In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.
Onderdelen in deze les
Herhaling §2.1-§2.6
Slide 1 - Tekstslide
Wat is een agglomeratie?
A
Dorp dat uitgroeit tot stad
B
een groot stedelijk gebied
C
een stad waar mensen wegtrekken
D
Stad met daaraan vastgegroeide randgemeenten
Slide 2 - Quizvraag
Wat is suburbanisatie
A
Het verhuizen van mensen naar de stad
B
Het wonen in een buitenwijk
C
Het verhuizen van mensen naar het platteland vanuit een ander dorp
D
Het verhuizen van mensen vanuit de stad naar het platteland
Slide 3 - Quizvraag
Op de kaart in bron 2 zijn vier regio’s aangegeven. Twee van deze regio’s zijn krimpgebieden en in twee regio’s groeit de bevolking. Wat is de juiste combinatie van cijfer en soort gebied?
A
Krimp 1 en 2
Groei 3 en 4
B
Krim 1 en 4
Groei 2 en 3
C
Krim 2 en 3
Groei 1 en 4
D
Krimp 3 en 4
Groei 1 en 2
Slide 4 - Quizvraag
In krimpgebieden is er sprake van vergrijzing
A
juist
B
onjuist
Slide 5 - Quizvraag
Wat is GEEN oorzaak van vergrijzing
A
Babyboomgeneratie wordt 65+
B
Mensen krijgen minder kinderen
C
Toename van ziektekosten
D
Levensverwachting neemt toe
Slide 6 - Quizvraag
In welke provincies is er veel vergrijzing?
A
Groningen, Drenthe en Noord-Holland
B
Flevoland, Zuid-Holland en Utrecht
C
Groningen, Drenthe en Limburg
D
Utrecht, Flevoland en Friesland
Slide 7 - Quizvraag
Oost-Duitsland is een ....
A
Krimpgebied
B
Groeigebied
Slide 8 - Quizvraag
Welk kenmerk past bij migranten uit Marokko?
A
ze komen uit Nederlandse koloniën
B
arbeidsmigranten
C
vluchtelingen uit oorlogsgebied
Slide 9 - Quizvraag
Vlak na de ofafhankelijkheid van Suriname zijn veel Surinamers geemigreerd naar Nederland. Wanneer was deze onafhankelijkheid?
A
1965
B
1975
C
1985
D
1995
Slide 10 - Quizvraag
Wat is de grootste groep immigranten in Nederland?
A
Vluchtelingen
B
Arbeidsmigranten uit Europa
C
Gastarbeiders
Slide 11 - Quizvraag
Vergrijzing vindt plaats in landen in de ... fase van het demografisch transitiemodel
A
1e en 2e
B
2e en 3e
C
3e en 4e
D
4e en 5e
Slide 12 - Quizvraag
bij deze stad is sprake van een...
A
meerkernen groeimodel
B
concentrisch groeimodel
C
sector groeimodel
Slide 13 - Quizvraag
A
meerkernengroeimodel
B
concentrisch groeimodel
C
sectorgroeimodel
Slide 14 - Quizvraag
Welk kenmerk past bij de immigranten uit Suriname?