Les 2 Socialisten en anarchisten in Rusland


Geschiedenis
Socialisme en anarchisme in Rusland 
Maar eerst lezen...
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les


Geschiedenis
Socialisme en anarchisme in Rusland 
Maar eerst lezen...

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen

Je kan uitleggen hoe de Russische samenleving was opgebouwd, functioneerde en werd bestuurd.


Je kan uitleggen waar het anarchisme en marxisme ideologisch voor staan.


Je kan voorbeelden geven van oorzaken voor de Russische Revolutie.

 

Slide 2 - Tekstslide

Lijfeigenen
Bojaren
Russisch Orthodoxe kerk
Tsaar
Bourgeoisie
Boeren

Slide 3 - Sleepvraag

Nicolaas II
Adel
De patriarch
De geestelijkheid
Boeren
Een schrijver
Directeur
Alexander III
Arbeiders
Bedelaars

Slide 4 - Sleepvraag

De Russische piramide
De Tsaar

1. Orthodoxe geestelijken
2. Bojaren (= adel)
3. Bourgeoisie, middenstanders
     boeren

De 1e en 2e stand betalen geen belastingen 

Slide 5 - Tekstslide

De Russische piramide (bojaren)
De bojaren helpen de tsaar met regeren, belasting innen en oorlog voeren.

De tsaar en bojaren werden door de kerk beschermd: verzet is daarom onmogelijk.

Houden vast aan het oude systeem. Laten hun vrouwen wel Westerse boeken en mode kopen, maar zien niks in modernisering (in de landbouw).

Slide 6 - Tekstslide

De Russische piramide (boeren)
De boeren (90% van de Russen) wonen in de mir (= dorpgemeenschap) .

Het lijfeigenschap (= soort horigheid) is nog steeds zeer aanwezig. Boeren leven praktisch als slaven van de bojaren.

De boeren worden steeds ontevredener.

Slide 7 - Tekstslide

Noem een oorzaak van de Russische Revolutie.
A
Het hofleven van de tsaar
B
Afschaffing van de lijfeigenschap
C
De ongelijke behandeling van de 3e stand
D
Het moeten leven in de mir

Slide 8 - Quizvraag

Anarchisme
Anarchisme = socialisme zonder staat (landsbestuur / politie).

Bedenker: Michael Bakoenin (bojaar met 500 lijfeigenen): 

> - Hij wil de staat, tsaar, kerk en privé-bezit afschaffen.
    - Hij wil dat de kleine gemeenschappen (mir)
       zelf beslissen.

Pleegden veel aanslagen 

Slide 9 - Tekstslide

Narodniki
Narodniki = Anarchistisch-socialisten die de mir
als de ideale bestuurseenheid zagen.

Aanhangers: Alexander Herzen (intellectuelen / studenten):

> Zien de mir als iets moois
Alles moest vanuit dorpskernen bestuurd worden.

Slide 10 - Tekstslide

Sociaal-revolutionairen
Socialisten-revolutionairen = Partij die boerensocialisme nastreeft. Boeren zijn volgens hen de motor van een socialistische revolutie (met geweld).

Aanhangers: o.a. Aleksandr Kerenski: 

> Zijn erg tegen modernisering (kapitalisme), willen
kleinschalig socialisme (mir). Zij vormen later deel 
van de mensjewieken (tegenstanders Marxisten).

Slide 11 - Tekstslide

Bij wie hoort:
"Boeren zijn de motor van een socialistische revolutie (met geweld)."
A
Anarchisme
B
Narodniki
C
Sociaal-revolutionairen
D
Marxistisch socialisme

Slide 12 - Quizvraag

Bij wie hoort:
"Wij zien de mir als iets moois, dit is voor ons de ideale bestuurseenheid"
A
Anarchisme
B
Narodniki
C
Sociaal-revolutionairen
D
Marxistisch socialisme

Slide 13 - Quizvraag

Bij wie hoort:
"De arbeidersklasse zal in opstand moeten komen"
A
Anarchisme
B
Narodniki
C
Sociaal-revolutionairen
D
Marxistisch socialisme

