3.3 Gelijkwaardige staten

3.3 Gelijkwaardige staten
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

3.3 Gelijkwaardige staten

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
1)Kun je benoemen wie we bedoelen met Indische Nederlanders of Indo's.  
2)Kun je beschrijven waarom oud KNIL militairen rond 1950/1951 naar NL kwamen. En gebruik je daarbij het begrip RMS.
3)Kun je voorbeelden noemen waaruit blijkt dat de relatie tussen NL en Indonesië verslechterd na de onafhankelijkheid. 4)Kun je de situatie in Indonesië onder leiding van Soeharto beschrijven.  
5)Kun je iets vertellen over het bloedbad in het dorp Rawagede. 
6)Kun je de begrippen erfgoed en ambassadeur uitleggen.

Slide 2 - Tekstslide

Indische Nederlanders
  • 200.000 Indische Nederlanders. Afkomstig uit gemengd huwelijk (Nederlands/Indonesisch)
  • Migreerden tijdens en direct na de Indonesische Onafhankelijkheidsoorlog naar NL. 
  • 1951 gevolgd door christelijke Molukkers die in het KNIL hadden gediend.

Slide 3 - Tekstslide

We bekijken
 Andere Tijden in de klas: Molukkers in Westkapelle. 
Er volgen straks wat vragen. Let dus goed op.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Leg in eigen woorden uit waarom er in 1950 Molukkers naar Nederland kwamen?

Slide 6 - Open vraag

Verklaar waarom de tweede generatie Molukkers zo ontevreden was en waarom er zelfs gewelddadige acties werden ondernomen.

Slide 7 - Open vraag


Waarom kwamen de Molukkers naar Nederland?
A
Niet meer welkom in Indonesië door deelname aan het KNIL
B
Wilden meer geld verdienen
C
Wilden graag in Nederland wonen

Slide 8 - Quizvraag

Waar staat het KNIL voor?
A
Koninklijk Noord Indisch leger
B
Koninklijk Nederlands Indonesisch leger
C
Koninklijk Noord Iers leger
D
Koninklijk Nederlands Indisch leger

Slide 9 - Quizvraag

Bekijk de afbeelding.
Wat was het ideaal van de Molukse kapers van deze trein?

A
De heroprichting van het KNIL.
B
Een vrije Molukse republiek.
C
Erkenning van de Republiek Indonesië.
D
Opgaan in de Nederlandse samenleving.

Slide 10 - Quizvraag

RMS? Wat was dat dus?

Slide 11 - Open vraag

We lezen: blz. 100
Vijandschap tussen Nederland en Indonesië. 

Slide 12 - Tekstslide

Geef twee voorbeelden waaruit blijkt dat de relatie NL/Ind. verslechterd na 1950.

Slide 13 - Open vraag

Slide 14 - Video

Toenadering...
  • 1965: Soekarno wordt afgezet --> Soeharto wordt de nieuwe president (via een staatsgreep)

  • Soeharto: minder anti-Nederlands --> er vindt toenadering plaats... Klopjacht op communisten. Dictator. 

  • Staatsbezoek koningin in 1971

Slide 15 - Tekstslide

Lees de volgende uitspraken over de 2 personen in de afbeelding:

1 Na de machtsovername van Soeharto verbeterde de relatie tussen Nederland en Indonesië.

2 Soeharto nam de macht van Soekarno over.

Welke zin is juist?

A
Uitspraak 1 is juist.
B
Uitspraak 2 is juist.
C
Beide uitspraken zijn juist.
D
Beide uitspraken zijn onjuist.

Slide 16 - Quizvraag

Spijt of excuses?
  • 1945-1949 politionele acties/onafhankelijkheidsoorlog gevoelig.
  • 17 augustus 1945 of december 1949 onafhankelijk.
  • 2005 Nederlandse minister van buitenlandse zaken erkent voor het eerst dat Indonesië 17 augustus 1945 onafhankelijk werd.
  • Moord -->Rawagade
  • Maar geen schadevergoeding

Slide 17 - Tekstslide

Op 9 december 1947 richten Nederlandse militairen een bloedbad aan onder de bevolking van het West-Javaanse dorpje Rawagede. Zonder enige vorm van proces executeren Nederlandse soldaten daar 431 mannen en jongens. In 2011 kregen tien weduwen daarvoor een schadevergoeding van Nederland. 

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Link

Aan de slag
1)Je maakt 3.3. 
Blz. 103/104. en kan de leerdoelen beantwoorden
2)leren 3.1-3.3 en lezen 3.4
leren= samenvatten, vragen maken, aantekeningen uitwerken

= HW 

Slide 20 - Tekstslide

Leerdoelen
1)Kun je benoemen wie we bedoelen met Indische Nederlanders of Indo's.  
2)Kun je beschrijven waarom oud KNIL militairen rond 1950/1951 naar NL kwamen. En gebruik je daarbij het begrip RMS.
3)Kun je voorbeelden noemen waaruit blijkt dat de relatie tussen NL en Indonesië verslechterd na de onafhankelijkheid. 4)Kun je de situatie in Indonesië onder leiding van Soeharto beschrijven.  
5)Kun je iets vertellen over het bloedbad in het dorp Rawagede. 
6)Kun je de begrippen erfgoed en ambassadeur uitleggen.

Slide 21 - Tekstslide