Freizeit

Heeft iedereen de powerpoint voor zich?
A
Ja
B
Ja
1 / 24
volgende
Slide 1: Quizvraag
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Heeft iedereen de powerpoint voor zich?
A
Ja
B
Ja

Slide 1 - Quizvraag

Freizeit

Slide 2 - Woordweb

Welk woord hoort bij het plaatje?
timer
0:15
A
Reiten
B
Ski fahren
C
Schwimmen
D
Tanzen

Slide 3 - Quizvraag


timer
0:15
A
Rad fahren
B
Tennis spielen
C
Ski fahren
D
schiefahren

Slide 4 - Quizvraag


timer
0:15
A
Das Klavier
B
Die Geige
C
Das Schlagzeug
D
Die Gitarre

Slide 5 - Quizvraag


timer
0:15
A
Ins Schwimmbad gehen
B
Ins Kino gehen
C
Ins Kieno gehen
D
Ins Schwiemmbad gehen

Slide 6 - Quizvraag


timer
0:15
A
Das Schlagzeug
B
Das Klavier
C
Die Geige
D
Die Flüte

Slide 7 - Quizvraag


timer
0:15
A
Die Flöte
B
Das Schlagzeug
C
Das Klavier
D
Die Geige

Slide 8 - Quizvraag


timer
0:15
A
Musik hören
B
Schreiben
C
Lesen
D
Essen

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Video

Schrijf minstens 2 dingen op die de mensen van het filmpje in hun vrije tijd doen.

Slide 11 - Open vraag

Hoe vorm je de stam van een werkwoord?
timer
0:15
A
Hele werkwoord - en of - n
B
Je doet er -en bij
C
Het hele werkwoord is de stam

Slide 12 - Quizvraag

Bij welke persoonlijke voornaamwoorden krijg je een extra e als de stam eindigt op een -d of een -t?
timer
0:15
A
Ich, du
B
Wir, sie, Sie
C
Du, er/sie/es, ihr
D
Ihr, ich, wir

Slide 13 - Quizvraag

Reiten
Er ........... sehr gerne.
timer
0:15
A
Reit
B
Reitet
C
Reite
D
Reitest

Slide 14 - Quizvraag

Denken
........... du, dass er Spanisch reden kann.
timer
0:15
A
Denkest
B
Denkt
C
Denke
D
Denkst

Slide 15 - Quizvraag

Antworten
Ich ............ immer sehr schnell.
timer
0:15
A
Antworte
B
Antwort
C
Antworten
D
Antwortet

Slide 16 - Quizvraag

Finden
............... ihr diese Hose auch so schön?
A
Findt
B
Findet
C
Finden
D
Findte

Slide 17 - Quizvraag

Wat betekent dürfen?
A
durven
B
iemand mogen/ aardig vinden
C
mogen (toetstemming)
D
duiken

Slide 18 - Quizvraag

Müssen of Sollen (let op de vorm)
Er ............... sich beim Direktor melden.
A
muss
B
müsst
C
soll
D
sollt

Slide 19 - Quizvraag

Voor
tegen
Für

Slide 20 - Sleepvraag

Schreiben: 

Was machst du gern in deiner Freizeit?
timer
10:00

Slide 21 - Tekstslide

Sprechen:



Was müsst ihr machen…

Arbeitet zu zweit. Führt ein Gespräch mithilfe der Sprachmittel und der Lernliste.

Ihr kriegt fünf Minuten Zeit. Am Ende des Gesprächs möchte ich wissen, worüber ihr gesprochen habt.

timer
5:00

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Die Hausaufgabe:
Leren: woorden uit de lernliste van Kapitel 6!

Slide 24 - Tekstslide