Slide 14 - Quizvraag

Bij wie hoort:
"Onze ideologie wordt ook wel boerensocialisme genoemd"
A
Anarchisme
B
Narodniki
C
Sociaal-revolutionairen
D
Marxistisch socialisme

Slide 15 - Quizvraag

Bij wie hoort:
"De staat, tsaar, kerk en privé-bezit moet allen worden afgeschaft"
A
Anarchisme
B
Narodniki
C
Sociaal-revolutionairen
D
Marxistisch socialisme

Slide 16 - Quizvraag

Anarchisten / socialisten

Slide 17 - Tekstslide

Geen lijfeigenen, wel koelakken
Tsaar Alexander II :
  • 1861: afschaffing lijfeigenschap zodat de boeren los zouden komen van de bojaren (modernisering dmv staatsleningen). Mislukte.
  • Bouwde fabrieken, mijnen en spoorlijnen (heel vooruitstrevend).
  • Werkomstandigheden in fabrieken even slecht als ervoor als boer. 
    Alexander II is uiteindelijk vermoord door Narodniki.



-Zelfstandige marktgerichte boeren: koelakken. Dit werd door de tsaar gestimuleerd.
-Tsaar probeert de misstanden in de fabrieken te verbeteren.
-Tsaar stimuleert handel, industrie en infrastructuur, (modernisering dmv mijnbouw, spoorwegen en fabrieken)

Slide 18 - Tekstslide

Geen lijfeigenen, wel koelakken
Tsaar Alexander III (directe voorganger Nicolaas II):
  • Verbood nachtarbeid van vrouwen en kinderen.
  • Werkdagen van maximaal 11,5 uur.
  • Veel productie bedoeld voor de export (inkomsten voor de staat). Zelfs graan, waardoor een misoogst grote gevolgen had (hongersnood).

Sterft in 1894, opgevolgd door Nicolaas II

Slide 19 - Tekstslide

Geen lijfeigenen, wel koelakken
Tsaar Nicolaas II:
  • 1905: staat na verlies in Russisch-Japanse oorlog toe de Doema (= parlement) op te richten. Liberalen hopen daarmee op democratisering. Daarvan blijkt echter geen sprake: de Doema heeft nauwelijks tot geen invloed op het bestuur.
  • Stimuleert de ontwikkeling van zelfstandige en marktgerichte
    boeren: de koelakken.

Slide 20 - Tekstslide

Oorzaken Russische Revolutie
  • De ongelijke behandeling van de 3e stand (privileges 1e en 2e stand),
  • Het absolutistisch bestuur van de tsaar,
  • Het verlies in de Russisch-Japanse Oorlog (nooit eerder verloor een
      Europees land van een Aziatisch 'minderwaardig' land),
  • En de mislukking van de Doema,
    ...worden de tsaar zeer zwaar aangerekend onder
    de groeiende oppositie. Het is wachten op een
    laatste (grote) misstap van de tsaar...

Slide 21 - Tekstslide

Welke oorzaken van de Russische Revolutie heb je geleerd?
A
Absolutistisch bestuur
B
Onvrede derde stand
C
Doema geen macht
D
Onvrede bojaren

Slide 22 - Quizvraag

Huiswerk (pak je agenda)




                            

                           
                               
                                   
                                       
       
           
               
       
   
               
                   
                   
                       
                           
   
     
       
 
   
   
   
   
   
   
   
     
       
       
     
   
 

   
   

   
   

   
   

   
       
           
               
 
   
   
   
   
       
           
                Vragen over de vorige les????
           
       
       
   
   
   
 
 
           
       
   

 
 
 
     
   
   
   
     
   
 
                       
                   
               
               
                   
                       
                         Jagers en Verzamelaars
                   
               
               
                     
               
               
                   
                       
                           
                             
                           
                       

                   
               
           
       
   

                                   
                               
                           

                           
                       
Oriëntatie:
1a, 1c, 2a, 2b, 5 + 6

Socialisten en anarchisten in Rusland
1, 2, 5 + 8

Slide 23 - Tekstslide