Progressief belastingstelsel:
Hogere inkomens betalen een hoger belastingpercentage dan de lagere inkomens.
Inkomsten 
Inkomsten belasting
Tax rate
Majid
€ 50.000
€ 12.500
                        25%
Roos
€ 30.000
€ 6.000
                        20%

Slide 29 - Tekstslide

Degressief belastingstelsel (2.19)




Degressief belastingstelsel:
Een belastingstelsel waarbij het gemiddelde belastingpercentage daalt als het inkomen toeneemt.
Inkomen
Inkomsten belasting
Tax rate
Annika
€ 85.000
€ 19.125
                     22,5%
Simone
€ 35.000
€ 8.400
                        24%

Slide 30 - Tekstslide

PARTICULIERE EN COLLECTIEVE SECTOR

Slide 31 - Tekstslide

Collectieve sector

Slide 32 - Tekstslide

Collectieve sector
Ambtenaren en semi ambtenaren


Slide 33 - Tekstslide

Particuliere sector
De particuliere sector bestaat uit bedrijven en burgers.
Bedrijven in de particuliere sector streven naar winst.
Daarbij leveren ze vooral individuele goederen


Slide 34 - Tekstslide

Elkaar een beetje tegemoet komen
In Nederland kan niet iedereen volledig voor zichzelf zorgen
Hiervoor zijn bepaalde inkomens overdrachten. Overdrachtsinkomens zijn uitkeringen waar geen tegenprestatie tegen over staat, zoals bij je salaris

Slide 35 - Tekstslide

overdrachtsinkomen
Voorbeelden van overdrachtsinkomen:
- kinderbijslag
- huurtoeslag
- zorgtoeslag
- alimentatie
- bijstand

Slide 36 - Tekstslide

Omslagstelsel

* Nu premie afdragen voor de ouderen van nu.
*AOW
Kapitaaldekkingsstelsel

*Nu premie afdragen voor jezelf.
*Pensioenfonds

Slide 37 - Tekstslide

Omslagstelsel 
  • bijvoorbeeld AOW. Afhankelijk van aantal jaar inwoner NL

Slide 38 - Tekstslide

pensioen via het kapitaal dekkingsstelsel

Slide 39 - Tekstslide

Vergrijzing

Slide 40 - Tekstslide

Maken tot en met 2.16!

Slide 41 - Tekstslide