Formuleren H1-4 HERHALING / TOETSVOORBEREIDING

Welkom HA1A!
Ga rustig zitten,
pak je spullen.
Telefoon op stil & in je tas.
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom HA1A!
Ga rustig zitten,
pak je spullen.
Telefoon op stil & in je tas.

Slide 1 - Tekstslide

DOEL
  • Ik kan verwijswoorden correct gebruiken. (H2+4)
  • Ik kan signaalwoorden gebruiken om verbanden tussen zinnen aan te geven. (H3)

TOETS woensdag 1 juni:
Formuleren H3 en H4

Wat gaan we doen? (40 min)
  1. boekenpitch Sanne, Lotte                     (5 min)
  2. Herhaling uitleg verwijswoorden en signaalwoorden                                         (5 min)
  3. Maken + nakijken blz. 256                     (10 min)
  4. Maken + nakijken blz. 257                     (10 min)
  5. Doel bereikt?  [Kahoot]                           (10 min)



Slide 2 - Tekstslide

verwijzen = weglaten
1. Max is verschrikkelijk moe. (Max) heeft een partijtje squash gespeeld.

2. Waar kan ik mijn formulier inleveren? Ik heb (het formulier) al ingevuld.

3. Hier zijn je boeken. Leg je (je boeken) even in je kluisje?

ANTECEDENT = het woord waar je naar verwijst.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

 Signaalwoorden

Een tekst zonder signaalwoorden bestaat eigenlijk niet! 
Zelfs het simpelste woordje 'en' is een signaalwoord.

Ik pakte mijn fiets EN fietste naar school. --> Er wordt iets OPGESOMD!

Slide 5 - Tekstslide

maak opdr. 3 en 4, blz. 256
Noteer waar het verwijswoord naar verwijst.
klaar? maak opdr. 6 en 7, blz. 257
We kijken samen na.
timer
5:00

Slide 6 - Tekstslide

opdracht 3 - blz. 256
  1. die (deur)
  2. deze (schoenen)
  3. dit (antwoord)
  4. deze; die (kaars)
  5. dat (we zijn naar het zwembad geweest)

opdracht 4 - blz. 256
  1. een knoopje
  2. de fiets van Finn
  3. zijn tas
  4. het zwembad
  5. de afstand
  6. het wondje aan haar duim

Slide 7 - Tekstslide

Maak opdr. 6 en 7, blz. 257
Noteer alleen de verwijswoorden (opdr. 6) of het woord waar je naar verwijst (opdr. 7).
Klaar? Leer de theorie op blz. 92 en blz. 122. Maak de extra opdracht (los blad).

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Maak de extra opdracht (blad)
Onderstreep het antecedent
Klaar? Kijk na in duo's. Gebruik hierbij je boek en evt. een woordenboek (www.woorden.org)
timer
10:00

Slide 11 - Tekstslide

Wat moet je leren voor de toets?
Formuleren H3: blz. 92
Formuleren H4: blz. 122

Slide 12 - Tekstslide

Doel bereikt?
De toets ... we moeten maken, is niet zo moeilijk.

Slide 13 - Tekstslide

Bestudeer blz. 92. Daarna boek dicht!

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Link