MIddelen quiz

Leerdoelen 
Kan je een verslaving herkennen
Kan je de kenmerken van een verslaving benoemen
Weet je wat de gevolgen van een verslaving (kunnen) zijn
Heb je kennis van de begeleiding en behandeling van een verslaafde
Heb je kennis over hoe je een verslaving bespreekbaar kunt maken
Weet je welke opvangvormen er zijn.

1 / 54
volgende
Slide 1: Tekstslide
Ziekte en Gezondheid 1Middelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 54 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Leerdoelen 
Kan je een verslaving herkennen
Kan je de kenmerken van een verslaving benoemen
Weet je wat de gevolgen van een verslaving (kunnen) zijn
Heb je kennis van de begeleiding en behandeling van een verslaafde
Heb je kennis over hoe je een verslaving bespreekbaar kunt maken
Weet je welke opvangvormen er zijn.

Slide 1 - Tekstslide

Maak een top 5 van verslavingen
1.
2.
3.
4.
5.

Slide 2 - Tekstslide

Top 10 verslaving
1. Heroïne
2. Crack
3. Tabak/nicotine
4. Methamfetamine
5. Cocaïne

Slide 3 - Tekstslide

Top 10 verslaving 
6. Alcohol
7. Amfetamine (speed)
8. Benzo’s
9. GHB
10. Cannabis

Slide 4 - Tekstslide

Middelen quiz

Slide 5 - Tekstslide

Alcohol is een drug
A
Juist
B
Onjuist

Slide 6 - Quizvraag

Alcohol een drug ?
Wat betreft werking is alcohol een drug: het is een roesmiddel en je kunt er afhankelijk van worden. 
Volgens de wet is alcohol geen illegale drug

Slide 7 - Tekstslide

Vrouwen zijn gevoeliger voor alcohol dan mannen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 8 - Quizvraag

Vrouwen gevoeliger voor alcohol= juist 
Het lichaam van een vrouw bevat minder vocht per kilo gewicht dan dat van een man. Daarom wordt de alcohol bij vrouwen minder verdund en zijn vrouwen gemiddeld sneller onder invloed dan mannen

Slide 9 - Tekstslide

Sigaretten, shag en sigaren hebben een rustgevend effect.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 10 - Quizvraag

Rustgevend effect ?
De nicotine in deze producten heeft een stimulerende werking.

Slide 11 - Tekstslide

Als je met een gewone sigaret begint dan ga je automatisch ook blowen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 12 - Quizvraag

Roken leidt tot blowen 
Wel is het zo dat de meeste blowers zijn begonnen met het roken van tabak, maar roken
leidt niet automatisch tot blowen.

Slide 13 - Tekstslide

Heroïne is schadelijker dan alcohol
A
Juist
B
Onjuist

Slide 14 - Quizvraag

Heroïne schadelijker dan alcohol
Heroïne, crack en methamfetamine zijn de meest dodelijke middelen. Alcoholverslavingen blijken echter het meest schadelijk, als de gevolgen voor gebruiker en samenleving beide worden meegewogen.

De wetenschappers hanteerden voor hun berekening een puntensysteem van 0 tot 100. Alcohol scoorde op deze schaal 72 punten, heroïne 55 en crack 54. (The Lancet)

Slide 15 - Tekstslide

Na wietgebruik neemt je concentratie toe
A
Juist
B
Onjuist

Slide 16 - Quizvraag

Beter concentreren ?
Wiet en hasj hebben een negatieve invloed op geheugen, concentratie en het opnemen van informatie. Afhankelijk van de hoeveelheid wiet of hasj die je gebruikt duurt het enkele uren tot twee dagen voordat dit effect helemaal verdwenen is

Slide 17 - Tekstslide

Cocaïne werkt kort, na 30 minuten is het uitgewerkt
A
Juist
B
Onjuist

Slide 18 - Quizvraag

Werking cocaïne 
Cocaïne stimuleert het autonome zenuwstelsel. Hierdoor gaat de hartslag en bloeddruk omhoog en wordt de ademhaling versneld. Eetlust en vermoeidheid nemen af.
Cocaïne is bij incidenteel gebruik 2 tot 4 dagen aantoonbaar, bij intensief gebruik tot 8 dagen.

Slide 19 - Tekstslide

Alcohol in combinatie met cocaïne is extra gevaarlijk
A
Juist
B
Onjuist

Slide 20 - Quizvraag

Alcohol en cocaïne gevaarlijk ?
Door cocaïne of speed te gebruiken voelt iemand zich fitter en wakker. Daardoor kan het gevoel ontstaan dat iemand nuchter is. Hierdoor is de kans groot dat men meer gaat drinken dan dat het lichaam aankan

Slide 21 - Tekstslide

Het effect van hasj of wiet is dat je er veel energie van krijgt
A
Juist
B
Onjuist

Slide 22 - Quizvraag

Effect wiet 
Cannabis zorgt ervoor dat de gebruiker zich relaxed en ontspannen voelt. Soms voelen
gebruikers zich verlamd, dit wordt ook wel stoned genoemd.

Slide 23 - Tekstslide

Eten en GHB gebruiken kan gevaarlijk zijn
A
Juist
B
Onjuist

Slide 24 - Quizvraag

Eten en GHB gevaarlijk 
Iemand kan in slaap vallen door de GHB en stikken in het eten

Slide 25 - Tekstslide

LVB-ers hebben een groter risico op verslaving
A
Juist
B
Onjuist

Slide 26 - Quizvraag

LVB en verslaving
Een grote mate van beïnvloedbaarheid en het onvoldoende overzien van de consequenties van gedrag spelen een rol.

