In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 40 min
Onderdelen in deze les
Domein D herhalen
Hoofdstuk 1 t/m 12
Slide 1 - Tekstslide
Felies is op zoek naar een betaalbare racefiets. Haar tante raadt haar aan om op marktplaats te gaan zoeken
We spreken hier van een .....
A
concrete markt
B
abstracte markt
Slide 2 - Quizvraag
De huizenprijzen in Nederland zijn de afgelopen jaren flink gestegen. Voor een gemiddeld rijtjeshuis betaal je nu ruim het dubbele als zo’n 15 jaar geleden.
We spreken hier van een .....
A
concrete markt
B
abstracte markt
Slide 3 - Quizvraag
Vul de ontbrekende woorden in zodat er een economisch correcte zin ontstaat. We spreken van een homogeen product als de ..(1).. ..(2).. voorkeur heeft voor de ..(3)...
Kies uit: Bij (1) verkoper / koper Bij (2) wel / geen Bij (3) leverancier / afnemer
Slide 4 - Open vraag
Vul de ontbrekende woorden in zodat er een economisch correcte zin ontstaat. Voor veel jongeren is kleding een ..(1).. product omdat het merk ..(2).. belangrijk is.
Kies uit: Bij (1) homogeen / heterogeen Bij (2) heel / niet
Slide 5 - Open vraag
De blauwe lijn is de ..(1)..-lijn omdat er een ..(2).. verband is tussen prijs en hoeveelheid
A
1) aanbod
2) positief
B
1) aanbod
2) negatief
C
1) vraag
2) positief
D
1) vraag
2) negatief
Slide 6 - Quizvraag
Wat is de evenwichtsprijs?
Slide 7 - Open vraag
De evenwichtsprijs is 30 cent (€0,30)
Slide 8 - Tekstslide
Wat is de evenwichts-hoeveelheid?
Slide 9 - Open vraag
De evenwichtshoeveelheid bedraagt 600.000 stuks
Slide 10 - Tekstslide
Wanneer de overheid besluit tot een minimumprijs van 40 cent, ontstaat er ...
Slide 11 - Open vraag
De overheid besluit tot een minimumprijs van 40 cent. Hierdoor ontstaat er een (aanbod)overschot van 550.000 stuks
Slide 12 - Tekstslide
Het verschil tussen volkomen concurrentie en monopolistische concurrentie is …
Slide 13 - Open vraag
De overeenkomst tussen volkomen concurrentie en monopolistische concurrentie is …
Slide 14 - Open vraag
Op de markt van luchtventilatiesystemen strijden 5 aanbieders om de consument. Air-fresh, de duurste van de vijf, biedt van alle aanbieders de langste garantieperiode.
Deze markt is een voorbeeld van ..(1).. ..(2).. omdat …
Slide 15 - Open vraag
Eén aanbieder met een homogeen product heet?
A
Monopolie
B
Homogeen Oligopolie
C
Monopolistische Concurrentie
D
Volkomen Concurrentie
Slide 16 - Quizvraag
Veel aanbieders met een heterogeen product heet?
A
Monopolie
B
Homogeen Oligopolie
C
Monopolistische Concurrentie
D
Volkomen Concurrentie
Slide 17 - Quizvraag
Enkele aanbieders met een homogeen product heet?
A
Monopolie
B
Homogeen Oligopolie
C
Monopolistische Concurrentie
D
Volkomen Concurrentie
Slide 18 - Quizvraag
Veel aanbieders met een homogeen product heet?
A
Monopolie
B
Homogeen Oligopolie
C
Monopolistische Concurrentie
D
Volkomen Concurrentie
Slide 19 - Quizvraag
H3 vraag- en aanbodvergelijking
Ga niet weg uit LessonUp!
Slide 20 - Tekstslide
Het snijpunt met de x-as is voor deze vraagfuncties: a) Qv = -2p -100 b) Qv = -½p + 80 c) Qv = -0,1p + 20 d) Qv = -⅓p + 1.100
Slide 21 - Open vraag
Het snijpunt met de y-as is voor deze vraagfuncties: a) Qv = -2p - 100 b) Qv = -½p + 80 c) Qv = -0,1p + 20 d) Qv = -⅓p + 1.100