Les 28-08-2020, paragraaf 1.1

Planning voor de les:
20 minuten: KWT
5 minuten: voorkennis testen
1 minuut: leerdoelen en huiswerk
15 minuten: uitleg 
10 minuten: aan het werk!
5 minuten: leerdoelen testen
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Planning voor de les:
20 minuten: KWT
5 minuten: voorkennis testen
1 minuut: leerdoelen en huiswerk
15 minuten: uitleg 
10 minuten: aan het werk!
5 minuten: leerdoelen testen

Slide 1 - Tekstslide

Aan de slag!
Wat? Keuzewerktijd 
Hoe? Volgens het stoplicht
Hulp? De docent (tijdens de les), je laptop en je medestudent.
Tijd? Tot de timer op 0 staat 
Uitkomst? Je hebt geoefend met leerstof.
Klaar? Ga verder met een ander vak

timer
20:00

Slide 2 - Tekstslide

Opdracht 1

Prijs benzine in één maand tijd 
gestegen van €3,20 naar €4,00. Hoeveel procent is de benzine duurder geworden?


                                           Procenten berekenen.

Slide 3 - Tekstslide

Opdracht 2 

Van de 21 soorten vleermuizen komen er 7 veel voor in Nederland. Pjotr wil weten hoeveel procent dat is. 



Slide 4 - Tekstslide

Leerdoelen:
1. Je begrijpt wat zakgeld is en wat niet. 
2. Je kan je zakgeld berekenen. 
3.  Je kent de verschillende kostenposten waaraan je het zakgeld kan besteden.
HUISWERK: Opdracht 1.1 t/m 1.8

Slide 5 - Tekstslide

Met tegenprestatie
Zonder tegenprestatie

Slide 6 - Tekstslide

Vrij besteedbaar
Niet vrij besteedbaar

Slide 7 - Tekstslide

Behoeften bevredigen door consumeren (Nibud, p.12)

Slide 8 - Tekstslide

Waar geven jullie zakgeld aan uit?

Slide 9 - Woordweb

vraag
je krijgt € 5,- per week zakgeld. Hoeveel is dat per maand?

Slide 10 - Tekstslide

Zakgeld omrekenen naar andere periode 

Slide 11 - Tekstslide

Je krijgt € 4,- per week. Hoeveel zakgeld krijg je per maand?

Slide 12 - Open vraag

Uitleg
- altijd eerst omrekenen naar jaar.
Dus € 4,- x 52 weken = € 208,-
Dan € 208,- delen door 12 maand = € 17,33 per maand

Slide 13 - Tekstslide

Aan de slag!
Wat? Opdrachten 1.1 t/m 1.8
Hoe? In je schrift.
Hulp? De docent (tijdens de les), de theorie en je medestudent.
Tijd? Tot de timer op 0 staat of de opdrachten af zijn
Uitkomst? Je hebt geoefend met de leerstof.
Klaar? Ga verder met een ander vak of ga verder met de opdrachten van economie.

timer
10:00

Slide 14 - Tekstslide

Inkomen met tegenprestatie
Inkomen zonder tegenprestatie
Niet-vrij besteedbaar inkomen

Slide 15 - Sleepvraag

Je krijgt € 25,- per kwartaal. Hoeveel zakgeld krijg je per maand?

Slide 16 - Open vraag

Uitleg
- altijd eerst omrekenen naar jaar.
Dus € 25,- x 4 kwartalen = € 100,-
Dan € 100,- delen door 12 maand = € 8,33 per maand

- OF
€ 25,- delen door 3 maand = € 8,33 per maand

Slide 17 - Tekstslide

HUISWERK
opdrachten 1.1 t/m 1.8

Slide 18 - Tekstslide