Slide 27 - Tekstslide

Iemand die hasj of wiet rookt grijpt sneller naar andere drugs.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 28 - Quizvraag

van hasj naar harddrugs
Het overstappen van gebruik van cannabis op gebruik van harddrugs kan niet worden verklaard uit de farmacologische eigenschappen van cannabis; er is geen lichamelijke neiging om over te stappen op zwaardere middelen.
Wel kunnen sociale factoren een rol spelen: bijvoorbeeld het hebben van vrienden die andere drugs gebruiken.
Andersom is het wel zo dat de meeste gebruikers van harddrugs ooit zijn begonnen met het gebruik van cannabis

Slide 29 - Tekstslide

Alcohol en drugs maken de kans op psychische klachten groter
A
Juist
B
Onjuist

Slide 30 - Quizvraag

alcohol en drugs invloed op psyche
Bij aanleg voor bijv. depressies, schizofrenie en angst is de kans groter dat je klachten krijgt

Slide 31 - Tekstslide

Specifieke problemen in de MZ (verslaving)
Waar denk je aan bij specifieke problemen in de maatschappelijke zorg?
Welke problematieken kom je tegen op je werkplek?

Slide 32 - Tekstslide

Antwoorden 
Verslavingsproblematiek, huiselijk geweld, kindermishandeling, agressief gedrag (van je cliënten), seksueel misbruik, loverboys.

Slide 33 - Tekstslide

filmpje 
In dit filmpje worden de “basics” van verslaving op een mooie, eenvoudige en confronterende manier getoond. Een kiwi (vogel) raakt steeds meer in de ban van goudklompjes die hem in hogere sferen brengen – maar het effect duurt steeds korter en de kiwi valt steeds harder terug.


Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Video

Welke kenmerken van een verslaving zie je terug in het filmpje:

Slide 36 - Tekstslide

Wanneer verslaving 
                   Schadelijk

Iets niet                                     iets niet  meer kunnen laten
                           Afhankelijk zijn
                                                         Niet meer of moeilijk kunnen  
           stoppen



Slide 37 - Tekstslide

Verslaving 
Je kunt fysiek of mentaal afhankelijk zijn van een middel
Bijvoorbeeld:
Nicotine, alcohol, cocaïne, xtc, ghb of medicijnen of van lustbevredigend gedrag: gokken, internet, gamen

Slide 38 - Tekstslide

Verslaving volgens de DSM
De DSM heeft het niet over verslaving, maar over ‘stoornissen in het gebruik van middelen’. De DSM maakt onderscheid tussen een milde, gematigde of ernstige stoornis
De stoornis wordt vastgesteld aan de hand van 11 criteria:

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide

Gevolgen van een verslaving
Hans: 

Slide 41 - Tekstslide

Slide 42 - Video

Welke gevolgen had de verslaving van Hans

Slide 43 - Tekstslide

Gevolgen van een verslaving
* Concentratieproblemen
• Sociaal isolement
• Relatieproblemen
• School/werk (maandagmorgen)verzuim
• Geen interesse in de omgeving
• Nalatigheid met afspraken

Slide 44 - Tekstslide

Gevolgen verslaving 
* Sterk afwijkend gedrag
• Dalende prestaties
• Veelvuldig praten over middelen/gebruik/gokken en geld
• Verlies van vrienden, verandering van vriendenkring
• Veel ongelukjes

Slide 45 - Tekstslide

Tips voor het begeleiden van een verslaafde
Signaleer gebruik en maak het bespreekbaar
Verschaf inzicht, ook over consequenties
Put jezelf en de cliënt niet uit
Ga niet trekken aan een dood paard

Slide 46 - Tekstslide

Tips voor het begeleiden van een verslaafde
Investeer en complimenteer
Accepteer dat mensen een terugval kunnen krijgen
Blijf moed houden en leer van ervaring

Slide 47 - Tekstslide

Begeleiding en behandeling van een verslaafde
In het bieden van ondersteuning bij mensen met een
verslaving gaat men uit van het bio-psychosociaal
model.
- Biologisch
Psychologisch
Sociaal


Slide 48 - Tekstslide

Begeleiding en behandeling van een verslaafde
Dat betekent dat er bij elke verslaafde gekeken wordt naar:
Biologisch: de aangeboren gevoeligheid
Psychologisch: de factoren die invloed hebben op de persoonlijke ontwikkeling
Sociaal: en de sociale omgeving

Slide 49 - Tekstslide

Slide 50 - Tekstslide

Begeleiding en behandeling van een verslaafde
De verslavingszorg is een gespecialiseerde vorm van geestelijke en lichamelijk gezondheidszorg dat uitgaat van herstel-ondersteunende zorg.
Hiervoor wordt nauw samengewerkt met het onderwijs, het uitgaansleven, jeugdzorg en/of politie en justitie.

Slide 51 - Tekstslide

Begeleiding en behandeling van een verslaafde
De herstel-ondersteunende zorg is erop gericht de verslaafde zoveel mogelijk weer de regie te laten krijgen over zijn eigen leven en hem/haar weer in zijn eigen kracht te zetten.

Slide 52 - Tekstslide

Herstel-ondersteunende zorg
Er zijn 4 vormen van herstel:
Klinisch herstel (gericht op de lichamelijke symptomen)
Functioneel herstel (gericht op de rollen die de verslaafde heeft ‘verloren’ met als doel het herstellen/hervatten van eerdere functies)
Maatschappelijk herstel (het terugkrijgen van de eerder verworven maatschappelijke positie)
Persoonlijk herstel (inzicht en acceptatie van de verslaving waardoor meer zelfvertrouwen ontstaat en geloof in eigen kunnen)

Slide 53 - Tekstslide

Einde les 1 
Vragen ?
Volgende week les 2 over verslaving 

Slide 54 - Tekstslide