5.3 De sociale kwestie pt.3

Vooraf
Lessonup

  • Gebruik je eigen naam (smiley/emoji mag)

  • Alleen voor het beantwoorden van vragen heb je je telefoon nodig, leg hem anders plat op je tafel

timer
3:00
(online) Rules!
  • Wat je in real life niet zou doen, doe je ook online niet

  • We hebben de camera aan en de microfoon op mute (tenzij anders aangegeven)

  • We doen actief mee aan de les.

  • Vraag of wil je iets zeggen: gebruik het handje in teams

1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Vooraf
Lessonup

  • Gebruik je eigen naam (smiley/emoji mag)

  • Alleen voor het beantwoorden van vragen heb je je telefoon nodig, leg hem anders plat op je tafel

timer
3:00
(online) Rules!
  • Wat je in real life niet zou doen, doe je ook online niet

  • We hebben de camera aan en de microfoon op mute (tenzij anders aangegeven)

  • We doen actief mee aan de les.

  • Vraag of wil je iets zeggen: gebruik het handje in teams

Slide 1 - Tekstslide

SO
Maandag 23-05

Paragraaf 5.1 t/m 5.3 + tijdbalk

(eventueel lessonups)


Slide 2 - Tekstslide

Socialisten
  • Arbeiders richten eigen belangenverenigingen op: vakbonden: groepen die opkomen voor de eigen beroepsgroep

  • Door middel van stakingen en protesten dwingen de vakbonden betere werkomstandigheden af.

  • Ook werd deze groep in de politiek actief als socialisten
  1. Gelijkheid
  2. Minder verschil tussen arm en rijk
  3. Veel overheidsbemoeienis
  4. Zorgen voor sociale voorzieningen: gezondheidszorg, scholing, etc.

Slide 3 - Tekstslide

Bestuur na 1848

Sleep de volgende bestuursorganen naar de juiste plek
Staatshoofd
Premier
Provinciale staten
Eerste Kamer
Tweede Kamer
Regering

Slide 4 - Sleepvraag

Welke groep had de macht in het parlement na 1848
A
Katholieken
B
Protestanten
C
Liberalen
D
Socialisten

Slide 5 - Quizvraag

Waarom deed de liberale regering in de eerste instantie niets aan kinderarbeid?

Slide 6 - Open vraag

Liberalen
Socialisten
Veel overheidsbemoeienis
Weinig belasting
Vrijheid
Weinig overheidsbemoeienis
Gelijkheid
Vrije markt
Veiligheid
Gezondheidszorg
Stakingen

Slide 7 - Sleepvraag

Liberalen





Socialisten
  • Vaak uit gegoede families

Kernpunten liberalen:
  1. Vrijheid
  2. Vrije markt
  3. Zo weinig mogelijk overheidsbemoeienis
  4. (dus zo weinig mogelijk belasting)
  5. Veiligheid, infrastructuur, etc.
  • Vaak arbeiders

Kernpunten Socialisten:
  1. Gelijkheid
  2. Minder verschillen tussen arm en rijk
  3. Zo veel mogelijk overheidsbemoeienis
  4. (dus zo weinig mogelijk belasting)
  5. Gratis onderwijs, gezondheidszorg, betaalbare huisvesting, etc.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Volgens Marx worden arbeiders gereduceerd tot?...
A
Slaaf van het kapitalisme
B
Radertje in de machine
C
Gebruiksvoorwerp van de elite
D
Vervangbaar onderdeel

Slide 10 - Quizvraag

Communisme
  • Volgens Marx worden de arbeiders (proletariaat) alleen maar armer, terwijl de fabriekseigenaren (bourgeoisie) alleen maar rijker worden.

  • Dit is omdat de productiemiddelen (fabrieken, machines, grondstoffen) in handen zijn van de fabriekseigenaren en arbeiders slechts deel hiervan uitmaken (radertje in de machine)

  • Eerst moest het leven zo ellendig worden dat mensen wel in opstand moesten komen.

  • Vervolgens zou er wereldwijde revolutie komen en zou iedereen vervolgens als gelijken door het leven gaan.

Slide 11 - Tekstslide

Waarom is die wereldwijde revolutie nooit van de grond gekomen?
A
De liberalen stonden dit niet toe en elke revolutie werd de kop ingedrukt
B
Het socialisme was niet groot genoeg om dit voor elkaar te krijgen
C
Het leven van de arbeiders werd langzaam beter, waardoor er geen noodzaak voor een revolutie was
D
Mensen wilden niet in gewelddadig protest komen

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Video

Wat zou de tekenaar willen zeggen met deze afbeelding?

(gebruik twee bronelementen)

Slide 14 - Open vraag

Homework
(optioneel)*

-


*Waarom optioneel? Om de huiswerkdruk te verminderen en jullie de kans geven om prioriteiten te stellen. Desondanks wil ik het je wel aanraden om het wél te maken, het blijft een goede oefening. Hier zijn echter wel een paar voorwaarden aan verbonden. Mocht je er niet zo goed voor staan bij geschiedenis, dan kan ik je wel (nadrukkelijk) aanraden om het huiswerk te maken. In sommige gevallen kan ik je zelfs verplichten als ik denk dat het nodig is. In die gevallen controleer ik het huiswerk ook.

Slide 15 - Tekstslide